Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.[gedaagde01] te [plaats01] ,
[gedaagde02]te [plaats01] ,
1.De procedure
- de dagvaarding van 20 juli 2022, met producties 1 t/m 10;
- de conclusie van antwoord tevens inhoudende eis in reconventie, met producties 1 t/m 11;
- de conclusie van antwoord in reconventie, met producties 11 t/m 20;
- de brief van 26 januari 2023, namens [eiser01] ;
- de brief van 2 februari 2023, namens [gedaagden01] ;
- de conclusie van antwoord in het incident, met producties 1 t/m 4.
2.De feiten
3.Het geschil in de hoofdzaak
4.Het geschil en de beoordeling daarvan in het incident
12 april 2023voor het (opnieuw) opgeven van de verhinderdagen van de partijen en hun advocaten in de maanden mei 2023 tot en met augustus 2023, waarna dag en uur van de mondelinge behandeling zullen worden bepaald.
5.De beslissing
12 april 2023voor het opgeven van de verhinderdagen van de partijen en hun advocaten in de maanden mei 2023 tot en met augustus 2023, waarna dag en uur van de mondelinge behandeling zullen worden bepaald;