ECLI:NL:RBDHA:2023:22060
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag machtiging tot voorlopig verblijf voor nareis door staatssecretaris van Justitie en Veiligheid
In deze uitspraak beoordeelt de Rechtbank Den Haag het beroep van eisers tegen de afwijzing van hun aanvraag voor een machtiging tot voorlopig verblijf (mvv) voor het doel 'nareis'. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft deze aanvraag afgewezen met besluiten van 26 juni 2020 en 20 oktober 2022, waarbij de staatssecretaris volhield dat de familierechtelijke relatie tussen eisers en de referent niet was aangetoond. De rechtbank heeft het beroep op 8 februari 2023 behandeld, waarbij de gemachtigde van eisers en de gemachtigde van de staatssecretaris aanwezig waren.
De rechtbank oordeelt dat de identiteit van eisers niet in geschil is, maar dat de familierechtelijke relatie niet is aangetoond. De staatssecretaris heeft eisers aangeboden om DNA-onderzoek te laten uitvoeren, maar eisers hebben geen gebruik gemaakt van deze mogelijkheid. De rechtbank concludeert dat de staatssecretaris niet gehouden was om nader onderzoek te doen naar de mogelijkheden voor DNA-testen in Eritrea, en dat de staatssecretaris voldoende gelegenheid heeft gegeven aan eisers om hun aanvraag te onderbouwen. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de afwijzing van de mvv-aanvraag.