Uitspraak
Rechtbank den haag
verdachte,
Rechtbank Den Haag
Op 27 juli 2023 heeft de meervoudige verschoningskamer van de Rechtbank Den Haag een verschoningsverzoek toegewezen. Het verzoek was ingediend door mr. S.M. Krans, rechter in de rechtbank Den Haag, in het kader van de hoofdzaak met kenmerk 09/079213-23. De procedure is gestart met een verschoningsverzoek op 26 juli 2023, dat niet ter zitting is behandeld, aangezien dit niet vereist is voor een verschoningsverzoek. De rechter heeft het verzoek gebaseerd op een familieverhouding tussen een procesdeelnemer en de rechter, wat aanleiding gaf tot de vrees voor partijdigheid.
De rechtbank heeft overwogen dat, hoewel rechters op grond van hun aanstelling worden vermoed onpartijdig te zijn, uitzonderlijke omstandigheden kunnen leiden tot de conclusie dat er een terechte vrees voor vooringenomenheid bestaat. In dit geval was de schijn van partijdigheid aanwezig, en daarom is het verzoek tot verschoning terecht ingediend. De rechtbank heeft besloten dat de behandeling van de hoofdzaak door een andere rechter moet worden overgenomen om de schijn van partijdigheid te vermijden.
De beslissing van de verschoningskamer houdt in dat het verzoek tot verschoning wordt toegewezen, en dat het proces in de hoofdzaak wordt voortgezet in de stand waarin het zich bevond op het moment van indiening van het verschoningsverzoek. Tevens is bepaald dat een afschrift van deze beslissing wordt toegezonden aan de betrokken partijen, waaronder de rechter en de advocaat van de verdachte.