In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag op 21 december 2023, wordt het beroep van eiser tegen de afwijzing van zijn handhavingsverzoek beoordeeld. Eiser, vertegenwoordigd door mr. M.R. Plug, heeft verzocht om handhavend op te treden tegen het planologisch strijdig gebruik van percelen in Zuidplas door verschillende bedrijven. Het college van burgemeester en wethouders van Zuidplas, vertegenwoordigd door mr. A. Scholtes, heeft dit verzoek afgewezen. De rechtbank behandelt de vraag of het bezwaar van eiser terecht niet-ontvankelijk is verklaard en of verweerder het handhavingsverzoek mocht afwijzen vanwege concreet zicht op legalisatie.
De rechtbank concludeert dat het bezwaar van eiser ten aanzien van een van de bedrijven, [bedrijfsnaam 5], ten onrechte niet-ontvankelijk is verklaard. Daarnaast oordeelt de rechtbank dat verweerder niet voldoende heeft gemotiveerd dat er concreet zicht op legalisatie was voor de andere bedrijven. De rechtbank stelt vast dat er geen ecologisch onderzoek is uitgevoerd, wat betekent dat het ontwerpbestemmingsplan geen rechtskracht zal krijgen. De rechtbank komt tot de conclusie dat het beroep ongegrond is, maar dat het bestreden besluit in stand blijft. Eiser krijgt geen griffierecht terug en ook geen vergoeding van proceskosten.