Uitspraak
[eiseres/verzoekster], V-nummer: [v-nummer 1], eiseres/verzoekster (hierna:eiseres)
[naam], V-nummer [v-nummer 2]
Rechtbank Den Haag
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag op 15 november 2023, met zaaknummers NL23.30554 en NL23.30555, wordt het beroep van eisers tegen het niet in behandeling nemen van hun aanvragen voor verblijfsvergunningen asiel beoordeeld. De voorzieningenrechter behandelt tevens het verzoek om een voorlopige voorziening. Eisers, van Egyptische nationaliteit, hebben hun aanvragen ingediend, maar de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft deze niet in behandeling genomen, met als argument dat Kroatië verantwoordelijk is voor de behandeling van hun asielverzoeken.
Eisers stellen dat Kroatië zich schuldig maakt aan pushbacks en dat de informatie van de Kroatische autoriteiten onbetrouwbaar is. Ze verwijzen naar eerdere uitspraken van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens en de rechtbank Den Haag, waarin de situatie van asielzoekers in Kroatië aan de orde is gesteld. De rechtbank oordeelt dat eisers niet hebben aangetoond dat Kroatië niet voldoet aan zijn verplichtingen onder het Unierecht en mensenrechtenverdragen. De rechtbank bevestigt dat het interstatelijk vertrouwensbeginsel van toepassing is en dat er geen recent bewijs is dat Dublinclaimanten in Kroatië te maken hebben met pushbacks.
De rechtbank concludeert dat de beroepsgronden van eisers niet slagen en verklaart het beroep kennelijk ongegrond. Het verzoek om een voorlopige voorziening wordt niet-ontvankelijk verklaard. Eiseres krijgt geen proceskostenvergoeding. Deze uitspraak is openbaar gemaakt en biedt inzicht in de toepassing van het Dublin-systeem en de verantwoordelijkheden van lidstaten in asielzaken.