Uitspraak
Rechtbank Den Haag
Procedure
bijlage 1). Met verwijzing naar de eerder ingebrachte ‘onderzoekswensen’ (
bijlage 2) en de ‘aanvullende motivering onderzoekswensen’ (
bijlage 3) heeft de raadsman opgave gedaan van de stukken waarvan de verdediging kennisneming en toevoeging wenst:
bijlage 4). Dit standpunt komt in het kort op het volgende neer:
1.Bevoegdheid
2.Geen tweede ronde
kanhoren omtrent het verzoek. De rechter-commissaris acht zich echter voldoende ingelicht om op de verzoeken te beslissen. Het staat de verdediging vrij om de afgewezen verzoeken ter terechtzitting te herhalen.
3.Algemene overwegingen
equality of armswordt geschonden. Daarbij heeft de verdediging gewezen op het arrest van het EHRM in de zaak van Yalçinkaya tegen Turkije (no. 15669/20).
“Het onderzoek Lytham is uitgevoerd in samenwerking met Duitsland. Grondslag voor deze gezamenlijke uitvoering vormt het EOB van 22 juli 2022 en de daaropvolgende EOB’s.”
“In goede samenwerking kon Nederland in Duitsland onderzoek doen met het oog op het verkrijgen van bewijsmateriaal voor haar onderzoek.”Daarin ziet de verdediging een aanknopingspunt voor de stelling dat Nederland geen ondersteunende rol heeft gespeeld, maar zelfstandig onderzoek heeft gedaan:
“behoudens andersluidende berichten moet [dit bericht] worden gekwalificeerd als het simpelweg “openzetten” van de deur door Duitsland voor Nederland”. In dat verband heeft de verdediging tevens gewezen op de kunde en expertise van Nederland op technisch gebied.
fair trialals bedoeld in artikel 6 EVRM, nu deze stukken direct in verbinding staan tot de vragen of de verdediging de beschikking heeft gehad over al het bewijsmateriaal waarover de vervolgende autoriteit beschikt, en of de manier waarop het bewijsmateriaal is verkregen eerlijk was en de verdediging zich daarover heeft kunnen uitlaten. Daarbij heeft de verdediging een aantal overwegingen uit het arrest van het EHRM in de zaak van Yalçinkaya tegen Turkije aangehaald (respectievelijk 307, 310 en 303 [2] ).
equality of armsniet betekent dat de verdediging recht heeft op alles waar de politie toegang toe heeft en heeft verwezen naar een aantal overwegingen uit datzelfde arrest (308, 329-330).
equality of armsniet nieuw zijn, maar een herhaling van bestendige jurisprudentie, zoals ook blijkt uit de verwijzingen in de paragrafen 302 tot en met 308.
4.Beoordeling verzoeken
“Hiertoe is het onderzoek 26Samber gestart”(p. 61 en 67).
De functionarissen van de Nederlandse politie beschikken over relevante kennis en ervaring op dit gebied. Het is wenselijk dat functionarissen van de uitvaardigende staat bijstand verlenen bij de uitvoering van het EOB, daaronder begrepen het plaatsen en monitoren van het interceptiemiddel, ter ondersteuning van de bevoegde autoriteiten van de uitvoerende staat, omdat zij kennis dragen van de wijze van versleuteling van de communicatie waarop de maatregelen gericht zijn en de wijze waarop de voor ontsleuteling benodigde gegevens kunnen worden verkregen.” Volgens de verdediging sluit dit aan bij haar stelling dat Nederland meer zelfstandig onderzoek heeft gedaan dan het Openbaar Ministerie doet vermoeden. In de optiek van de verdediging ontbreekt informatie over de daadwerkelijke uitvoering van werkzaamheden door Nederlandse politiefunctionarissen. De verdediging wenst in dat kader alle informatie te ontvangen die heeft plaatsgevonden ter afstemming van de werkzaamheden die Nederland door haar functionarissen heeft willen laten uitvoeren omdat zij de benodigde kennis en ervaring hadden.
nummering door de rechter-commissaris):
5.Geen prejudiciële vragen
equality of armsniet nieuw, maar een herhaling van bestendige jurisprudentie. Reeds daarom is er geen reden om naar aanleiding van het arrest in de zaak Yalçinkaya tegen Turkije prejudiciële vragen aan de Hoge Raad te stellen.
- wijst de verzoeken 1, 2, 3, 4, 6, 7 en 12 (12.1 t/m 12.6) af;
- constateert dat de verzoeken 5, 8, 9, 10, 11 en 13 geen beslissing meer behoeven;
- wijst het verzoek tot het stellen van prejudiciële vragen aan de Hoge Raad af.