Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[naam], eiser
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
www.rechtspraak.nl
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 10 januari 2023 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure betreffende de maatregel van bewaring van een eiser met de Marokkaanse nationaliteit. De maatregel van bewaring was op 5 oktober 2022 opgelegd door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. Eiser heeft beroep ingesteld tegen het voortduren van deze maatregel en verzocht om schadevergoeding. De rechtbank heeft vastgesteld dat er geen zitting nodig was en heeft het onderzoek op 4 januari 2023 gesloten.
De rechtbank heeft overwogen dat de maatregel van bewaring eerder is getoetst en rechtmatig was tot het sluiten van het vorige onderzoek. De kern van het geschil was of de voortvarendheid van de staatssecretaris in de uitzetting van eiser naar Marokko voldoende was. Eiser stelde dat de staatssecretaris onvoldoende voortvarend handelde, omdat een verslag van de presentatie aan de Marokkaanse diplomatieke vertegenwoordiging niet aan het dossier was toegevoegd. Dit zou de uitzetting vertragen en eiser langer in bewaring houden.
De rechtbank oordeelde echter dat de staatssecretaris voldoende voortvarend handelde. Het verslag was inmiddels aan het dossier toegevoegd en de rechtbank concludeerde dat eiser zelf contact kon opnemen met de Marokkaanse autoriteiten. De rechtbank zag geen reden om te oordelen dat het voortduren van de maatregel van bewaring onrechtmatig was. Het beroep van eiser werd ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding werd afgewezen. Tevens werd er geen proceskostenveroordeling opgelegd.