In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag, gedateerd 11 december 2023, is het beroep van eiseres gegrond verklaard. Eiseres had beroep ingesteld omdat de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid niet tijdig had beslist op haar aanvraag voor een machtiging tot voorlopig verblijf (mvv) met als verblijfsdoel 'familie en gezin'. De rechtbank heeft vastgesteld dat de termijn voor het nemen van een besluit door verweerder is overschreden en dat eiseres rechtsgeldig in gebreke heeft gesteld. Hierdoor was het beroep terecht ingediend.
De rechtbank heeft verweerder opgedragen om binnen twee weken na de verzending van de uitspraak alsnog een besluit te nemen op de aanvraag. Indien verweerder deze termijn overschrijdt, moet hij een dwangsom van € 100,- per dag betalen, met een maximum van € 7.500,-. De rechtbank heeft ook bepaald dat eiseres recht heeft op een vergoeding van de proceskosten, die is vastgesteld op € 418,50, en dat het door eiseres betaalde griffierecht van € 184,- door verweerder moet worden vergoed.
De rechtbank heeft in overweging genomen dat de aanvraag voor de mvv losstaat van de procedure omtrent het verblijfsrecht van eiseres, en dat er geen bijzondere omstandigheden zijn die een langere beslistermijn rechtvaardigen. De uitspraak benadrukt het belang van tijdige besluitvorming door bestuursorganen en de rechten van burgers in het bestuursrecht.