Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
Stichting Jeugdbescherming west Zuid-Holland,
1.Het verloop van de procedure
- de moeder;
- de grootvader;
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Den Haag op 23 november 2023 een beschikking gegeven met betrekking tot de ondertoezichtstelling en machtiging tot uithuisplaatsing van de minderjarige [naam01]. De Raad voor de Kinderbescherming heeft verzocht om de ondertoezichtstelling van [naam01] voor de duur van een jaar, evenals een machtiging tot uithuisplaatsing in een pleegzorgvoorziening. De moeder van [naam01] heeft in het verleden te maken gehad met verslavingsproblematiek, wat heeft geleid tot zorgen over haar vermogen om een veilige opvoedingsomgeving te bieden. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de moeder recentelijk een afkicktraject heeft afgerond, maar dat haar situatie nog fragiel is. De grootouders van [naam01] hebben momenteel de zorg voor haar, maar gezien hun leeftijd is het noodzakelijk dat er een structurele oplossing komt voor de opvoeding van [naam01]. De kinderrechter heeft geoordeeld dat de ondertoezichtstelling en machtiging tot uithuisplaatsing noodzakelijk zijn om de veiligheid en stabiliteit van [naam01] te waarborgen. De kinderrechter heeft de beschikking uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de beslissing onmiddellijk van kracht is, ook al kan er hoger beroep worden ingesteld. De kinderrechter heeft de ondertoezichtstelling ingesteld tot 23 november 2024 en de machtiging tot uithuisplaatsing verleend voor dezelfde periode.