ECLI:NL:RBDHA:2023:19319
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen niet tijdig beslissen op asielaanvraag en rechtsgeldigheid van beslistermijnen
In deze zaak heeft eiseres, vertegenwoordigd door mr. S. Thelosen, beroep ingesteld tegen de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, omdat er niet tijdig is beslist op haar aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. De rechtbank heeft partijen geïnformeerd dat een zitting niet nodig was en heeft het onderzoek gesloten zonder behandeling op een zitting. Eiseres heeft betoogd dat de beslistermijn niet geldig is verlengd door verweerder op basis van WBV 2022/22 en dat zij niet prematuur in gebreke is gesteld. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat de verlenging van de beslistermijn onder WBV 2023/3 van toepassing is op de asielaanvraag van eiseres, die op 5 januari 2023 is ingediend. Hierdoor is de beslistermijn met negen maanden verlengd, wat betekent dat verweerder uiterlijk op 4 april 2024 moet beslissen. De ingebrekestelling van eiseres op 6 juli 2023 was te vroeg, waardoor niet is voldaan aan de voorwaarden voor het indienen van beroep wegens niet tijdig beslissen. De rechtbank heeft het beroep daarom niet-ontvankelijk verklaard.