In deze zaak hebben eisers, allen van Syrische nationaliteit, op 20 december 2022 een aanvraag ingediend voor een machtiging tot voorlopig verblijf (mvv) om als familie- of gezinslid bij hun referent in Nederland te verblijven. De aanvraag is op 21 december 2022 door de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid ontvangen. Eisers hebben op 16 juli 2023 verweerder in gebreke gesteld wegens het niet tijdig beslissen op hun aanvraag en hebben op 11 augustus 2023 beroep ingesteld tegen het uitblijven van een besluit. Verweerder heeft op 28 augustus 2023 een verweerschrift ingediend.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de termijn voor het nemen van een besluit door verweerder is verstreken en dat eisers rechtsgeldig in gebreke hebben gesteld. De rechtbank verwijst naar eerdere jurisprudentie waarin is geoordeeld dat bij overschrijding van de beslistermijn bij aanvragen om gezinshereniging sprake is van een bijzonder geval. De rechtbank heeft bepaald dat verweerder binnen acht weken na de bekendmaking van deze uitspraak een beslissing op de aanvraag moet nemen, met een mogelijkheid tot verlenging van de termijn bij nader onderzoek.
Daarnaast heeft de rechtbank bepaald dat verweerder een dwangsom van € 100,- per dag moet betalen voor elke dag dat de beslistermijn wordt overschreden, met een maximum van € 7.500,-. Verweerder is ook veroordeeld in de proceskosten van eisers, vastgesteld op € 418,50. De uitspraak is gedaan door mr. M. Munsterman, rechter, en openbaar gemaakt op rechtspraak.nl.