ECLI:NL:RBDHA:2023:18716
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen terugkeerbesluit aangemerkt als beroep tegen verwijderingsbesluit met termijnoverschrijding
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 1 december 2023 uitspraak gedaan in een beroep tegen een terugkeerbesluit dat door de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid aan de eiser is opgelegd. Het verwijderingsbesluit, dat op 26 juli 2023 rechtsgeldig bekend is gemaakt, leidde tot het indienen van beroep door de eiser op 17 november 2023. De rechtbank heeft vastgesteld dat de termijn voor het indienen van rechtsmiddelen tegen het verwijderingsbesluit op 23 augustus 2023 is verstreken, waardoor het beroep niet ontvankelijk is verklaard. De eiser, van Roemeense nationaliteit, voerde aan dat hij door zijn verwarde toestand de inhoud van het besluit niet voldoende had begrepen, maar de rechtbank oordeelde dat het besluit rechtsgeldig was uitgereikt en dat de eiser niet voldoende bewijs had geleverd om zijn stelling te onderbouwen. De rechtbank heeft ook overwogen dat de staatssecretaris het besluit per post aan de gemachtigde van de eiser heeft verzonden, wat niet is bestreden door de eiser. De rechtbank heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling en heeft de uitspraak openbaar gemaakt.