Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[naam], eiseres
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
www.rechtspraak.nl.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 27 november 2023 uitspraak gedaan in een asielzaak waarbij de eiseres, een Turkse nationaliteit, haar asielaanvraag in Nederland had ingediend. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid had de aanvraag echter niet in behandeling genomen, omdat Kroatië volgens de Dublinverordening verantwoordelijk was voor de behandeling van de aanvraag. De eiseres had op 28 mei 2023 asiel aangevraagd in Nederland, maar Eurodac toonde aan dat zij eerder op 13 maart 2023 in Kroatië een verzoek om internationale bescherming had ingediend. De rechtbank heeft de zaak behandeld op 16 november 2023, maar de eiseres en haar gemachtigde waren niet aanwezig. De rechtbank oordeelde dat de eiseres niet had aangetoond dat Kroatië niet in staat zou zijn om haar een eerlijke behandeling te bieden, ondanks haar claims over slechte behandeling en beperkte toegang tot rechtsbijstand in Kroatië. De rechtbank verwees naar eerdere uitspraken van de Raad van State die bevestigden dat de overdracht van asielzoekers aan Kroatië weer mogelijk was. De rechtbank concludeerde dat het beroep ongegrond was, omdat de eiseres niet had voldaan aan de hoge drempel om aan te tonen dat het interstatelijk vertrouwensbeginsel niet van toepassing was in haar geval. De rechtbank heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling en verklaarde het beroep ongegrond.