ECLI:NL:RBDHA:2023:17722
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van het beroep tegen het niet in behandeling nemen van een asielaanvraag op basis van de Dublinverordening
In deze uitspraak beoordeelt de Rechtbank Den Haag het beroep van eiser, een Algerijnse nationaliteit, tegen het niet in behandeling nemen van zijn aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft de aanvraag op 19 september 2023 niet in behandeling genomen, omdat Kroatië verantwoordelijk is voor de aanvraag. De rechtbank doet uitspraak zonder zitting op basis van artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
De rechtbank verklaart het beroep niet-ontvankelijk. Dit oordeel is gebaseerd op de Dublinverordening, die bepaalt dat een asielaanvraag niet in behandeling wordt genomen als een andere lidstaat verantwoordelijk is. Nederland heeft een verzoek om terugname gedaan aan Kroatië, dat op 9 september 2023 is aanvaard. De rechtbank stelt vast dat eiser op 26 oktober 2023 met onbekende bestemming is vertrokken, wat leidt tot de vraag of hij nog procesbelang heeft bij het beroep.
De gemachtigde van eiser heeft op 7 november 2023 laten weten dat er geen contact meer is met eiser, wat de rechtbank doet concluderen dat eiser kennelijk geen prijs meer stelt op de door hem gezochte bescherming. Hierdoor heeft hij geen rechtens te beschermen belang meer bij de beoordeling van zijn beroep. De rechtbank besluit dat het beroep niet-ontvankelijk is en dat eiser geen proceskostenvergoeding ontvangt.