2.7.Op 1 juli 2022 heeft een algemene vergadering van aandeelhouders (AVA) van de Holding en de Werkmaatschappij plaatsgevonden. Op deze gecombineerde AVA hebben [bestuurder 1] en [bestuurder 2] een Notitie van [bestuurder 2] van 8 juni 2022 aangevuld met drie elementen die tijdens het overleg van 29 juni 2022 zijn besproken, ondertekend. In de Aangevulde Notitie staat, voor zover nu relevant, het volgende:
“Om continuïteit, verdere groei en stabiele winstgevendheid te kunnen realiseren wil [bestuurder 2] de organisatie [de Holding] professionaliseren. (…)
[de Holding] is een holding waar drie aandeelhouders over een gelijk aantal aandelen beschikt. Onder de holding functioneert een werkmaatschappij. [bestuurder 2] geeft leiding aan de werkmaatschappij, [bestuurder 1] is één van de inkopers en [bestuurder 3] verricht logistieke werkzaamheden.
Over 1,5 jaar gaat [bestuurder 3] met pensioen en [bestuurder 1] gaat over 9 jaar met pensioen.
Om duidelijkheid te scheppen over ieders rol, uittreden en overname van aandelen zijn meerdere gesprekken gevoerd; deze hebben niet tot een overeenkomst geleid. Met [bestuurder 2] is van gedachten gewisseld hoe de ontstane onduidelijkheden opgelost kunnen worden.
[bestuurder 2] heeft onderstaand voorstel op hoofdlijnen gemaakt (hij gaat er van uit dat [bestuurder 3] zich hierin kan vinden). Deze notitie heeft de intentie om duidelijkheid te scheppen over de gevolgen voor betrokkenen als de organisatie verder professionaliseert en om nader tot elkaar te komen.
De Holding
1.
[bestuurder 1] blijft aan als aandeelhouder tot zijn pensioen in 2031. (…)
(…)
De werkmaatschappij
1. [bestuurder 1] blijft tot zijn pensioen aan als inkoper. Hij ontvangt tot 2031 een management fee (gebaseerd op het aantal uren volgens het huidige arbeidspatroon) van € 120.000, verhoogd met de jaarlijks uit te keren dividend. [bestuurder 3] blijft werkzaam in het logistieke proces tot zijn pensioen. Ook hij behoudt zijn management fee.
2. Als [bestuurder 1] de behoefte heeft om eerder met pensioen te gaan zal een passende regeling met hem getroffen worden.
3. (…).
4. [bestuurder 1] en [bestuurder 3] maken geen deel uit van het managementteam en zijn geen statutair directeur van de werkmaatschappij.
5. [bestuurder 1] en [bestuurder 3] kunnen toetreden tot de raad van advies van [de Holding] als zij de organisatie verlaten hebben. Hierdoor blijven zij verbonden met de organisatie. Ook kunnen zij werkzaamheden verrichten waar een vergoeding tegenover staat.
6. (…).
7. [bestuurder 2] blijft algemeen directeur, (…).
8. Ten aanzien van de opzeggingsmogelijkheden van de managementovereenkomst als inkoper geldt dat [bestuurder 1] gerechtigd is de overeenkomst met een opzegtermijn van 6 maanden op te zeggen. Voor de werkmaatschappij wordt de opzeggingsmogelijkheid van de managementovereenkomst beperkt teneinde [bestuurder 1] zekerheid te verlenen met betrekking tot zijn arbeidsinkomen. Graag een voorstel onder welke condities er door de werkmaatschappij wél opgezegd mag worden en welke waarborgen hierbij gewenst zijn. [bestuurder 1] , wil jij samen met je adviseur hier een voorstel in doen?
Dit zijn de hoofdlijnen zoals [bestuurder 2] het voor zich ziet, waarbij hij oog heeft voor de belangen van [bestuurder 1] en [bestuurder 3] .
Nadat overeenstemming verkregen is op hoofdlijnen kan verdere uitwerking plaatsvinden.
Dat er overeenstemming gezocht moet worden is noodzakelijk om de toekomst van de organisatie als professionele marktpartij zeker te stellen.
Toevoegingen naar aanleiding van de bespreking van 29 juni 2022:
1. [bestuurder 1] zal als bestuurder aanblijven in de holding. De aandelen van de holding worden geletterd (elke aandeelhouder krijgt zijn eigen letter), waarbij iedere letter zijn eigen bestuurder mag benoemen.
Voor opzegging van de managementovereenkomst met [bestuurder 1] wordt afgesproken dat het akkoord van de volledige directie van de holding noodzakelijk is (en daarmee dat [bestuurder 1] 's managementovereenkomst niet voortijdig tegen zijn zin kan worden opgezegd). Het letteraandeel van [bestuurder 2] mag de bestuurder van de werkmaatschappij benoemen. Op dit moment is de holding de enige bestuurder van de werkmaatschappij. Slechts in de gevallen dat [bestuurder 1] niet in staat is om zijn arbeid -op de lange termijn- te kunnen blijven verrichten, bijvoorbeeld door arbeidsongeschiktheid waarvan op korte termijn (binnen na 6 maanden) geen herstel te verwachten is, kan de managementovereenkomst worden opgezegd door de vennootschap. Hetzelfde geldt als er een omstandigheid ontstaat die als een dringende reden aan te merken is voor beëindiging.
2. (…)
3. In de aandeelhoudersovereenkomst wordt een bepaling opgenomen die [bestuurder 1] beschermt tegen de verwatering van zijn 1/3 aandeel in het bedrijf. Aan de andere kant mag het ook niet zo zijn, dat belangrijke samenwerking, fusies of overnames door 1 aandeelhouder kunnen worden geblokkeerd.
Ook hiervoor zullen bepalingen in de aandeelhoudersovereenkomst worden opgenomen.
Partijen zijn op hoofdlijnen akkoord met bovenstaande notitie onder de voorwaarden, dat partijen overeenstemming bereiken over de verdere uitwerking van de wijziging in de statuten, de aandeelhoudersovereenkomst en de managementovereenkomst.”