ECLI:NL:RBDHA:2023:17495

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
1 november 2023
Publicatiedatum
16 november 2023
Zaaknummer
C/09/642740 / JE RK 23-304
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging van de ondertoezichtstelling van een minderjarige in het kader van jeugdbescherming

Op 1 november 2023 heeft de kinderrechter van de Rechtbank Den Haag een beschikking gegeven over de verlenging van de ondertoezichtstelling van een minderjarige, hierna te noemen [naam01], geboren op [geboortedatum01] 2010. De zaak betreft een verzoek van de William Schrikker Stichting Jeugdbescherming, die als gecertificeerde instelling optreedt. De kinderrechter heeft de moeder van [naam01], hierna te noemen de moeder, als belanghebbende aangemerkt. Tijdens de mondelinge behandeling, die met gesloten deuren plaatsvond, waren de moeder en vertegenwoordigers van de gecertificeerde instelling aanwezig. De kinderrechter heeft een gesprek gevoerd met [naam01] en de aanwezigen hebben kunnen reageren op wat [naam01] heeft verteld.

De gecertificeerde instelling heeft verzocht om de ondertoezichtstelling van [naam01] te verlengen voor een periode van zes maanden, met uitvoerbaarverklaring bij voorraad. Dit verzoek is gebaseerd op de positieve ontwikkeling die het gezin heeft doorgemaakt. De moeder heeft stappen gezet in haar ontwikkeling en staat open voor begeleiding. De hulpvraag van de moeder neemt af en [naam01] heeft wekelijks afspraken met zijn coach. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de ondertoezichtstelling noodzakelijk blijft om de continuïteit van de hulpverlening te waarborgen, ondanks de positieve ontwikkelingen.

De kinderrechter heeft geoordeeld dat aan de wettelijke criteria voor verlenging van de ondertoezichtstelling is voldaan, zoals genoemd in artikel 1:255 van het Burgerlijk Wetboek. De kinderrechter heeft besloten de ondertoezichtstelling van [naam01] te verlengen tot 7 december 2023, met de mogelijkheid om eerder een verzoek in te dienen voor beëindiging van de ondertoezichtstelling. De beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken, met een schriftelijke uitwerking die op 9 november 2023 is vastgesteld.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Familie- en Jeugdrecht
Zaaknummer: C/09/642740 / JE RK 23-304
Datum uitspraak: 1 november 2023
Beschikking van de kinderrechter over een verlenging ondertoezichtstelling
in de zaak van
William Schrikker Stichting Jeugdbescherming, gevestigd te Amsterdam,
hierna te noemen de gecertificeerde instelling,
over
[naam01], geboren op [geboortedatum01] 2010 in [plaats01] ,
hierna te noemen [naam01] .
De kinderrechter merkt als belanghebbende aan:
[naam02],
hierna te noemen de moeder,
wonende in [woonplaats01] .

1.Het verdere verloop van de procedure

1.1.
Het procesverloop blijkt uit de volgende stukken:
- de beschikking van 2 mei 2023;
- de schriftelijke update van de gecertificeerde instelling met bijlage van 24 oktober 2023.
1.2.
Op 1 november 2023 heeft de kinderrechter de mondelinge behandeling van de zaak met gesloten deuren voortgezet. Daarbij waren aanwezig:
- de moeder;
- [naam03] en [naam04] , namens de gecertificeerde instelling.
1.3.
De kinderrechter heeft een gesprek met [naam01] gevoerd. Tijdens de mondelinge behandeling heeft de kinderrechter samengevat wat [naam01] heeft verteld. De aanwezigen hebben daarop kunnen reageren.

2.De feiten

Voor een overzicht van de feiten verwijst de kinderrechter naar de beschikking van 2 mei 2023.

3.Het verzoek

3.1.
De gecertificeerde instelling verzoekt de ondertoezichtstelling van [naam01] te verlengen voor de resterende duur van zes maanden, met uitvoerbaarverklaring bij voorraad.
3.2.
Aan het verzoek ligt het volgende ten grondslag. De afgelopen periode heeft het gezin een positieve ontwikkeling doorgemaakt. De moeder heeft stappen gezet en staat volledig open voor de begeleiding van de hulpverlening. Zij krijgt wekelijks opvoedondersteuning om haar vragen te bespreken. De laatste tijd neemt de hulpvraag van de moeder af en heeft zij voornamelijk praktische vragen. Indien de moeder andere vragen heeft, neemt zij uit zichzelf contact op met de hulpverlening. [naam01] heeft wekelijks afspraken met zijn coach. Het contact tussen [naam01] en de stiefvader is verbeterd. [naam01] heeft in overleg met de moeder omgang met de stiefvader en blijft daar ook af en toe logeren. Op school gaat het goed en is [naam01] in staat om verbeterpunten op te pakken. Gelet op de positieve ontwikkeling wordt er toegewerkt richting een overdracht naar het vrijwillig kader, zodat de hulpverlening kan continueren. Op dit moment is de aanmelding hiervoor in gang gezet en moet de financiering nog worden overgezet naar het wijkteam. Zodra de overdracht naar het wijkteam heeft plaatsgevonden is een ondertoezichtstelling niet meer noodzakelijk. De gecertificeerde instelling verwacht niet de volledige resterende duur van zes maanden nodig te hebben om de overdracht te regelen. Indien mogelijk zullen zij eerder een verzoek indienen om de ondertoezichtstelling af te sluiten.

4.De standpunten

4.1.
De moeder voert geen verweer tegen het verzoek. Ter zitting heeft de moeder naar voren gebracht dat het goed gaat met haar en [naam01] . Als zij ondersteuning nodig heeft, neemt zij zelf contact op met de hulpverlening. De hulpverlening die op dit moment is betrokken en de coach van [naam01] kunnen ook in het vrijwillig kader doorlopen.

5.De beoordeling

5.1.
Op basis van de stukken en de mondelinge behandeling is de kinderrechter van oordeel dat is voldaan aan de wettelijke criteria genoemd in artikel 1:255 van het Burgerlijk Wetboek (BW).
5.2.
De kinderrechter overweegt daartoe als volgt. De afgelopen periode is er sprake van een positieve ontwikkeling. De moeder zet zich positief in voor de hulpverlening en is open en eerlijk. Op school gaat het goed met [naam01] en hij heeft wekelijks afspraken met zijn coach. Deze positieve ontwikkeling heeft ertoe geleid dat de gecertificeerde instelling wil toewerken richting een overdracht naar het vrijwillig kader. Doordat de zaak in het doorstroomteam is beland, is de overdracht echter niet tijdig opgepakt. Op dit moment is de aanmelding bij het wijkteam gedaan en moet de financiering naar de gemeente worden overgezet. Naar verwachting kan dit binnen een aantal weken worden geregeld. Voorzover er nog sprake is van een ontwikkelingsbedreiging, is het van belang dat de hulpverlening continueert. De kinderrechter zal de ondertoezichtstelling daarom voor een korte duur van een maand verlengen, zodat de overdracht naar het vrijwillig kader goed kan worden geregeld.
5.3.
De kinderrechter zal daarom de ondertoezichtstelling van [naam01] verlengen tot 7 december 2023 (artikel 1:260, eerste lid, BW).

6.De beslissing

De kinderrechter:
6.1.
verlengt de ondertoezichtstelling van [naam01] tot 7 december 2023;
6.2.
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad;
6.3.
wijst het meer of anders verzochte af.
Deze beslissing is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken op 1 november 2023 door mr. D.G.J. Dop, kinderrechter, in aanwezigheid van mr. L.B.M.A. Roozen als griffier.
De schriftelijke uitwerking is vastgesteld op 9 november 2023.
Hoger beroep tegen deze beschikking kan worden ingesteld:
- door de verzoekers en de belanghebbende(n) aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak;
- door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking aan hen op een andere wijze bekend is geworden.
Het hoger beroep moet, door tussenkomst van een advocaat, worden ingediend bij de griffie van het gerechtshof te Den Haag.