ECLI:NL:RBDHA:2023:15821

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
19 oktober 2023
Publicatiedatum
20 oktober 2023
Zaaknummer
C/09/23/103 R
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Insolventierecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toewijzing verzoek tot eerdere ingangsdatum van de wettelijke schuldsaneringsregeling (WSNP)

Op 19 oktober 2023 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een zaak betreffende de heer [verzoeker], die zich in een problematische schuldensituatie bevindt. De heer [verzoeker] heeft een verzoek ingediend om toegelaten te worden tot de wettelijke schuldsaneringsregeling (WSNP). De rechtbank heeft dit verzoek toegewezen, waarbij zij heeft vastgesteld dat de heer [verzoeker] voldoet aan de eisen voor toelating tot de WSNP. De rechtbank heeft daarbij gekeken naar de afgelopen drie jaar en de verwachting dat de heer [verzoeker] aan de verplichtingen van de WSNP zal voldoen.

De rechtbank heeft in haar beoordeling ook de ingangsdatum van de WSNP behandeld. De heer [verzoeker] verzocht om de looptijd van de WSNP te verkorten met zestien maanden, maar de rechtbank heeft besloten om de ingangsdatum te bepalen op 19 februari 2023, acht maanden voor de uitspraak. Dit is gebaseerd op de vaststelling dat de heer [verzoeker] gedurende deze periode maximaal heeft afgelost en zich heeft ingespannen conform de eisen van de WSNP.

De rechtbank heeft verder de bewindvoerder benoemd en de verplichtingen van de heer [verzoeker] tijdens de WSNP uiteengezet. De beslissing is openbaar uitgesproken en de rechtbank heeft benadrukt dat indien de verplichtingen niet correct worden nagekomen, dit kan leiden tot verlenging of beëindiging van de WSNP zonder schone lei.

Uitspraak

vonnis
RECHTBANKDEN HAAG
Team Insolventies
insolventienummer: C/09/23/103 R
vonnis van 19 oktober 2023
op het verzoek van:
[verzoeker],
wonende te [adres]
[postcode en woonplaats].
Waar deze zaak over gaat
De heer [verzoeker] bevindt zich in een problematische schuldensituatie. Om tot een oplossing voor zijn schulden te komen heeft de heer [verzoeker] een verzoek gedaan te worden toegelaten tot de wettelijke schuldsaneringsregeling (WSNP). Dit verzoek wordt toegewezen. De rechtbank legt hierna uit waarom zij zo beslist.

1.De procedure

1.1.
De heer [verzoeker] heeft een verzoek ingediend om te worden toegelaten tot de WSNP.
1.2.
Het verzoek is behandeld op de zitting van 19 oktober 2023. Met de uitnodiging voor deze zitting is aan De heer [verzoeker] een WSNP-informatieboekje meegezonden. Op de zitting verschenen:
- de heer [verzoeker] ,
- de heer J.C. Visser, beschermingsbewindvoerder van Visser Bewindvoering.

2.De beoordeling van het verzoek

2.1.
De heer [verzoeker] kan alleen worden toegelaten tot de WSNP als hij zich in een problematische schuldensituatie bevindt en hij te goeder trouw was bij het ontstaan en onbetaald laten van zijn schulden. De rechtbank kijkt daarbij vooral naar de afgelopen drie jaar. Ook moet de verwachting bestaan dat De heer [verzoeker] aan de verplichtingen van de WSNP zal voldoen.
2.2.
De heer [verzoeker] voldoet aan alle eisen en wordt toegelaten tot de WSNP.
2.3.
De verplichtingen waaraan De heer [verzoeker] tijdens de WSNP moet voldoen staan in het WSNP-informatieboekje beschreven. Samengevat komt dit neer op: een informatieverplichting, een inspanningsverplichting, een verplichting geen nieuwe schulden te laten ontstaan en een afdrachtverplichting.
2.4.
De wet schrijft voor dat de eerste 13 maanden van het traject een postblokkade geldt. Gedurende deze periode zal alle post naar de bewindvoerder gaan. De bewindvoerder stuurt de post na controle weer door aan De heer [verzoeker] .
2.5.
Het WSNP-traject duurt in principe achttien maanden. Als de heer [verzoeker] zich gedurende die periode houdt aan alle verplichtingen die de WSNP met zich brengt, eindigt het traject na verloop van die achttien maanden met de zogenoemde “schone lei”. Dit betekent dat schuldeisers hun vorderingen ten aanzien waarvan de WSNP werkt niet meer op de heer [verzoeker] kunnen verhalen.
De ingangsdatum
2.6.
Artikel 349a lid 1 van de Faillissementswet (Fw) bepaalt sinds 1 juli 2023 dat de termijn van de WSNP begint te lopen (ingaat) op de dag van de uitspraak tot de toepassing van de WSNP, dan wel van de dag waarop de eerste aflossing is gedaan in het kader van de buitengerechtelijke schuldregeling indien die dag eerder is gelegen.
2.7.
De heer [verzoeker] verzoekt de looptijd van de WSNP te verkorten met zestien maanden (vanaf juni 2022). Mede gelet op hetgeen ter terechtzitting is besproken, begrijpt de rechtbank dit als een verzoek om de ingangsdatum te bepalen op de datum zestien maanden voorafgaand aan de datum van een te wijzen toelatingsvonnis. De heer [verzoeker] heeft in de afgelopen periode uit zijn inkomsten een bedrag van € 3.976,29 gespaard.
2.8.
De rechtbank neemt bij de beoordeling van dit verzoek om een eerdere ingangsdatum – en daarmee bij de beoordeling van de vraag of sprake is van aflossingen in het kader van een buitengerechtelijke schuldregeling – onder meer het volgende tot uitgangspunt: (1) aflossen is maximaal aflossen, (2) de hoogte van de aflossing wordt vastgesteld aan de hand van het vrij te laten bedrag (Vtlb) zoals berekend met de Vtlb-calculator die via het internet beschikbaar is en (3) invulling van de inspanningsplicht zoals in de WSNP.
2.9.
Op basis van de aan de rechtbank ter beschikking gestelde stukken, waaronder een vtlb-berekening over de periode juli-december 2022 en enkele salarisspecificaties, moet worden geoordeeld dat de heer [verzoeker] gedurende 8 maanden maximaal heeft afgelost. Het vorenstaande betekent dat de rechtbank bij het bepalen van de eerdere ingangsdatum niet zal uitgaan van de verzochte zestien maanden.
2.10.
Gezien de chronische klachten van de heer [verzoeker] staat vast dat hij zich eveneens maximaal heeft ingespannen conform de eisen die in de WSNP aan hem worden gesteld. Het vorenstaande betekent dat de rechtbank bij het bepalen van een eerdere ingangsdatum zal uitgaan van acht maanden voor dit vonnis, te weten 19 februari 2023
.
2.11.
De rechtbank merkt tenslotte in dit verband nog wel op dat indien het bedrag van beheerrekening niet op korte termijn op de boedelrekening wordt gestort, er een boedelachterstand ontstaat en dit tot gevolg kan hebben dat de WSNP-regeling wordt verlengd of zelfs voortijdig – zonder schone lei – kan worden beëindigd. Dit kan ook het geval zijn indien komt vast te staan dat vanaf de ingangsdatum andere WSNP-verplichtingen niet (correct) zijn nagekomen.

3.De beslissing

De rechtbank:
- spreekt met ingang van 19 februari 2023 de toepassing van de wettelijke schuldsaneringsregeling uit ten aanzien van:
[verzoeker]
geboren op [geboortedatum] 1970 te [geboorteplaats],
wonende te [adres, postcode en woonplaats].
- stelt vast dat door deze uitspraak alle gelegde beslagen komen te vervallen;
- benoemt tot rechter-commissaris mr. A.C.M. Höppener en tot bewindvoerder: mr. J. Perez Herrera (Koppelman & Perez Bewind),
Postbus 304
3400 AH IJsselstein;
- geeft de bewindvoerder opdracht om de komende 13 maanden, of zoveel eerder als de schuldsaneringsregeling eindigt, de post van de heer [verzoeker] in te zien;
- bepaalt dat de bewindvoerder een voorschot op de vergoeding mag nemen volgens het Besluit vergoeding bewindvoerder schuldsanering. Dit kan alleen:
- zolang de schuldsaneringsregeling loopt en
- voor zover de boedel toereikend is.
Dit is de beslissing van mr. A.C.M. Höppener, rechter, in samenwerking met A. van Groningen Schinkel, griffier. Deze beslissing is in het openbaar uitgesproken op 19 oktober 2023.