ECLI:NL:RBDHA:2023:15151
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen niet tijdig beslissen op asielaanvraag niet-ontvankelijk verklaard
In deze zaak heeft eiser, vertegenwoordigd door mr. A. Hanna, beroep ingesteld tegen de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, omdat er niet tijdig is beslist op zijn aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel, ingediend op 20 augustus 2022. De rechtbank heeft vastgesteld dat partijen geen zitting nodig achtten en het onderzoek heeft gesloten zonder verdere behandeling. De rechtbank heeft overwogen dat, volgens de Algemene wet bestuursrecht, een betrokkene een bestuursorgaan schriftelijk in gebreke moet stellen voordat hij beroep kan instellen. Eiser heeft dit gedaan, maar de rechtbank oordeelt dat de ingebrekestelling te vroeg is ingediend, omdat de beslistermijn op basis van WBV 2022/22 met negen maanden is verlengd. Dit besluit is van kracht sinds 27 september 2022 en geldt ook voor asielaanvragen die vóór 1 januari 2023 zijn ingediend. De rechtbank verwijst naar een eerdere uitspraak van 24 maart 2023, waarin is geoordeeld dat de verlenging van de beslistermijn geldig was. Aangezien de beslistermijn voor de aanvraag van eiser is verlengd tot 20 november 2023, is de ingebrekestelling van 20 februari 2023 niet geldig. Hierdoor is het beroep van eiser niet-ontvankelijk verklaard.