Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[naam]
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,
Inleiding
Beoordeling door de rechtbank
‘de zorg uitsluitend door uw gestelde (pleeg)moeder/tante kan worden verleend.’Echter blijkt noch uit de tekst van artikel 16 van de Dublinverordening zelf, noch uit de op dat artikel betrekking hebbende artikel 11 van de Uitvoeringsverordening, dat een (doorslaggevend) criterium voor het aannemen van afhankelijkheid is dat de hulp exclusief door de, in dit geval pleegmoeder/tante, moet worden geboden. De rechtbank sluit zich in dat kader aan bij de overwegingen van deze rechtbank, zittingsplaats Roermond, van 24 april 2023, r.o. 5. [2] De staatssecretaris dient het overgelegde stuk en hetgeen door eiser is aangevoerd met betrekking tot zijn afhankelijkheid van zijn tante en zijn ziekte bij de beoordeling te betrekken.
7.4. De rechtbank is van oordeel dat gelet op het voorgaande, de staatssecretaris voor het afwijzen van eisers beroep op artikel 16 van de Dublinverordening niet kan volstaan met de motivering die hij daarvoor in het bestreden besluit heeft gegeven. De rechtbank is dan ook van oordeel dat de staatssecretaris zich opnieuw dient te beraden over de vraag of sprake is van afhankelijkheid als bedoeld in artikel 16 van de Dublinverordening. Reeds hierom kan het besluit niet in stand blijven. De rechtbank is verder van oordeel dat, nu het bestreden besluit vernietigd wordt, hetgeen eiser voor het overige heeft aangevoerd thans geen bespreking meer behoeft.
Conclusie en gevolgen
Proceskosten
€ 1.674,- (1 punt voor het indienen van het beroepschrift en 1 punt voor het verschijnen ter zitting met een waarde per punt van € 837,- en een wegingsfactor 1). Omdat aan eiser een toevoeging is verleend, moet de staatssecretaris de proceskostenvergoeding betalen aan de rechtsbijstandverlener.
Beslissing
- verklaart het beroep gegrond;