In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag op 29 augustus 2023, met zaaknummer NL23.14575, wordt het beroep van eiser tegen het niet in behandeling nemen van zijn aanvraag om een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd beoordeeld. Eiser, een Ethiopische nationaliteit, heeft op 7 januari 2023 in Nederland om internationale bescherming gevraagd. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft de aanvraag niet in behandeling genomen, omdat Polen verantwoordelijk is voor de aanvraag. Eiser betoogt dat hij ten onrechte als identiteitsdrager wordt gezien op basis van de EU-vis en dat hij onvoldoende gelegenheid heeft gehad om correcties en aanvullingen op zijn aanmeldgehoor in te dienen. Hij vraagt de rechtbank om prejudiciële vragen aan het Hof van Justitie van de Europese Unie te stellen over de (on)deelbaarheid van het interstatelijk vertrouwensbeginsel, gezien de zorgwekkende situatie van de LHBTI-gemeenschap in Polen en de medische zorg die hij nodig heeft voor zijn hiv-besmetting.
De rechtbank oordeelt dat de staatssecretaris deugdelijk heeft gemotiveerd waarom hij uitgaat van de identiteit en geboortedatum zoals geregistreerd in de EU-vis. Eiser heeft niet aangetoond dat deze informatie onjuist is. De rechtbank concludeert dat er geen reden is om aan te nemen dat Polen niet voldoet aan zijn internationale verplichtingen en dat de medische omstandigheden van eiser geen reden zijn om af te zien van de overdracht aan Polen. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af. Eiser krijgt geen vergoeding van zijn proceskosten.