ECLI:NL:RBDHA:2023:13666

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
4 september 2023
Publicatiedatum
11 september 2023
Zaaknummer
23/942
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toekenning van een urgentieverklaring voor een woning met een extra slaapkamer op medische gronden

In deze zaak heeft de rechtbank Den Haag op 4 september 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, die een urgentieverklaring voor een woning met een extra slaapkamer heeft aangevraagd, en het dagelijks bestuur van het samenwerkingsorgaan Holland Rijnland, dat deze aanvraag heeft afgewezen. Eiseres woont op de vijfde verdieping van een etagewoning en heeft aangegeven last te hebben van hoogtevrees, wat haar psychische gezondheid negatief beïnvloedt. Ze heeft een urgentieverklaring aangevraagd om in aanmerking te komen voor een benedenwoning met twee slaapkamers, omdat ze 24-uurszorg nodig heeft en het noodzakelijk is dat zorgverleners in bepaalde periodes bij haar kunnen verblijven.

De rechtbank heeft vastgesteld dat de urgentieverklaring door verweerder is toegekend, maar met een zoekprofiel voor een benedenwoning met maximaal één slaapkamer. Eiseres betoogt dat dit niet voldoende is, omdat zij een tweede slaapkamer nodig heeft voor de zorgverleners. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat verweerder de medische noodzaak voor een tweede slaapkamer niet heeft hoeven aannemen, omdat dit niet voldoende was aangetoond. De rechtbank heeft daarbij verwezen naar een aanvullend medisch advies van de GGD-arts, waarin werd gesteld dat de noodzaak voor een tweede slaapkamer niet op medische gronden was onderbouwd.

De rechtbank heeft verder geoordeeld dat de hardheidsclausule, die de mogelijkheid biedt om af te wijken van de verordening in bijzondere gevallen, niet van toepassing is. De rechtbank heeft geconcludeerd dat het beroep van eiseres ongegrond is, wat betekent dat het zoekprofiel niet hoeft te worden aangepast. Eiseres krijgt geen vergoeding van haar proceskosten en het griffierecht wordt niet teruggegeven. De uitspraak is openbaar uitgesproken en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG
Bestuursrecht
zaaknummer: SGR 23/942

uitspraak van de enkelvoudige kamer van 4 september 2023 in de zaak tussen

[eiseres] , uit [woonplaats] , eiseres

(gemachtigde: D. van de Wijngaard),
en

het dagelijks bestuur van het samenwerkingsorgaan Holland Rijnland, verweerder

(gemachtigde: E.L. ten Hoopen).

Inleiding

Bij besluit van 15 november 2022 (het primaire besluit) heeft verweerder het verzoek van eiseres om een urgentieverklaring toegewezen.
Eiseres heeft bezwaar gemaakt tegen het aan de urgentieverklaring verbonden zoekprofiel.
Bij besluit van 19 januari 2023 (het bestreden besluit) heeft verweerder het bezwaar van eiseres tegen het primaire besluit ongegrond verklaard.
Eiseres heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld.
Verweerder heeft op het beroep gereageerd met een verweerschrift.
De rechtbank heeft het beroep op 31 juli 2023 met behulp van een beeldverbinding op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: eiseres, de gemachtigde van eiseres en de gemachtigde van verweerder.

Overwegingen

Waar gaat deze zaak over?
1. Eiseres woont in een etagewoning op de vijfde verdieping. Zij is de enige bewoner van de woning. Eiseres heeft in haar aanvraag gesteld last te hebben van hoogtevrees en dat heeft een nadelige invloed op haar psychische gezondheid. Zij heeft daarom een urgentieverklaring aangevraagd. Verweerder heeft deze urgentieverklaring toegekend, met als zoekprofiel ‘benedenwoning met maximaal 1 slaapkamer’.
Wat vindt eiseres in beroep?
2. Eiseres betoogt dat de urgentieverklaring ten onrechte niet voorziet in een zoekprofiel voor een benedenwoning met twee slaapkamers. Op grond van de Wet langdurige zorg (Wlz) heeft zij een indicatie gekregen voor 24 uurszorg in de nabijheid. Gemiddeld vier keer per jaar moeten de vrijwilligers die haar bijstaan als zorgverlener ook
’s nachts bij haar verblijven, voor een periode van vier tot zes weken. Voor haar eigen welzijn en de privacy van de vrijwilligers is het noodzakelijk dat in die periodes een afzonderlijke slaapkamer voor de vrijwilligers beschikbaar is. De huidige woning van eiseres heeft ook een tweede slaapkamer.
Wat is het oordeel van de rechtbank?
3. Het wettelijk kader is opgenomen in de bijlage die deel uitmaakt van deze uitspraak.

Toetsingskader urgentieverklaring

4. De rechtbank stelt voorop dat verweerder bij het toekennen van een urgentieverklaring beslissingsruimte toekomt. Daarom moet de rechtbank het bestreden besluit terughoudend toetsen. Uit de Huisvestingsverordening Holland Rijnland 2019 (de Verordening) blijkt van een restrictief beleid met betrekking tot urgentieverklaringen. Een urgentieverklaring kan slechts worden verkregen als voldoende is aangetoond dat een medisch, psychosociaal of maatschappelijk probleem alleen kan worden opgelost door een voorrangspositie voor een zelfstandige woonruimte. [1] Dit toetsingskader brengt mee dat alleen in bijzondere situaties met een urgentieverklaring voorrang kan worden verleend ten opzichte van andere woningzoekenden. De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (de Afdeling) heeft geoordeeld dat een restrictief beleid met betrekking tot urgentieverklaringen niet onredelijk is, gelet op het grote aantal aanvragen voor een urgentieverklaring en het in verhouding daarmee geringe aantal woningen dat beschikbaar is. [2]

Het zoekprofiel

5. De urgentieverklaring vermeldt het zoekprofiel. [3] Volgens de toelichting van de Verordening geldt hierbij dat een zoekprofiel met voorrang voor een eengezinswoning of benedenwoning zelden wordt afgegeven. Alleen als er een aantoonbare (medische) noodzaak voor is, kan men dit woningtype opgenomen krijgen in het zoekprofiel. Het huisvestingsprobleem van eiseres bestaat eruit dat zij op hoogte woont en dat dit een bedreiging vormt voor haar psychische gezondheid. Dit blijkt uit de aanvraag van eiseres en uit het medisch advies van de GGD-arts van 9 november 2022. Volgens het medisch advies is verhuizing naar een benedenwoning noodzakelijk. Het in het zoekprofiel vermelde aantal van één slaapkamer is in overeenstemming met het in de toelichting op de Verordening opgenomen aantal kamers voor een alleenwonende.
6. Verweerder heeft zich op het standpunt gesteld dat de medische noodzaak van een tweede slaapkamer niet is aangetoond en dat er daarom geen aanleiding is het zoekprofiel aan te passen. Het standpunt dat de medische noodzaak niet is aangetoond, heeft verweerder gebaseerd op een aanvullend medisch advies van 22 december 2022. In dit advies heeft een GGD-arts vermeld dat de Wlz-indicatie van eiseres inhoudt dat zij meestal zorg in de nabijheid nodig heeft en dat zij daarnaast in periodes met verminderde realiteitszin niet zonder voortdurend toezicht kan. In die periodes is er volgens de GGD-arts een noodzaak tot het laten logeren van een zorgverlener. In het kader van privacy lijkt een eigen slaapplek voor de zorgverlener noodzakelijk, maar dat is volgens de GGD-arts geen medische overweging. Volgens eiseres heeft verweerder zich ten onrechte op dit aanvullend advies gebaseerd. Zij wijst erop dat het advies is opgesteld door een waarnemend GGD-arts, waarmee de gemachtigde van eiseres telefonisch contact heeft gehad. Uit dat contact blijkt volgens eiseres van onjuiste aannames en onvoldoende kennis over haar medische situatie.
7. De rechtbank stelt voorop dat het advies van 22 december 2022 een medisch advies is dat is uitgebracht door een arts, een medisch deskundige. Verweerder mag dit advies aan de besluitvorming ten grondslag leggen indien het op een onpartijdige, objectieve en inzichtelijke wijze is opgesteld. [4] De rechtbank ziet geen aanknopingspunten voor het oordeel dat het advies hier niet aan voldoet. Uit het advies blijkt dat de gemachtigde van eiseres een toelichting heeft gegeven op de zorgbehoefte van eiseres en op de noodzaak van een eigen kamer voor de vrijwilligers die haar bijstaan als zorgverlener. Uit het advies blijkt niet dat de GGD-arts ervan uitgaat dat de psychoses zullen verdwijnen; de arts stelt juist dat niet valt te zeggen of de periodes waarin eiseres 24 uurs zorg nodig heeft ook daadwerkelijk gaan afnemen als zij een benedenwoning heeft.
8. Gelet op het aanvullend advies van 22 december 2022 mocht verweerder ervan uitgaan dat de medische noodzaak van een tweede slaapkamer niet is aangetoond. Het standpunt van verweerder dat eiseres daarom niet in aanmerking komt voor een zoekprofiel met een tweede slaapkamer is naar het oordeel van de rechtbank niet onredelijk. Dit standpunt past bij een restrictief beleid met betrekking tot urgentieverklaringen. Een aan een urgentieverklaring verbonden zoekprofiel kan een oplossing bieden voor een urgent woonprobleem met een woningtype dat om andere redenen – zoals het aantal slaapkamers – minder aantrekkelijk is voor de aanvrager. Daaruit volgt niet dat het zoekprofiel niet passend is. En alhoewel ook uit het aanvullende advies volgt dat een tweede slaapkamer wenselijk is, is niet gebleken dat daar een medische noodzaak voor bestaat.

Hardheidsclausule

9. De hardheidsclausule voorziet in de bevoegdheid om, ten gunste van de aanvrager, gemotiveerd af te wijken van de Verordening, in gevallen waarin de toepassing daarvan tot een bijzondere hardheid leidt. [5] Volgens de toelichting op dit artikel zijn de aard en de strekking van de hardheidsclausule zodanig dat deze slechts met uiterste terughoudendheid kan worden toegepast. Uit jurisprudentie van de Afdeling volgt verder dat verweerder bij het al dan niet toepassen van een hardheidsclausule beoordelingsruimte heeft en dat de bestuursrechter het gebruik van die ruimte terughoudend moet toetsen. [6]
10. Aan eiseres is een urgentieverklaring toegekend waarmee zij het woonprobleem kan oplossen. De rechtbank heeft er begrip voor dat eiseres liever niet naar een woning verhuist met minder slaapkamers dan haar huidige woning en begrijpt ook dat het voor haarzelf en de vrijwilligers erg prettig zou zijn als er een tweede slaapkamer is. Verweerder hoeft deze woonwens echter niet op te nemen in het zoekprofiel, omdat niet is aangetoond dat er een (medische) noodzaak bestaat voor deze tweede slaapkamer. Verweerder heeft in zijn afweging kunnen betrekken dat er binnen de regio Holland Rijnland vele woningenzoekenden zijn, waarvoor slechts een zeer beperkt aantal woningen beschikbaar is.

Conclusie en gevolgen

11. Het beroep is ongegrond. Dat betekent dat verweerder het aan de urgentieverklaring verbonden zoekprofiel niet heeft hoeven aanpassen. Eiseres krijgt daarom het griffierecht niet terug. Zij krijgt ook geen vergoeding van haar proceskosten.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond.
Deze uitspraak is gedaan door mr. S.H. van den Ende, rechter, in aanwezigheid van
mr.R.J.P. Lindhout, griffier. De uitspraak is uitgesproken in het openbaar op
4 september 2023.
griffier
rechter
Een afschrift van deze uitspraak is verzonden aan partijen op:

Informatie over hoger beroep

Een partij die het niet eens is met deze uitspraak, kan een hogerberoepschrift sturen naar de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State waarin wordt uitgelegd waarom deze partij het niet eens is met deze uitspraak. Het hogerberoepschrift moet worden ingediend binnen zes weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden. Kan de indiener de behandeling van het hoger beroep niet afwachten, omdat de zaak spoed heeft, dan kan de indiener de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State vragen om een voorlopige voorziening (een tijdelijke maatregel) te treffen.

Bijlage

Huisvestingsverordening Holland Rijnland 2019
Artikel 20 Criteria voor toekenning van urgentie
1. Een woningzoekende kan in aanmerking komen voor een urgentieverklaring, wanneer:
voldaan wordt aan het bepaalde in Artikel 9 van deze verordening, en;
de woningzoekende regionaal gebonden is, en;
de woningzoekende niet zelf binnen zes maanden kan voorzien in zijn (her)huisvesting;
voldaan wordt aan het bepaalde in lid 2 en lid 5;
2. Een urgentieverklaring kan alleen verkregen worden als voldoende is aangetoond dat het medische, psychosociale- of maatschappelijke probleem alleen kan worden opgelost door een voorrangspositie voor een zelfstandige woonruimte.
3. Een woningzoekende kan in aanmerking komen voor een urgentieverklaring op basis van medische dan wel psychosociale gronden, als naar het oordeel van een door de urgentiecommissie aangewezen onafhankelijke deskundige is komen vast te staan dat:
er sprake is van medische dan wel psychosociale gronden die zodanig verbonden zijn met omstandigheden in de huidige woonruimte dat de daarmee verbonden gevolgen door voortduring van die omstandigheden verergeren of het gebruik van de woonruimte feitelijk onmogelijk maken; en,
het niet aanvaardbaar is dat de onder a genoemde omstandigheden langer dan zes maanden zullen voortduren;
door ergonomische aanpassing van de woonruimte de onder a genoemde omstandigheden niet worden opgeheven.
(…)
5. Een urgentieverklaring wordt alleen verleend, indien:
de gewenste verhuizing bijdraagt aan de verlichting en zo mogelijk de oplossing van de problematiek die ten grondslag ligt aan de gevraagde urgentieverklaring; en,
de aanvrager geen vrije keuze inzake de woonsituatie heeft, en geen andere mogelijkheid voor de aanvrager openstaat, die in redelijkheid een urgentieaanvraag in de regio Holland Rijnland in de weg staat; en,
sprake is van een acute woonnoodsituatie die niet door betrokkene zelf is veroorzaakt of kon worden voorkomen of kan worden opgelost.
Artikel 21 Toekenning urgentieverklaring
(…)
3. De urgentieverklaring vermeldt in ieder geval:
(…)
het zoekprofiel, d.w.z. een beschrijving van de gemeente(n), kern(en) of wijk(en) en woningtype(n) en woninggrootte waarvoor de voorrang wordt toegekend;
(…)
Artikel 33 Hardheidsclausule
Het Dagelijks Bestuur en de door haar op grond van deze verordening ingestelde urgentiecommissie zijn bevoegd in gevallen, waarin de toepassing van deze verordening naar hun oordeel tot een bijzondere hardheid leidt, ten gunste van de aanvrager gemotiveerd af te wijken van deze verordening.
Algemene toelichting Huisvestingsverordening Holland Rijnland 2019
Artikel 21 Toekenning urgentieverklaring
(…)
3. e. Urgenten komen niet in aanmerking voor elke willekeurige woning. Voorkomen moet worden dat woningzoekenden urgentie aangrijpen om wooncarrière te maken. De urgentiecommissie stelt een zoekprofiel op met eisen waaraan een woning voor de urgente moet voldoen. Hierbij geldt dat een zoekprofiel met voorrang voor een eengezinswoning of benedenwoning zelden wordt afgegeven. Alleen als er een aantoonbare (medische) noodzaak voor is, kan men dit woningtype opgenomen krijgen in het zoekprofiel. Voor woningen die buiten het zoekprofiel vallen, geldt geen recht op voorrang als urgent woningzoekende.
In het zoekprofiel wordt een tevens het aantal kamers genoemd waarvoor de urgentie geldt. Een alleenstaande krijgt voorrang voor een (etage) woning met maximaal 2 kamers. Een huishouden bestaande uit 2 personen krijgt voorrang op een (etage) woning met maximaal 3 kamers. Een huishouden bestaande uit 3 personen krijgt voorrang op een (etage) woning met maximaal 4 kamers. Wanneer het huishouden uit 4 of meer personen bestaat wordt geen maximum gesteld aan het aantal kamers.
(…)
Artikel 33 Hardheidsclausule
De aard en de strekking van de hardheidsclausule zijn zodanig dat deze slechts met uiterste terughoudendheid kan worden toegepast. Bij de toetsing van de bijzondere gevallen dient in elk geval beoordeeld te worden of het Dagelijks Bestuur in eerdere, vergelijkbare situaties heeft besloten tot toepassing van de hardheidsclausule.

Voetnoten

1.Artikel 20, tweede lid, van de Verordening.
2.Zie de uitspraak van de Afdeling van 9 maart 2016 (ECLI:NL:RVS:2016:628).
3.Artikel 21, lid 3, aanhef en onder e, van de Verordening.
4.Uitspraak van de Afdeling van 9 februari 2022, ECLI:NL:RVS:2022:398.
5.Artikel 33 van de Verordening.
6.Zie bijvoorbeeld de uitspraak van de Afdeling van 3 februari 2016 (ECLI:NL:RVS:2016:231).