ECLI:NL:RBDHA:2023:12340
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen naheffingsaanslag loonbelasting en belastingrente
Op 15 augustus 2023 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een zaak tussen [eiseres] B.V. en de inspecteur van de Belastingdienst. Eiseres had beroep ingesteld tegen een naheffingsaanslag loonbelasting voor het jaar 2017, waarbij een bedrag van € 11.471 aan belastingrente in rekening was gebracht. De naheffingsaanslag was het gevolg van een vaststellingsovereenkomst die eiseres op 24 februari 2022 had gesloten met verweerder, waarin was overeengekomen dat een levenslooptegoed van € 140.986 belast zou worden in 2017. Eiseres betwistte de rentebeschikking en voerde aan dat deze in strijd was met het eigendomsrecht en het discriminatieverbod uit het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM). Eiseres stelde ook dat de rentebeschikking een strafkarakter had en dat verweerder onredelijk lang had gedaan om de aanslag op te leggen.
De rechtbank oordeelde dat de rentebeschikking terecht was opgelegd en dat eiseres niet had aangetoond dat het verschuldigde bedrag een individuele en buitensporige last voor haar vormde. De rechtbank benadrukte dat belastingrente geen boete is en dat opzet of grove schuld geen rol speelt bij het in rekening brengen van belastingrente. De rechtbank concludeerde dat de rentebeschikking conform de wettelijke regels was berekend en dat er geen bijzondere omstandigheden waren die verweerder hadden moeten doen afzien van het in rekening brengen van belastingrente. Het beroep van eiseres werd ongegrond verklaard en er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd.