ECLI:NL:RBDHA:2023:11380
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van het beroep tegen het niet in behandeling nemen van een asielaanvraag op basis van de Dublinverordening
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag, gedaan op 1 augustus 2023, wordt het beroep van eiser tegen het niet in behandeling nemen van zijn aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd beoordeeld. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft de aanvraag op 6 juni 2023 niet in behandeling genomen, omdat Frankrijk verantwoordelijk is voor de behandeling van de aanvraag. De rechtbank heeft op basis van artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) uitspraak gedaan zonder zitting.
De rechtbank onderzoekt of eiser procesbelang heeft bij zijn beroep, vooral gezien het feit dat hij op 17 juni 2023 Nederland met onbekende bestemming heeft verlaten. De gemachtigde van eiser heeft op 14 juli 2023 aangegeven dat er nog contact is met eiser, maar heeft niet gespecificeerd wanneer dit contact heeft plaatsgevonden of waar eiser zich momenteel bevindt. De rechtbank concludeert dat de enkele mededeling van contact onvoldoende is om aan te nemen dat eiser nog prijs stelt op de bescherming die hij aanvankelijk zocht.
Uiteindelijk oordeelt de rechtbank dat eiser kennelijk geen rechtens te beschermen belang meer heeft bij de beoordeling van zijn beroep, en verklaart het beroep niet-ontvankelijk. Eiser krijgt geen vergoeding van zijn proceskosten. Deze uitspraak is openbaar gemaakt en partijen hebben de mogelijkheid om binnen zes weken verzet aan te tekenen tegen deze beslissing.