Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 26 juni 2023 in de zaak tussen
[eiseres] (eiseres) en [eiser] (eiser), beiden uit [woonplaats],
het college van burgemeester en wethouders van Den Haag, verweerder
en op het verzoek om veroordeling tot vergoeding van schade.
Inleiding
Totstandkoming van het besluit
1 oktober 2021 gevraagd om uiterlijk 15 oktober 2021 een verklaring en bewijsstukken in te leveren over de verkoop van de auto met kenteken 88… en een aankoopnota met aankoopbedrag van de auto H… Nadat eiseres had verzocht om uitstel heeft het afdelingshoofd bij brief van 11 oktober 2021 het verzoek van 1 oktober 2021 herhaald en als inleverdatum 25 oktober 2021 genoemd.
Beoordeling door de rechtbank
19 december 2014, ECLI:NL:RBDHA:2014:15515, stellen eisers dat het onevenredig bezwarend is dat zij alleen via de weg van bezwaar en beroep tegen een eventuele beëindiging van hun uitkering een oordeel van de rechter kunnen krijgen over wat in hun concrete geval tot hun vermogen wordt gerekend.
Beslissing
mr.Y. Al-Qaq, griffier. De uitspraak is uitgesproken in het openbaar op 26 juni 2023.