Uitspraak
Rechtbank DEN HAAG
1.Het procesverloop
2.De feiten
(…)
(…)
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de werknemer, die sinds 1 augustus 2018 in dienst was bij Orona The Netherlands B.V., op 6 juli 2021 ontslag op staande voet gekregen. De werkgever heeft dit ontslag gerechtvaardigd door te stellen dat de werknemer herhaaldelijk in strijd met de waarheid gewerkte uren heeft ingeboekt in het registratiesysteem, waardoor hij onterecht loon heeft ontvangen. De werknemer heeft op 5 september 2021 verzocht om vernietiging van het ontslag en om toekenning van een transitievergoeding. Tijdens de mondelinge behandeling op 4 april 2022 is gebleken dat de werknemer niet alleen meer uren heeft geschreven dan hij daadwerkelijk heeft gewerkt, maar ook dat hij onvoldoende bereikbaar was voor calamiteiten, wat heeft geleid tot reputatieschade voor de werkgever. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de werknemer niet alleen de urenregistratie niet correct heeft bijgehouden, maar ook dat hij niet beschikbaar was voor spoedopdrachten, wat in strijd is met de verwachtingen die aan zijn functie verbonden zijn. De kantonrechter heeft geoordeeld dat het ontslag op staande voet rechtsgeldig is en heeft de verzoeken van de werknemer afgewezen. Tevens is de werknemer veroordeeld tot betaling van een gefixeerde schadevergoeding aan de werkgever, omdat hij een dringende reden heeft gegeven voor het ontslag.