4.4De beoordeling van de tenlastelegging
De rechtbank zal de op de tenlastelegging voorkomende feiten behandelen in de volgorde waarin zij bij de inhoudelijke behandeling aan de orde zijn geweest en zal daartoe eerst de start van het onderzoek van politie en justitie bespreken, daarna de verklaring van de verdachte en tot slot de inzet van verschillende opsporingsmiddelen uiteen zetten.
Start van het onderzoek
Volgens TCI (Team Criminele Inlichtingen)-informatie van februari en maart 2019 zouden [verdachte] en [medeverdachte 1] al jaren handelen in honderden kilo’s hennep.
Op grond van deze TCI-informatie werd op 4 november 2019 [onderzoek] gestart. In de periode van 14 november 2019 tot en met 17 februari 2020 werden verschillende telefoonnummers afgeluisterd. Uit onderzoek van de politie bleek dat de [verdachte] het [telefoonnummer 1] (hierna: [telefoonnummer 1] ) in gebruik had. Verder bleek uit onderzoek dat [medeverdachte 1] gebruik maakte van het [telefoonnummer 2] (hierna: [telefoonnummer 2] ) , [medeverdachte 4] ) gebruik maakte van het [telefoonnummer 3] (hierna: [telefoonnummer 3] ) en [medeverdachte 2] gebruikt maakte van het [telefoonnummer 4] (hierna: [telefoonnummer 4] ).
De verklaring van de verdachte
De verdachte heeft op de terechtzitting van 19 augustus 2022 verklaard dat hij wel eens in kleine hoeveelheden hennep heeft gehandeld. Dit was vanaf het moment dat hij werd getapt in november 2019. Vóór dat hij eind januari 2020 naar Marokko ging, was hij al een tijdje gestopt. Hij verkocht hennep aan coffeeshops of afnemers binnen Nederland. De verdachte heeft verklaard dat hij telefoongesprekken heeft gevoerd over de handel in hennep.
Ten aanzien van de witwasverdenking heeft de verdachte bij de rechter-commissaris verklaard dat hij € 30.000,- heeft gewonnen bij het Holland Casino in Scheveningen, tussen december 2018 en januari 2019 bij de vip-roulette.Dit bedrag zou zijn uitgaven verklaren..
Tapgesprekken
Uit het onderzoek naar meerdere getapte telefoonnummers bleek dat 416 gesprekken en/of SMS-berichten over de handel in softdrugs gingen. Alle verdachten stonden veelvuldig met elkaar in contact, en met onbekend gebleven derden.
Volgens onderzoek van de politie konden de verschillende gesprekken worden onderverdeeld in gesprekken met het label drugshandel en het label drugs. Zo vonden onder meer – samengevat – de volgende gesprekken plaats van en tussen de verdachten in de periode van 14 november 2019 tot en met 17 februari 2020.
De gesprekken met het label drugshandel:
16-11 [medeverdachte 4] en [medeverdachte 4] over 5 en doekoe en op de pof
19-11 [verdachte] en nn7585 over shop kwaliteit AMMIE, 20 stuks mooie.
19-11 niet echt top maar wel goed voor de sigaret zegt [verdachte]
19-11 Hij zet 2 klaar voor [verdachte] , er wordt een goede prijs gemaakt, 2 soorten
19-11 nn1320 heeft eentje voor 42 en die Magic haalt hij morgen op. Stuurt [medeverdachte 4] .
19-11 nn5058 4 stukjes echte shop voor 41,42 voor [verdachte]
20-11 2 voor 33 is niet echt top, moeten terug gestuurd zegt [verdachte] .
20-11 11 laten klaarzetten voor [medeverdachte 2] . Die Lange zou langskomen.
21-11 lange is 20 stuks aan het terugbrengen 200 gram gruis in 1 kilo voor 41 gekocht
21-11 Het is niet eens HAZE het is PP zegt [verdachte] .
22-11 een beetje open wel 41 tot 42 waard zegt [verdachte]
22-11 er zijn nog 13 stuks de man in Enschede wil 42 zegt [verdachte] .
22-11 [medeverdachte 1] koopt 2 plaatjes synthetisch in voor 1000 per stuk
22-11 [verdachte] , [medeverdachte 4] en [medeverdachte 2] genoemd. Over inkopen en winst.
23-11 [verdachte] krijgt 10 aangeboden voor 43, [medeverdachte 4] gaat kijken
23-11 [verdachte] en [medeverdachte 2] over de berekeningen van [medeverdachte 4] .
23-11 [medeverdachte 1] bespreekt met [naam 2] Hasjhandel
23-11 [verdachte] heeft donkere biologische van 16 en van 25
24-11 Iemand wil 22,23 nat verkopen, [verdachte] wil er 5
25-11 [medeverdachte 1] zoekt AM
25-11 [verdachte] smst: regel 4 om te testen
27-11 [naam 2] biedt voor 43,44 te koop aan, [verdachte] komt morgen kijken
29-11 [verdachte] had gisteren 30 stuks, [verdachte] zegt dat het 44 kost.
29-11 De shop is al weg zegt [verdachte]
30-11 [verdachte] heeft nog te veel liggen, hij heeft er 42 voor betaald.
30-11 [naam 2] zoekt Marokkaanse, Marsous of Critic. Ze vragen er 1800 voor. [verdachte] .
01-12 [verdachte] heeft al handgeld gekregen voor 10, [naam 2] heeft morgen nodig.
01-12 [verdachte] verkoopt voor 43,5, hij moet Jason ook wat geven
02-12 [medeverdachte 4] vraagt of er nog handel is
02-12 [verdachte] heeft 12 toppers voor 44, shop gepakt
04-12 [naam 2] wil 1,5 groen en 100 gram dat kost 3700 bij [verdachte]
06-12 [medeverdachte 1] en [medeverdachte 4] gaan kijken bij 4 mooie en 3 shop.
09-12 [medeverdachte 1] overlegt over smaak, bruine toppen voor 3. Hij komt met [medeverdachte 2]
11-12 [medeverdachte 4] smst met nn0408 over bijna 11 het is net AM, 4 41 is de prijs.
13-12 [verdachte] vraagt of [naam 2] even gaat knippen dan maakt [verdachte] een mooi prijsje
23-12 [verdachte] heeft nog mooie AM.
23-12 [medeverdachte 4] is aan het zeven om het gruis eruit te halen.
24-12 [naam 2] zegt tegen [verdachte] dat de Fransen er nu zijn. [verdachte] heeft voor 63 gekocht.
30-12 [verdachte] heeft 3 stuks SHOP voor 43 ingekocht.
02-01 [medeverdachte 1] heeft kilo shop voor 43 van een Turkse vriend
02-01 [verdachte] heeft 4,5 5 mooie voor de Duitsers.
07-01 [medeverdachte 4] maakt er 20 gram gruis van per kilo door te zeven
17-01 [naam 2] heeft 9 stuks mooie AM voor [verdachte]
20-01 [verdachte] stuurt die lange en vraagt nn te controleren op gruis.
25-01 [medeverdachte 1] heeft kanker mooie Haze uit Spanje voor 28
27-01 [naam 2] komt bij [medeverdachte 1] kijken voor 17 kilo.
31-01 [medeverdachte 4] smst met nn: nn heeft 12 stuks voor 41 in de top THC
11-02 [medeverdachte 4] heeft een betere prijs van 37138 gekregen. Dan kan hij er 10 pakken.
12-02 [medeverdachte 1] heeft monsters, mooie voor 36, zoals shop.
De gesprekken met daarin genoemde kenmerken van drugs:
22-11 [verdachte] vindt hem' 42 waard, de geur is een beetje moe en [naam 4] is een beetje open, net
open. Er wordt over 11 stuks gesproken ( 11 kilo)
06-12 [verdachte] heeft hele mooie maar heeft hem nog niet getest, er zit nu geen stempel op
07-12 [verdachte] heeft hem 'aarde' gegeven en hij is kankerstoned geworden. De smaak wordt
genoemd en dat ze 4 dagen hebben geknipt met scharen. Ook over de 'top' en in de vloei doen.
09-12 Ze hebben het geproefd en het is zoet en enkele toppen zijn bruin
11-12 [verdachte] heeft er 50 germi in gegooid. Er wordt 47 als prijs genoemd en 5.8 als hoeveelheid. [verdachte] heeft ze in originele zakken, 'hij' geeft veel af, hij heeft glitters op zijn hand dat is de THC. Ze gaan er saus op aanbrengen
19-12 Er zit toprot in, het gewicht was 1450
22-12 Critical wordt genoemd
23-12 er wordt een 'dikke plak' genoemden de prijs 43. Hij is 'kankergiftig.
25-12 Er zit geen smaak aan. die [naam 3] wilde 5 stuks van die mindere. 4,7 min gruis
31-12 Die donkere is wel goed, die andere is minder, het is een markt ding, er zit geen olie in je wordt er wel stoned van, ik heb er een blowtje van gerookt
02-01 [medeverdachte 1] heeft mooi Spaanse, grote bonken, mooie kleur en geur, hij wil er 31 voor hebben
02-01 [naam 2] heeft de donkerste, die is breekbaar, kruimelig en hij wordt er stoned van. Die blonde veranderd in boter als het warm wordt, minder olie die gaat [naam 2] straks roken.
02-01 je wordt er wel stoned van. [verdachte] zegt dat deze voor het buitenland is. De blonde is een beetje droog. [verdachte] heeft het liggen en [naam 2] wil 50 gram.
02-01 [medeverdachte 4] heeft gras voor [naam 2] , goeie een soort Haze
05-01 [verdachte] zegt dat hetgeen [medeverdachte 2] heeft gehaald, terug moet, het zijn bladeren geen knikkers zegt [verdachte] .
07-01 [medeverdachte 4] wil niet betalen voor gruis, normaal is 15 gram per kilo, dat laat [medeverdachte 4] zitten. Als er 50 in zit, haalt hij er 30 uit. Hij moet dan zeven.
12-01 paar van die grote en veel van die hele kleine topjes
14-01 Kritico wordt genoemd, 30 stuks, die Fransen zijn onderweg. [medeverdachte 1] wil niet voor saus meerijden met het risico dat hij ‘geschoten’ wordt.
15-01 [verdachte] gaat een monster sturen, 100 gram of zo. [verdachte] heeft 2 soorten, ook Shop. Hij gaat het in vacuumzakken doen. Hij werkt niet meer met die strijk.
22-01 [verdachte] vraagt of [naam 2] nog Hees-gruis nodig heeft. Gruis is meestal blad.
03-02 [naam 2] heeft Critical liggen. [medeverdachte 1] noemt een monster en komt eraan. [medeverdachte 1] vraagt om een foto/plaatje
08-02 [klant] wil die dunne/fijne niet, het moet groen zijn
13-02 gesprek tussen [medeverdachte 1] en [naam 2] over Gruis en Gronko
14-02 [medeverdachte 1] heeft nog 160 shop, Ammetje, mooie AM.
Volgens de politie blijkt uit de inhoud van de gevoerde gesprekken dat de verdachten zich bezig hielden met het verwerken en het verhandelen van hennep, nu werd gesproken over hoeveelheden, soorten, prijzen, en de kwaliteit van hennep. Hierbij vielen termen op zoals ‘gruis’, ‘Haze’, ‘THC’, ‘topjes’, ‘shop’, ‘Critical’, ‘knippen’, ‘strijk’ en ‘sausen’. Volgens de politie is gruis een term voor restafval van het knippen van hennepplanten. Haze en Critical zijn bekende cannabisrassen. Verder betreft sausen het mooier maken van hennep zodat het voor ‘shop-kwaliteit’ verkocht kan worden, zijnde kwaliteit die men verkoopt in de coffeeshop. Met strijk wordt een vacuümeer-zak bedoeld. Verder is volgens de politie de straatwaarde van één kilo hennep ongeveer € 4.000,- en is de kiloprijs van ‘shopkwaliteit’ tussen de € 4.500,- en € 5.000,-. De politie concludeert dat dit samenvalt met de prijzen en hoeveelheden die in de tapgesprekken werden genoemd.De rechtbank neemt deze conclusies en de gronden waarop zij berusten over en maakt deze tot de hare.
Observaties, baken en telecomgegevens
Uit onderzoek is gebleken dat [medeverdachte 2] vanaf 5 december 2019 een garagebox huurde aan [adres] te Alphen aan den Rijn (hierna: garagebox).Deze garagebox is gedurende drie periodes geobserveerd met het gebruik van camera’s, te weten vanaf 20 december 2019 tot en met 24 december 2019, 7 januari 2020 tot 9 januari 2020 en 14 januari 2020 tot en met 18 februari 2020.
Gedurende voornoemde periodes zijn [verdachte] , [medeverdachte 4] , [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] in wisselende samenstellingen en op verschillende tijdstippen bij de garagebox waargenomen. Allen waren in het bezit van een sleutel van de garagebox. Daarnaast werd waargenomen dat alle verdachten in en uit de garagebox liepen met grote tassen (hierna: bigshoppers) en dat zij deze bigshoppers onder andere plaatsten in een Citroën Jumpy met [kenteken] en/of een Volkswagen Up met [kenteken] . In de periode van 17 januari 2020 tot en met 20 januari 2020 werd waargenomen dat in totaal 22 vuilniszakken vanuit de Jumpy in de garagebox werden gedragen en dat 13 tassen/bigshoppers uit de garagebox de Jumpy in werden geladen. [medeverdachte 4] en [medeverdachte 2] verbleven in de nacht van 19 januari 2020 op 20 januari 2020 gedurende vijf tot acht uren aaneengesloten in de garagebox.
De politie heeft onderzoek gedaan naar de Citroën Jumpy en deze bleek op naam te staan van [medeverdachte 2] . Uit ANPR-gegevens volgt dat de Jumpy in de periode van 1 november 2019 tot en met januari 2020 in totaal 29 keer de Belgische grens heeft gepasseerd.De reisbewegingen van de Jumpy kwamen volgens onderzoek naar de historische telefoongegevens exact overeen met de reisbewegingen van de mobiele telefoon met het nummer [telefoonnummer 4] , op naam van [medeverdachte 2] .
Vanaf 17 januari 2020 is een peilbaken onder de Citroën Jumpy geplaatst. Uit de bakengegevens bleek dat de Citroën Jumpy op verschillende data naar België is gereden, meestal naar Charleroi. Voorafgaand aan een rit naar België stond de Jumpy veelal geparkeerd bij de garagebox. In België stond het voertuig vaak slechts enkele minuten stil en reed vervolgens terug naar Alphen aan den Rijn.
Aanhoudingen en doorzoekingen
Op 14 januari 2020 is door het observatieteam waargenomen dat [verdachte] met drie onbekende mannen de garagebox binnen ging. [medeverdachte 4] was op dat moment al in de garagebox aanwezig. Ongeveer 20 minuten later deed [verdachte] de garagebox open en liet hij twee onbekende mannen vertrekken. Eén van deze mannen droeg op dat moment een grote zwarte sporttas met lichte stiksels. De twee mannen stapten in een Renault Trafic. Het observatieteam is deze auto gevolgd en heeft na ongeveer 45 minuten de auto staande gehouden. In de Renault Trafic werd een zwarte sporttas met witte stiksels aangetroffen, met daarin vijf gesealde zakken met in totaal ruim 5.400 gram hennep. De sealzakken die werden aangetroffen kwamen optisch overeen met de sealzakken waarmee de verdachten eerder bij de garagebox werden gezien.
Op 26 november 2019 is een camera geplaatst die zicht had op de voordeur en het portiek van een woning aan [adres] . De politie had het vermoeden dat er drugs gerelateerde activiteiten plaatsvonden in die woning. Op 5 december 2019 is op de beelden te zien dat [verdachte] en [medeverdachte 4] de galerij oplopen. [medeverdachte 4] heeft een grote blauwe tas in zijn handen. [verdachte] opent de deur naar [adres] met een sleutel. Vervolgens gaat [verdachte] weg en loopt er een onbekende man naar de voordeur. Dit blijkt later een makelaar te zijn. Terwijl de makelaar probeert binnen te komen, ziet het observatieteam dat [medeverdachte 4] een grote blauwe Ikea tas vanaf het balkon, aan de achterzijde van de woning, aan [verdachte] geeft. Zodra de makelaar weg is, verlaat ook [medeverdachte 4] het pand.
Op de observatiebeelden is waargenomen dat [medeverdachte 4] de garagebox opende op 16 februari om 20:30 uur en vervolgens drie tassen overhandigde aan [medeverdachte 2] . [medeverdachte 2] liep vervolgens met de tassen uit beeld. Uit bakengegevens bleek dat de Jumpy op dat moment geparkeerd stond nabij de garagebox. Vervolgens werd waargenomen dat [medeverdachte 2] zonder tassen weer naar de garagebox liep. Even later verlieten [medeverdachte 2] en [medeverdachte 4] de garagebox. Op 17 februari om 10:21 uur werd via cameraobservatie en het peilbaken waargenomen dat de Jumpy in beweging kwam en het parkeerterrein van de garagebox verliet. [medeverdachte 2] bestuurde op dat moment de auto. Op 17 februari om 14:38 uur reed de Jumpy in de richting van België. [medeverdachte 2] is na het passeren van de laatst mogelijke Nederlandse afslag aangehouden, vlak voordat hij de Belgische grens passeerde. In de Jumpy is door de verbalisanten een verborgen ruimte aangetroffen met daarin een blauwe tas met hennep.Na onderzoek bleek deze tas 7832 gram hennep te bevatten.
Nadat [medeverdachte 2] was aangehouden werden de observatiebeelden van de garagebox door de politie live uitgekeken. Op 18 februari 2020 om 00.18 uur werd waargenomen dat [verdachte] , [medeverdachte 4] en [medeverdachte 1] aankwamen bij de garagebox en diverse goederen zoals tassen, zakken en dozen uit de garagebox naar buiten droegen en uit het beeld verdwenen.Zij zijn hierna om 00.31 uur aangehouden.
Vlakbij de garagebox stond een Peugeot 306 met het [kenteken] geparkeerd. Deze auto stond op naam van [verdachte] .De politie heeft deze auto doorzocht en diverse goederen aangetroffen, waaronder een geldtelmachine, drie verschillende sealapparaten, een weegschaal, tweemaal een zeef met groen poeder, niet gebruikte strijkzakken, zakken met groen poeder, zakken met hennep (in totaal 11.243 gram) en twee blokken hasj (in totaal 236 gram).
Daarna is de garagebox doorzocht. Hier zijn diverse goederen aangetroffen, waaronder een handsealer, 17 bigshoppers met daarin 64 strijkzakken en 316 plastic zakken en één vuilniszak met daarin 38 handdoeken met hennepresten. Verder werd in een plastic zak 220 gram henneptoppen aangetroffen.
Bij de aanhouding van [medeverdachte 4] werd een iPhone aangetroffen met het telefoonnummer -0109 . De Apple-ID van deze telefoon was [username] . Op de telefoon werden 74 notities aangetroffen, over de periode van 2 oktober 2019 tot en met 17 februari 2020.Daarnaast was [medeverdachte 4] in het bezit van een autosleutel van een Volkswagen Up met [kenteken] . Deze stond geparkeerd nabij de Van Nesstraat. Onder de bijrijdersstoel werd een notitieblok aangetroffen met handgeschreven aantekeningen.Daarnaast werd bij de doorzoeking op het verblijfadres van [medeverdachte 4] een autosleutel aangetroffen van een Opel Astra met het [kenteken] . Bij de doorzoeking van dit voertuig werden twee notitieboekjes aangetroffen.
Uit vergelijkend onderzoek van de notities in het notitieblok, de notitieboekjes en de iPhone van [medeverdachte 4] bleken er veel gelijkluidende aantekeningen te zijn, zoals namen, plaatsnamen bedragen en hoeveelheden. Daarnaast kwamen termen als ‘gruis’, ‘inkoop kilo’, ‘winst’, ‘betaald’ en ‘geldmachine’ veelvuldig voor. Ook kwamen namen, termen en bedragen overeen in de verschillende aantekeningen en werden genoteerde namen als contactpersoon aangetroffen in de mobiele telefoon van [medeverdachte 4] . Verder stonden bij enkele handgeschreven aantekeningen data van 20 augustus 2019 tot en met 23 september 2019. De aantekeningen in de mobiele telefoon van [medeverdachte 4] dateerden van 2 oktober 2019 tot en met 17 februari 2020.
Daarnaast bleek uit onderzoek dat de telefoon van [medeverdachte 4] een groot aantal foto’s en filmpjes bevatte van henneptoppen of hasjplakken. Ook zijn foto’s aangetroffen van gereden routes, voornamelijk naar België.De politie heeft één foto van hennep nader onderzocht. Deze foto was gemaakt op 20 januari 2022 om 22:11 uur. De politie concludeert op grond van de achtergrond van de foto, en het feit dat [medeverdachte 4] , [verdachte] en [medeverdachte 2] volgens de observatiebeelden ten tijde van het maken van de foto in de garagebox waren, dat deze foto gemaakt moet zijn in de garagebox aan [adres] . Op de foto was ongeveer 15 kilo henneptoppen te zien.
Op 18 februari 2020 is de woning van de verdachte, aan [adres] , doorzocht. De woning was netjes en luxe afgewerkt. In de woning zijn dure kleding en goederen aangetroffen, waaronder merktassen, merkkleding, merkschoenen, sieraden en horloges. Op basis van de doorzoeking en de aangetroffen goederen en bonnen is vermoedelijk door de verdachte en zijn partner [naam 1] tussen maart 2019 en februari 2020 ongeveer € 45.450,- uitgegeven aan deze goederen en contant betaald.
Financieel onderzoek
Uit financieel onderzoek van de politie is naar voren gekomen dat de verdachte tussen 2014 en 2018 een uitkering ontving van het UWV. Daarnaast kreeg de verdachte huurtoeslag, zorgtoeslag en kinderbijslag. De verdachte had in totaal ongeveer € 1.500,56 aan inkomsten per maand. De verdachte heeft gedurende deze periode geen erfenissen of schenkingen ontvangen. De partner van de verdachte, [naam 1] , had in 2018 en 2019 geen inkomen. Haar inkomen uit 2017 was in totaal € 1.782,-. Ook zij heeft geen schenkingen of erfenissen ontvangen.De politie heeft daarnaast berekend wat de verdachte en zijn partner ongeveer zouden uitgeven per maand, gebaseerd op een gemiddeld vergelijkbaar huishouden. Dit kwam uit op een bedrag van € 2.848,-.
Conclusies
Feit 1 (medeplegen van uitvoer van hennep en hennepteelt)
De kwalificatie medeplegen vereist dat sprake is van een nauwe en bewuste samenwerking, derhalve dat de bewezen verklaarde intellectuele en/of materiële bijdrage van de verdachte aan het delict van voldoende gewicht is. De vraag of aan deze eis is voldaan, laat zich niet in algemene zin beantwoorden, maar vergt een beoordeling van het concrete geval. Te denken valt onder meer aan de intensiteit van de samenwerking, de onderlinge taakverdeling, de rol in de voorbereiding, de uitvoering of de afhandeling van het delict en het belang van de rol van de verdachte en diens aanwezigheid op belangrijke momenten.
Op grond van de hierboven genoemde bewijsmiddelen, in onderling verband en samenhang bezien, acht de rechtbank bewezen dat de verdachte, in nauwe en bewuste samenwerking met de medeverdachten, meermalen een hoeveelheid hennep heeft uitgevoerd uit Nederland. De rechtbank heeft hierbij de definitie over het buiten het grondgebied van Nederland brengen van middelen, zoals opgenomen in artikel 1, vijfde lid, van de Opiumwet, in ogenschouw genomen.
De rechtbank baseert voornoemd oordeel op de observatiegegevens, zendmastgegevens, telefoongesprekken en de ANPR-gegevens van de Citroën Jumpy. In de relatief korte periode van 1 november 2019 tot en met januari 2020 heeft deze veelvuldig, in totaal 29 keer, de Belgische grens gepasseerd. Daarnaast is [medeverdachte 2] vlakbij de Belgische grens aangehouden en werd in zijn voertuig een verborgen ruimte aangetroffen met daarin ruim 7 kilo hennep. Dat er hennep buiten de landsgrenzen werd gebracht blijkt volgens de rechtbank tevens uit eerdergenoemde aantekeningen met daarin de administratie van de handel. Daarin komen onder meer Franse plaatsnamen voor. Het bewerken, verwerken en vervoeren van de hennep vond plaats vanuit de garagebox aan de [adres] . De verdachte had een sleutel van deze garagebox, was ervan op de hoogte dat er in de garagebox hennep aanwezig was voor de handel en het observatieteam heeft meermalen waargenomen dat de verdachte in en uit de garagebox liep met bigshoppers of andere grote tassen. Deze tassen werden in de voertuigen van de medeverdachten geladen, meestal in de Citroën Jumpy. Er is waargenomen dat de Jumpy veelal de dag erna richting België reed. De uitvoer van hennep naar België vormde gelet op al het voorgaande kennelijk een belangrijk onderdeel van de strafbare gedragingen waarmee de verdachte zich samen met anderen in een gestructureerd samenwerkingsverband heeft bezig gehouden. De verdachte had binnen dit samenwerkingsverband een sturende rol. De rechtbank verwijst in dit kader tevens naar de hierna met betrekking tot feit 4 opgenomen overwegingen. Het is op basis van het onderzoek van de politie weliswaar niet vast komen te staan dat de verdachte degene is geweest die de hennep daadwerkelijk de grens over heeft gebracht, maar hij heeft hier gelet op al het voorgaande willens en wetens een dusdanig groot aandeel in gehad dat naar het oordeel van de rechtbank sprake is van een voldoende nauwe en bewuste samenwerking bij de uitvoer.
De rechtbank is dan ook van oordeel dat het onder 1 ten laste gelegde feit wettig en overtuigend bewezen kan worden verklaard.
Feit 2 (hennepteelt)
Ten aanzien van het onder 2 ten laste gelegde feit acht de rechtbank op grond van voornoemde bewijsmiddelen bewezen dat de verdachte zich in de ten laste gelegde periode in bewuste en nauwe samenwerking met anderen bezig hield met het opzettelijk bewerken, verwerken, verkopen, afleveren, verstrekken, vervoeren en aanwezig hebben van een hoeveelheid hennep. De rechtbank betrekt in haar oordeel niet alleen de tapgesprekken die de verdachte hierover voerde met de medeverdachten, maar ook de tapgesprekken die hij voerde met tot op heden onbekend gebleven derden. Hieruit blijkt dat de verdachte handelde in hennep, hetgeen hij bovendien ter zitting bevestigd heeft. Uit de tapgesprekken blijkt ook dat de verdachte aan [medeverdachte 4] opdrachten gaf over het bewerken/verwerken van hennep, onder andere door het te zeven. De verdachte stuurt volgens de inhoud van de taps ook mensen langs en vraagt te controleren op gruis.
Daarnaast acht de rechtbank bewezen dat de verdachte dit feit pleegde in de uitoefening van een beroep of bedrijf. Volgens vaste jurisprudentie is hiervoor het volgende van belang: de omvang van de teelt, de noodzakelijke investering, genomen risico’s en omstandigheden of plaats waar wordt geteeld. De verdachte heeft gedurende een langere periode, in samenwerking met de medeverdachten, over grote hoeveelheden hennep beschikt. Zij hebben deze op professionele wijze als onderdeel van een keten vervoerd binnen Nederland en naar het buitenland. Er werd gebruik gemaakt van vacuümzakken, een stashplek en een verborgen ruimte in een voertuig om de hennep uit het zicht van de instanties te houden. Nadat [medeverdachte 2] was aangehouden, hebben de verdachte en medeverdachten in allerhaast de opslagplaats leeggeruimd, waarbij een forse hoeveelheid hennep (ruim 11 kilo) en een grote hoeveelheid vacuümzakken werden aangetroffen. Ook werd er door een van de verdachten een administratie bijgehouden. Deze omstandigheden samen, in combinatie met de observaties en tapgesprekken over de grootschaligheid en samenwerking tussen de verschillende verdachten, maakt dat volgens de rechtbank sprake is van hennepteelt in de uitoefening van beroep of bedrijf.
Feit 3 (witwassen)
Uit het dossier volgt dat in de woning van de verdachte een groot aantal dure en exclusieve goederen is aangetroffen. De verdachte ontving een uitkering en enkele toeslagen, en heeft geen schenkingen of erfenissen ontvangen. Op grond daarvan is sprake van een gerechtvaardigd vermoeden van witwassen.
De verdachte heeft bij de rechter-commissaris over de herkomst van de voorwerpen verklaard dat hij in het Holland Casino in Scheveningen met roulette, tussen december 2018 en januari 2019, € 30,000.- heeft gewonnen. Van dit gewonnen geldbedrag heeft hij de goederen kunnen kopen. Ter terechtzitting van 19 augustus 2022 is de verdachte bij die verklaring gebleven.
De rechtbank is van oordeel dat de verdachte daarmee een verklaring over de herkomst van de voorwerpen heeft gegeven, die concreet, min of meer verifieerbaar en niet op voorhand volstrekt onaannemelijk is en dat het openbaar ministerie nader onderzoek naar de door de verdachte gestelde alternatieve herkomst van de voorwerpen had kunnen verrichten.
De politie heeft ook geprobeerd deze verklaring nader te onderzoeken, maar is daar niet in geslaagd. Volgens de inhoud van het dossier is navraag gedaan bij het Avifauna Casino, maar niet bij het door verdachte genoemde Holland Casino in Scheveningen. Nu het juiste onderzoek achterwege is gebleven, kan niet met voldoende mate van zekerheid worden uitgesloten dat de ten laste gelegde voorwerpen een legale herkomst hebben.
Dit betekent dat niet is bewezen dat de verdachte de ten laste gelegde voorwerpen heeft witgewassen, zodat hij hiervan moet worden vrijgesproken.
Feit 4 (deelname aan een criminele organisatie in de zin van de Opiumwet)
Toetsingskader
Onder een criminele organisatie als bedoeld in artikel 140 van het Wetboek van Strafrecht en/of artikel 11b van de Opiumwet wordt verstaan een samenwerkingsverband met een zekere duurzaamheid en structuur, tussen de desbetreffende verdachte en ten minste één ander persoon. Vast moet komen te staan dat de organisatie het plegen van misdrijven tot oogmerk heeft. Voor het bewijs van het oogmerk zal onder meer betekenis kunnen toekomen aan misdrijven die in het kader van de organisatie reeds zijn gepleegd, aan het meer duurzame of gestructureerde karakter van de samenwerking – zoals daarvan kan blijken uit de onderlinge verdeling van werkzaamheden of onderlinge afstemming van activiteiten van deelnemers binnen de organisatie met het oog op het bereiken van het gemeenschappelijke doel van de organisatie – en, meer algemeen, aan de planmatigheid of stelselmatigheid van de met het oog op dit doel verrichte activiteiten van deelnemers binnen de organisatie.
Van deelneming aan een criminele organisatie is sprake, indien de betrokkene behoort tot het samenwerkingsverband en een aandeel heeft in gedragingen die strekken tot of rechtstreeks verband houden met de verwezenlijking van het oogmerk, dan wel deze gedragingen ondersteunt. Een deelnemingshandeling kan bestaan uit het (mede)plegen van enig misdrijf, maar ook uit het verrichten van hand- en spandiensten, zolang van hiervoor bedoeld aandeel of ondersteuning kan worden gesproken. Voor deelneming is voldoende dat de betrokkene in zijn algemeenheid weet (in de zin van onvoorwaardelijk opzet) dat de organisatie het plegen van misdrijven tot oogmerk heeft. Enige vorm van opzet op de door de organisatie beoogde concrete misdrijven is niet vereist.
Conclusie
De rechtbank overweegt dat op grond van de gebezigde bewijsmiddelen bewezen kan worden verklaard dat de verdachte, [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] en [medeverdachte 4] gedurende een langere periode een samenwerkingsverband hebben gevormd dat zich bezig heeft gehouden met de georganiseerde handel in hennep.
De rechtbank betrekt bij haar oordeel in het bijzonder de telefoongesprekken tussen de verdachten en met derden over de handel in hennep, het wegen van hennep, betalingen die verricht zouden moeten worden, hoe hoog de winst was en wat er in de opslagruimte beschikbaar was. Daarnaast heeft [medeverdachte 4] blijkens de aangetroffen notities en de omstandigheid dat de verdachte telefonisch opdracht gaf aan [medeverdachte 2] om aan [medeverdachte 4] te vragen wat hun winst was, een administratie bijgehouden van de handel in hennep van het samenwerkingsverband. Er was ook sprake van structuur in het samenwerkingsverband, nu eenieder een eigen rol hierin had. Op basis van voornoemde bewijsmiddelen volgt dat [medeverdachte 2] meestal degene was die zorgde voor de daadwerkelijke afzet van verdovende middelen, door de verdovende middelen in zijn bestelbus (naar België) te vervoeren. De verdachte en [medeverdachte 1] zorgden voor de in- en verkoop. Daarnaast had de verdachte een leidinggevende rol, omdat uit de taps blijkt dat de verdachte veelal de opdrachten gaf, bepaalde wat er moest gebeuren en wat een juiste prijs was. Zoals eerder genoemd hield [medeverdachte 4] , zowel handgeschreven als digitaal, de administratie bij.
Ook betrekt de rechtbank bij haar oordeel dat uit de bewijsmiddelen volgt dat de duur van het samenwerkingsverband in ieder geval ruim drie maanden is geweest.
Ten slotte is voor het oordeel van de rechtbank redengevend dat de verdachten welbewust uit het zicht van politie en justitie opereerden. Zo hebben zij gebruik gemaakt van een stashplek en een verborgen ruimte in de Citroën Jumpy. De garagebox op naam van [medeverdachte 2] was een belangrijke schakel in de organisatie van het samenwerkingsverband tussen de verdachten. In deze garagebox werden voorraden hennep opgeslagen, en vanuit de garagebox werd de Jumpy volgeladen. De verdachten zijn hier veelvuldig waargenomen en waren elk in het bezit van een sleutel. Zij hadden dan ook allemaal toegang tot de garagebox. Ook dit duidt op een georganiseerd en duurzaam samenwerkingsverband tussen de verdachten.
Al deze handelingen, in onderling verband bezien, beogen enkel en alleen verwezenlijking van gedragingen, in lijn met het oogmerk van de organisatie, te weten de handel in hennep.
De verdachten hadden hierin allemaal een direct en wezenlijk aandeel. Hieruit blijkt dat zij bekend waren met het oogmerk van de organisatie.
De rechtbank acht aldus bewezen dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het onder 4 ten laste gelegde feit.
Feit 5 (aanwezig hebben hennep)
De verdachte wordt verweten dat hij in de periode van 16 tot en met 18 februari 2020 op verschillende momenten, al dan niet met anderen, verschillende hoeveelheden hennep opzettelijk aanwezig heeft gehad. Het ten laste gelegde feit omvat het opzettelijk aanwezig hebben van een hoeveelheid hennep, zoals aangetroffen is bij de aanhoudingen op 18 februari 2020 van de verdachte, [medeverdachte 1] en [medeverdachte 4] , in de Peugeot 306 (11.067 gram) en in de garagebox (220 gram) en zoals aanwezig was in de Citroën Jumpy bij de aanhouding van [medeverdachte 2] (7.832 gram) op 17 februari 2020.
Uit voornoemde bewijsmiddelen leidt de rechtbank af dat alle bovengenoemde hoeveelheden aanwezig waren in de garagebox, of zijn geweest voordat zij in de voertuigen werden geladen. De verdachte had de sleutel van deze garagebox en uit observaties is gebleken dat hij zich ook veelvuldig in de garagebox bevond. De medeverdachten hadden ook de sleutel van de garagebox en ook zij bevonden zich regelmatig in de garagebox. De rechtbank is van oordeel dat de verdachte hiermee, in nauwe en bewuste samenwerking met de medeverdachten, in de ten laste gelegde periode wetenschap van en de beschikkingsmacht over alle goederen heeft gehad, die zich bevonden in deze garagebox en de goederen, die tijdens de aanhouding van de verdachte, [medeverdachte 1] en [medeverdachte 4] vanuit de garagebox werden verplaatst. Dit geldt ook voor de hoeveelheid hennep die tijdens de aanhouding van [medeverdachte 2] in de bestelwagen is aangetroffen. Uit observatiegegevens blijkt namelijk dat deze hoeveelheid hennep de avond daarvoor vanuit de garagebox door [medeverdachte 4] en [medeverdachte 2] in de Citroën Jumpy is geladen.
De rechtbank acht aldus bewezen dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het onder 5 ten laste gelegde feit, te weten het opzettelijk aanwezig hebben van een hoeveelheid van 19.119 gram hennep.