ECLI:NL:RBDHA:2022:6658
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen het niet tijdig nemen van een besluit inzake handhavingsverzoek Waterwet
In deze zaak heeft de Stichting eiseres op 4 september 2021 een verzoek ingediend bij het college van Dijkgraaf en hoogheemraden van het Hoogheemraadschap van Rijnland, met het verzoek om een preventieve last onder dwangsom op te leggen om overtredingen van de Waterwet tijdens toekomstige viswedstrijden te voorkomen. De verweerder heeft op 13 januari 2022 schriftelijk gereageerd op dit verzoek. Eiseres heeft op 16 maart 2022 beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit door verweerder.
De rechtbank heeft in haar overwegingen vastgesteld dat zij partijen niet uitnodigt voor een zitting, omdat dit in deze zaak niet nodig is. De rechtbank heeft de relevante artikelen van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en de Waterwet besproken. Eiseres betoogde dat voor het vissen met lood een vergunning op grond van de Waterwet nodig is en dat verweerder had moeten optreden tegen visverenigingen die viswedstrijden organiseren zonder deze vergunning.
Verweerder heeft echter gesteld dat voor het organiseren van viswedstrijden geen watervergunning vereist is en dat er geen sprake is van lozingen als bedoeld in de Waterwet. De rechtbank heeft geoordeeld dat de reactie van verweerder op het handhavingsverzoek moet worden aangemerkt als een besluit in de zin van de Awb. Aangezien het besluit van 13 januari 2022 al was genomen op het moment dat eiseres beroep instelde, heeft de rechtbank het beroep niet-ontvankelijk verklaard en het beroepschrift doorgestuurd naar verweerder als bezwaarschrift.
De rechtbank heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling en heeft de uitspraak openbaar gedaan op 8 juli 2022.