In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag wordt de aanvraag van eiser tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd beoordeeld. Eiser, van Marokkaanse afkomst, heeft in het verleden meerdere asielaanvragen ingediend, waarvan de meeste zijn afgewezen. De rechtbank behandelt de vraag of verweerder, de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, een medisch onderzoek had moeten aanbieden om te beoordelen of eiser bijzondere procedurele waarborgen behoeft. De rechtbank stelt vast dat artikel 24, eerste lid, van de Procedurerichtlijn niet verplicht tot het verrichten van een medisch onderzoek, maar dat verweerder wel moet letten op signalen die wijzen op de behoefte aan dergelijke waarborgen. In dit geval heeft verweerder nagelaten om een medisch onderzoek aan te bieden, ondanks signalen van verminderd toerekeningsvatbaarheid van eiser. De rechtbank concludeert dat dit een gebrek in de procedure vormt, waardoor het bestreden besluit niet in stand kan blijven. De rechtbank vernietigt het besluit en draagt verweerder op om binnen tien weken een nieuw besluit te nemen, waarbij de signalen van eiser in acht moeten worden genomen. Tevens wordt verweerder veroordeeld in de proceskosten van eiser.