13.2.De arbeidsdeskundige b&b heeft in reactie hierop gesteld dat er geen reden is om de functie van assembleerder installatie, motoren, voertuigen ongeschikt te achten, aangezien eiseres voor de aspecten samenwerken en werken in een prikkelarme omgeving niet beperkt is geacht. Wat betreft de functie controleur, tester elektrotechnische apparatuur voldoet eiseres volgens de arbeidsdeskundige b&b gezien haar diploma aan de gestelde opleidingseisen. Verder is sprake van een minimale persoonlijke invulling en eventuele problemen worden via werkroutine opgelost en zijn praktisch van aard. Van werken op een voor eiseres te hoog abstractieniveau is in het geheel geen sprake. Ten aanzien van de functie van schoonmaker/poetser personenauto’s heeft de arbeidsdeskundige b&b gesteld dat daarbij sprake is van een eigen afgebakende taak. Verder heeft hij opgemerkt dat eiseres niet beperkt geacht op de aspecten samenwerken en conflicthantering, terwijl de functie op laatstgenoemd punt ook geen eisen stelt. Het door collega’s laten verrijden van auto’s is dan ook volgens de arbeidsdeskundige b&b niet als belastend te zien. Voorts eiseres niet beperkt geacht voor blootstelling aan gassen en dampen. De rechtbank kan de arbeidsdeskundige b&b volgen in zijn betoog, dat door eiseres ook niet nader is bestreden, en is van oordeel dat eiseres geschikt is te achten voor de geduide functies.
14. De conclusie is daarom dat verweerder zich terecht op het standpunt heeft gesteld dat de mate van arbeidsongeschiktheid van eiseres op 16 april 2020 minder dan 35% bedraagt en de WIA-uitkering van eiseres per 26 december 2020 terecht heeft beëindigd.
15. Nu verweerder evenwel heeft verzuimd dit als inhoudelijke beslissing op het bezwaar van eiseres in het bestreden besluit II van 18 november 2020 neer te leggen (zie 9.2), is het beroep tegen dit besluit gegrond en zal dit besluit voor zover het voornoemd verzuim betreft, worden vernietigd wegens strijd met artikel 7:11 van de Awb.
16. Het in 9.3 vastgestelde gebrek kan met toepassing van artikel 6:22 van de Awb worden gepasseerd. In aanmerking genomen dat eiseres door verweerder in de gelegenheid is gesteld vooraf schriftelijk haar zienswijze te geven op de hier aan de orde zijnde wijziging van haar arbeidsongeschiktheid en eiseres in beroep gelegenheid heeft gehad haar standpunt alsnog mondeling te verwoorden, is de rechtbank van oordeel dat eiseres door het afzien van het horen in de bezwaarprocedure niet is benadeeld.
17. De rechtbank ziet in het voorgaande aanleiding om zelf in de zaak te voorzien, in die zin dat deze uitspraak in de plaats treedt van het te vernietigen deel van het bestreden besluit II van 18 november 2020.
18. Uit wat hiervoor onder 11 t/m 14 is overwogen, volgt dat het beroep tegen het bestreden besluit I van 13 november 2020 ongegrond is.
19. Omdat de rechtbank het beroep tegen bestreden besluit II gegrond verklaart, moet verweerder aan eiseres het door haar betaalde griffierecht vergoeden. Verweerder wordt verder veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten van eiseres. De vergoeding wordt met toepassing van het Besluit proceskosten bestuursrecht vastgesteld op € 1.518 ((1 punt voor het het beroepschrift en 1 punt voor het verschijnen op de zitting met een waarde per punt van € 759,- bij een wegingsfactor 1.,-). Omdat aan eiseres een toevoeging is verleend, moet verweerder de proceskostenvergoeding betalen aan de gemachtigde.