Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[eiser] , eiser
de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder
ProcesverloopBij besluit van 1 juli 2021 (het bestreden besluit) heeft verweerder de aanvraag van eiser tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd in de verlengde procedure afgewezen als ongegrond.
Overwegingen
.
.Eiser heeft een brief overgelegde brief van [C] , coördinator van Cocktail (een maatjesproject van het COC), waaruit blijkt dat zij contact hadden. Eiser heeft in beroep ook een brief van de organisatie LGBT Asylum Support overgelegd (opgesteld door [A] ) van 7 maart 2022, waarin is aangegeven hoe de medewerkers van de organisatie eiser kennen, hem ervaren en welke gesprekken zij met hem hebben gevoerd. Eiser voert aan dat deze stukken ten onrechte niet bij de beoordeling zijn betrokken, in strijd dus met de uitspraak van de Afdeling van 4 augustus 2021. [2] Eiser betoogt ook dat het afwijzen van zijn asielaanvraag en het tegelijkertijd niet opleggen van een terugkeerbesluit in strijd is met de wet, in het bijzonder artikel 45 van de Vreemdelingenwet 2000 (Vw 2000), [3] waaruit volgt dat de afwijzing van de asielaanvraag een terugkeerbesluit moet zijn. Eiser betoogt dat zijn asielaanvraag pas kan worden afgewezen als er tevens grondig onderzoek heeft plaatsgevonden naar adequate opvang, waarbij de belangen van het kind moet worden betrokken. Eiser voert tot slot aan dat een forensisch medisch onderzoek naar de littekens van de gestelde mishandeling relevant zou zijn, omdat daarmee de problemen in Gambia kunnen worden onderbouwd met steunbewijs.
Beslissing
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt het bestreden besluit;