Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
eisende partij,
gemachtigde: mr. M.J. van Weersch,
gedaagde partij,
gemachtigde: [gemachtigde] .
1.Procedure
- de dagvaarding van 23 september 2021;
- de conclusie van antwoord;
- de brief van 7 januari 2022 van de zijde van [eiser] ;
- de brief van 25 januari 2022 van de zijde van de Staat;
- de in het geding gebrachte producties.
2.Feiten
Hoe om te gaan met opleidingen en certificaten
MBO werk- en denkniveau.
Vaktechnische en nautische kennis voor het uitvoeren van vaaropdrachten.
Kennis van de Engelse en/of Duitse taal.
Samenhangende richtlijnen, procedures, wet- en regelgeving, ISM, kwaliteitsmanagement en bedrijfsvoering, algemene vastgestelde RWS regelgeving en procedures zijn de basis voor de uitvoering van het werk.
Regels voor de binnenvaart en kustvaart zijn van toepassing.
Groot vaarbewijs A en B.
Vakopleiding voor vaarbevoegdheidsbewijs. (VBB) Nautisch en technisch.
Schipper Machinist Beperkt Werkgebied.
Vaarbevoegdheid STCW Internationale Kust.
Aanvulling N en W indien VBB op basis van SMBW.
In bezit van Monsterboekje.
Radarnavigator operational level.
MARCOM A.
Search and rescue.
Basis Safety training.
Advanced Fire Fighting.
Medical First Aid.
Medical Care.
Proficiency in survival craft.
International Standard Port Security
3.Vordering, grondslag en verweer
4.Beoordeling
NJ2003/312, en 2 mei 2003, ECLI:NL:HR:2003:AF3800,
NJ2003/442 en Hof Arnhem-Leeuwarden, 21 mei 2013, ECLI:NL:GHARL:2013:3569). Tussen partijen is niet in geschil dat de Staat binnen de grenzen van het toepasselijke functiewaarderingssysteem is gebleven. De kantonrechter dient daarom alleen de vraag te beantwoorden of de Staat in redelijkheid tot het besluit heeft kunnen komen om de functie van Gezagvoerder VWM Binnenvaart en Kustvaart in te schalen in schaal 7.
door opleiding en/of ervaring verkregen kennis en inzicht’toegevoegd
‘(werk- en denkniveau)’, (zie 2.6). Uit die toevoeging lijkt, zoals de Staat terecht heeft opgemerkt, te volgen dat juist niet is bedoeld om inhoudelijk af te wijken van de versie uit 2002 en dat de nadruk nog steeds ligt op het werk- en denkniveau en niet op de opleidingen.
‘het werk- en denkniveau dat nodig is om de werkzaamheden uit te voeren’.
‘theoretische en toepassingsgerichte kennis’van de toepasselijke wet- en regelgeving nodig is voor het uitvoeren van de werkzaamheden. Het lijkt dan ook te gaan om beperkte kennis van de geldende wet- en regelgeving die nodig is zodat de uitvoerder van de functie van Gezagvoerder VWM Binnenvaart en Kustvaart op de hoogte is van het kader waarbinnen de werkzaamheden uitgevoerd moeten worden. Dit leidt ertoe dat de functie een hogere score behaalt op het kenmerk ‘kader’ (kenmerk 9), maar niet op het kenmerk ‘kennis en inzicht’. Dat een Gezagvoerder VWM Binnenvaart en Kustvaart te maken krijgt met risico’s en er financieel gezien veel op het spel staat bij het uitvoeren van de werkzaamheden, lijken bovendien geen aspecten te zijn die bij het kenmerk ‘kennis en inzicht’ tot een hogere score kunnen leiden omdat deze niets zeggen over het werk- en denkniveau dat vereist is.