Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[naam] , eiser,
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
- wijst het verzoek om schadevergoeding af.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 24 februari 2022 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure betreffende de maatregel van bewaring van een Nigeriaanse eiser. De eiser was in vreemdelingenbewaring gesteld op grond van artikel 59, tweede lid, van de Vreemdelingenwet 2000, na een bevel tot terugkeer dat op 16 december 2021 was gegeven. De rechtbank heeft het beroep van de eiser tegen de maatregel van bewaring behandeld, waarbij eiser via telehoren vanuit het detentiecentrum Rotterdam werd gehoord. De rechtbank heeft vastgesteld dat de noodzakelijke documenten voor de terugkeer van eiser naar Italië voorhanden waren of binnenkort beschikbaar zouden zijn. De gemachtigde van eiser voerde aan dat er onvoldoende voortvarendheid was in de overdracht naar Italië en dat eiser niet kon terugkeren omdat hij beschikbaar moest blijven voor zijn zaak in Nederland. De rechtbank oordeelde echter dat de weigering van eiser om mee te werken aan een PCR-test, die noodzakelijk was voor de overdracht, voor zijn eigen rekening kwam. De rechtbank concludeerde dat er voldoende zicht op overdracht naar Italië was en dat de maatregel van bewaring rechtmatig was. Het beroep van eiser werd ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding werd afgewezen.