ECLI:NL:RBDHA:2022:14946
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- A.M.H. van der Poort - Schoenmakers
- Rechtspraak.nl
Afwijzing van de aanvraag voor een machtiging tot voorlopig verblijf onder de beperking nareis op basis van feitelijke gezinsband
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 28 september 2022 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, een Syrische vrouw, en de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. Eiseres had een aanvraag ingediend voor een machtiging tot voorlopig verblijf (mvv) onder de beperking 'nareis' om bij haar echtgenoot, dhr. [A], in Nederland te kunnen verblijven. De staatssecretaris heeft deze aanvraag afgewezen, omdat eiseres niet feitelijk tot het gezin van referent behoorde op het moment van zijn inreis in Nederland op 6 november 2019, het zogenaamde peilmoment. Eiseres heeft hiertegen beroep ingesteld, waarbij zij aanvoert dat de omstandigheden van het geval niet zijn meegewogen en dat er wel degelijk sprake is van een feitelijke gezinsband.
De rechtbank heeft de zaak op 31 augustus 2022 behandeld. Eiseres en haar gemachtigde hebben de rechtbank toegelicht dat zij en referent op 15 april 2018 traditioneel gehuwd zijn en dat hun huwelijk in juni 2020 wettig is erkend door de sharia rechtbank in Syrië. Eiseres stelt dat de reden dat referent haar niet heeft genoemd bij zijn binnenkomst in Nederland, te maken heeft met de bedreigingen die zijn familie heeft ontvangen en de tegenstand van haar ouders tegen haar vertrek naar Europa.
De rechtbank heeft echter geoordeeld dat de staatssecretaris terecht heeft vastgesteld dat eiseres niet feitelijk tot het gezin van referent behoorde op het peilmoment. De rechtbank concludeert dat de overgelegde bewijsstukken onvoldoende zijn om aan te tonen dat er op dat moment sprake was van een feitelijke gezinsband. De rechtbank heeft ook geoordeeld dat de staatssecretaris niet in strijd heeft gehandeld met de hoorplicht, omdat er geen reden was om aan te nemen dat de bezwaargronden tot een ander besluit konden leiden. Uiteindelijk heeft de rechtbank het beroep van eiseres ongegrond verklaard en de afwijzing van de aanvraag bevestigd.