Overwegingen
1. Verzoekster stelt de Soedanese nationaliteit te hebben en te zijn geboren op [1995].
2. Op grond van artikel 8:83, vierde lid, van de Algemene wet bestuursrecht kan als onverwijlde spoed dat vereist en partijen daardoor niet in hun belangen worden geschaad, de voorzieningenrechter uitspraak doen zonder dat partijen worden uitgenodigd om op een zitting te verschijnen. De voorzieningenrechter maakt van deze bevoegdheid gebruik omdat verweerder verzoekster op [tijd] uur wil overdragen. Er is daarom sprake van onverwijlde spoed. Partijen worden verder niet in hun belangen geschaad omdat verzoekster de gronden van het verzoek naar voren heeft gebracht en verweerder daarop heeft gereageerd. De voorzieningenrechter sluit daarom het onderzoek.
3. Verzoekster wil met dit verzoek bereiken dat de geplande uitzetting op [tijd] uur niet door zal gaan en dat zij haar bezwaar tegen de feitelijke uitzetting in Nederland mag afwachten. Om zo’n voorlopige voorziening te treffen, moet de voorzieningenrechter eerst beoordelen of het bezwaar van verzoekster een redelijke kans van slagen heeft en daarna moet hij nog een belangenafweging maken.
4. Bij zijn beoordeling stelt de voorzieningenrechter voorop dat de mogelijkheid tot het maken van bezwaar op basis van artikel 72, derde lid, van de Vreemdelingenwet 2000 tegen een voorgenomen feitelijke uitzetting beperkt is tot een bezwaar over de wijze waarop verweerder van de bevoegdheid tot uitzetting gebruik maakt. Daarnaast is het maken van bezwaar mogelijk, als de situatie ten tijde van de feitelijke uitzetting dusdanig verschilt van die ten tijde van het besluit waaruit de bevoegdheid tot uitzetting voortvloeit, dat niet langer onverkort van de rechtmatigheid van de voorgenomen feitelijke uitzetting kan worden uitgegaan.1 Verzoekster moet in dat geval nieuwe feiten en omstandigheden aanvoeren ten opzichte van hetgeen zij tegen het besluit waaruit de bevoegdheid tot die uitzetting voortvloeit, heeft aangevoerd of had kunnen aanvoeren.2
5. De voorzieningenrechter stelt vast dat er geen gronden zijn aangevoerd tegen de wijze van uitzetting.
6. Daarom moet de vraag worden beantwoord of zich ten opzichte van het laatste besluit van 25 augustus 2022 relevante nieuwe feiten en omstandigheden voordoen die maken dat niet langer onverkort van de rechtmatigheid van de voorgenomen feitelijke overdracht kan worden uitgegaan.
7. Verzoekster voert aan dat zij vreest dat met de komst van de nieuwe premier van Italië, Giorgia Meloni, zij geen toegang zal krijgen tot de asielprocedure en de opvangvoorzieningen en dat deze voorzieningen onder druk komen te staan. Ook vreest zij discriminatie. Verzoekster verwijst naar verschillende artikelen, waaruit volgens haar volgt dat Meloni een neofascist is en staat voor het standpunt van
Italy-firsten dat zij een anti- immigratie agenda heeft.3 Naar verwachting zal Meloni snel gaan handelen. Meolini is voornemens boten te blokkeren die de Italiaanse havens willen invaren vanuit Afrika, dit zou een terugkeer van het Salvini-decreet betekenen. Met dit decreet heeft het Europees Hof voor de Rechten van de Mens korte metten gemaakt vanwege mensenrechtenschendingen. Deze ontwikkelingen zijn dermate zorgwekkend dat er een stop dient te komen op Dublintransfers totdat duidelijk is wat voor systeem de nieuwe premier gaat hanteren. Verder verwijst verzoekster naar het AIDA-rapport, update 2021, over Italië van mei 2022, waaruit volgens haar volgt dat de opvang en de toegang tot de asielprocedure in Italië erbarmelijk is. Tot slot vreest verzoekster dat zij bij terugkeer naar Italië geen bescherming zal genieten ten aanzien van haar geaardheid, alsmede bijzondere kwetsbaarheid. Het is te vroeg om een rapport te vinden over deze situatie, maar uit meerdere artikelen wordt
3 Business Inside Nederland op 20 september 2022, '8 dingen die je moet weten over Giorgia Melone, de controversiële eerste vrouwelijke premier van Italië'; VPRO d.d. 19 september 2022, 'Italië krijgt waarschijnlijk premier met fascistische wortels'; De Morgen d.d. 23 augus tus 2022, 'Omstreden extreemrechtse Italiaanse kandidaatpremier deelt beelden van verkrachting'; Washington Post, d.d. 26 september 2022, 'Right-wing victory in Italy expected to bring swift changes to migration'.
duidelijk dat de situatie ten aanzien van de LHBTI-groep in Italië aan het verslechteren is.4 Onder de nieuwe premier zullen geen stappen vooruit worden gedaan op het gebied van LHBTI-rechten.
8. De voorzieningenrechter is van oordeel dat met de verkiezing van de nieuwe premier van Italië, geen sprake is van nieuwe feiten en omstandigheden die maken dat niet langer onverkort van de rechtmatigheid van de voorgenomen feitelijke overdracht kan worden uitgegaan. Verweerder stelt terecht dat uit de overgelegde stukken niet blijkt dat verweerder ten opzichte van Italië niet langer van het interstatelijk vertrouwensbeginsel mag uitgaan. Uit de verschillende artikelen die verzoekster heeft overgelegd blijkt namelijk niet dat de wetgeving of het beleid ten opzichte van Dublinclaimanten in Italië is gewijzigd. Ook is met deze artikelen niet onderbouwd dat verzoekster geen toegang zal hebben tot de asielprocedure en de opvangvoorzieningen of dat deze zijn verslechterd. De verwachting die verzoekster heeft dat de druk op deze voorzieningen in de toekomst zal toenemen is speculatief. Het is niet duidelijk dat de omstandigheden waar zij voor vreest zich daadwerkelijk zullen voordoen. Ook ten aanzien van de omstandigheden van de LHBTI- groep heeft verzoekster met het artikel niet onderbouwd dat de situatie verslechterd is ten opzichte van het besluit van 25 augustus 2022. Daarbij heeft de rechtbank in de procedure over het Dublinbesluit van verzoekster al geoordeeld dat verzoekster niet aannemelijk heeft gemaakt dat zij als LHBTI-er behoort tot een kwetsbare groep.
9. De voorzieningenrechter stelt verder vast dat de rechtbank de uitspraak van de ABRvS van 26 augustus 20225 heeft betrokken in haar uitspraak van 29 september 2022. In deze uitspraak heeft de ABRvS geoordeeld dat uit het AIDA-rapport, update 2021 over Italië van mei 2022 niet kan worden afgeleid dat verweerder ten opzichte van Italië niet meer van het interstatelijk vertrouwensbeginsel mag uitgaan.
10. Gelet op het voorgaande is de voorzieningenrechter van oordeel dat het bezwaar geen redelijke kans van slagen heeft.
11. Ten slotte overweegt de voorzieningenrechter dat ook niet is gebleken van een situatie als omschreven in paragraaf 45 van het arrest Bahaddar.6
12. Gelet op het voorgaande komt de voorzieningenrechter tot het oordeel dat het bezwaar van verzoekster naar verwachting niet zal slagen. Om die reden wijst de voorzieningenrechter het verzoek af. Omdat verzoekster geen gelijk krijgt, heeft zij ook geen recht op een vergoeding van proceskosten.
4 Verzoekster verwijst naar het artikel van Out tv d.d. 27 september 2022, 'Dit vindt Giorgia Meloni van LGBT+-rechten'.
6 Bahaddar tegen Nederland, 19 februari 1998, ECLI:CE:ECHR:1998:0219JUD002589494.