Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[naam], eiser
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder.
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
www.rechtspraak.nl.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 9 december 2022 uitspraak gedaan in een vervolgberoep tegen de maatregel van bewaring die op 12 oktober 2022 aan eiser, een Marokkaanse staatsburger, was opgelegd. Eiser had beroep ingesteld tegen het voortduren van deze maatregel en verzocht om schadevergoeding. De rechtbank heeft bepaald dat een onderzoek ter zitting achterwege blijft en heeft het onderzoek op 6 december 2022 gesloten. De rechtbank heeft eerder, op 28 oktober 2022, de rechtmatigheid van de maatregel van bewaring getoetst en vastgesteld dat deze tot dat moment rechtmatig was. De huidige toetsing richtte zich op de periode na het sluiten van dat onderzoek.
Eiser voerde aan dat verweerder onvoldoende voortvarend had gehandeld in de uitvoering van de maatregel. De rechtbank oordeelde echter dat verweerder voldoende stappen had ondernomen, waaronder het versturen van rappel en het voeren van gesprekken met eiser. Eiser had geweigerd om mee te werken aan de afgifte van vingerafdrukken en had zijn Marokkaanse paspoort niet afgegeven, wat de uitzetting frustreerde. De rechtbank concludeerde dat er geen aanleiding was om te oordelen dat de maatregel van bewaring onrechtmatig was in de te toetsen periode.
De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en wees het verzoek om schadevergoeding af. Tevens werd er geen proceskostenveroordeling opgelegd. Deze uitspraak is gedaan door rechter J.F.I. Sinack, in aanwezigheid van griffier N.M.L. van der Kammen, en is openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie.