ECLI:NL:RBDHA:2022:13292
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Asielaanvraag en verantwoordelijkheid onder de Dublinverordening
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 5 december 2022 uitspraak gedaan in een asielprocedure waarbij eiseres, mede namens haar minderjarige kind, in beroep ging tegen een besluit van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. Het bestreden besluit, genomen op 7 oktober 2022, hield in dat de asielaanvraag van eiseres niet in behandeling werd genomen, omdat Spanje verantwoordelijk was voor de behandeling van de aanvraag op basis van de Dublinverordening. Tijdens de zitting op 18 november 2022, waar eiseres werd bijgestaan door haar gemachtigde en een tolk, heeft de rechtbank het beroep behandeld. De rechtbank heeft geoordeeld dat er geen beletselen zijn om eiseres over te dragen aan Spanje, en dat de argumenten van eiseres over de opvangomstandigheden in Spanje niet voldoende waren om het beroep gegrond te verklaren. De rechtbank heeft vastgesteld dat Spanje gebonden is aan de Europese asielrichtlijnen en dat de Spaanse autoriteiten zich inspannen om de opvangcapaciteit te verbeteren. De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard en geen proceskostenveroordeling opgelegd. De uitspraak is openbaar gemaakt en er is een rechtsmiddel tegen deze uitspraak mogelijk bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State binnen één week na bekendmaking.