Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
[eiseres] , eiseres V-nummer: [V-nummer]
Procesverloop
Overwegingen
nietangstig zou zijn voor [naam] . Tijdens het nadere gehoor heeft eiseres verklaard dat zij wel degelijk bang was voor [naam] , zeker nadat leden van [naam] tegen eiseres hadden gezegd dat ze haar moeder hadden vermoord, maar dat zij geen andere keuze had dan door te gaan met de werkzaamheden van haar moeder. Verweerder is aan deze verklaring van eiseres ten onrechte voorbij gegaan. Ditzelfde geldt voor verweerders overweging dat de moeder van eiseres bang had moeten zijn (“
Deze angst had er ook bij de moeder van betrokkene in
Het zou logischerwijs eerder op de weg hebben gelegen voor de moeder van betrokkene om (letterlijk) eieren voor haar geld te kiezen.”
.Deze formulering gaat de grenzen van het betamelijke te buiten en vormt voor de rechtbank een argument om te twijfelen aan de mate van zorgvuldigheid waarmee de besluitvorming, in het bijzonder de geloofwaardigheidsbeoordeling, in deze zaak tot stand is gekomen. Deze twijfel wordt verder versterkt doordat verweerder in het bestreden besluit heeft opgenomen dat ‘niet in geschil’ zou zijn dat eiseres geen geloofwaardige verklaringen over de dood van moeder had afgelegd, terwijl dit evident wel een geschilpunt was.