ECLI:NL:RBDHA:2022:10352

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
12 september 2022
Publicatiedatum
10 oktober 2022
Zaaknummer
9904250 EJ VERZ 22-77981
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing machtigingsverzoek tot opmaken testament door curatoren wegens onbekwaamheid betrokkene

In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 12 september 2022 uitspraak gedaan in een machtigingsverzoek van twee curatoren, die toestemming vroegen om een testament op te laten maken voor hun broer, die onder curatele staat. De curatoren, wonende in België en Frankrijk, stelden dat hun broer over een aanzienlijk vermogen van circa € 950.000 beschikt en dat zij geen prijs stellen op de wettelijke erfopvolging. In plaats daarvan willen zij een testament laten opmaken waarin de nalatenschap wordt verdeeld onder verschillende goede doelen.

De kantonrechter heeft in zijn beoordeling gekeken naar artikel 4:55 van het Burgerlijk Wetboek, dat bepaalt dat iemand die onder curatele staat, alleen met toestemming van de kantonrechter uiterste wilsbeschikkingen kan maken. De rechter heeft vastgesteld dat de betrokkene niet in staat is om zijn wil te bepalen met betrekking tot het opmaken van een testament, en dat het daarom geen zin heeft om hem te horen over het verzoek. De curatoren hebben verklaard dat de betrokkene de inhoud van het verzoek niet begrijpt.

Op basis van deze overwegingen heeft de kantonrechter het verzoek van de curatoren afgewezen. De beslissing houdt in dat de gevraagde toestemming wordt geweigerd, en dat er mogelijkheden zijn voor hoger beroep binnen drie maanden na de uitspraak. Deze beschikking is uitgesproken ter openbare terechtzitting en is ondertekend door de kantonrechter.

Uitspraak

Rechtbank DEN HAAG
Zittingsplaats 's-Gravenhage
CB.nr.: 59998
Zaaknr.: 9904250 EJ VERZ 22-77981

Beschikking op een machtigingsverzoek

van

[curator 1],

wonende aan de [adres 1], [postcode en woonplaats 1] (België),
en
[curator 2],
wonende aan de [adres 2], [postcode en woonplaats 2] (Frankrijk),
hierna te noemen: de curatoren,
in de curatele van:

[betrokkene],

geboren op [geboortedatum] 1961 te [geboorteplaats] (Frankrijk),
wonende te [postcode, woonplaats], [adres],
hierna te noemen: betrokkene.

Procedure

De kantonrechter heeft kennisgenomen van:
  • het verzoekschrift van de curatoren van 22 mei 2022;
  • de aantekeningen van de griffier van het verhandelde ter zitting van 7 september 2022 (telefonisch).

Het verzoek

De curatoren hebben aan de kantonrechter verzocht om machtiging te verlenen om een testament te laten opmaken voor betrokkene. Betrokkene, de broer van curatoren, beschikt over een aanzienlijk vermogen van momenteel circa € 950.000. Bij gebreke van een testament zijn curatoren wettelijk erfgenaam. Zij stellen daar geen prijs op. Het lijkt curatoren beter om een testament op te maken waarbij de nalatenschap van hun broer te zijner tijd wordt verdeeld onder de volgende goede doelen:
- Stichting [A] 30%;
- [B] 30%;
- Stichting [C] 20%;
- Stichting [D] 10%;
- Stichting [E] 10%.

Beoordeling

Ingevolge artikel 4:55, tweede lid, Burgerlijk Wetboek kan hij die wegens zijn lichamelijke of geestelijke toestand onder curatele staat, slechts met toestemming van de kantonrechter uiterste wilsbeschikkingen maken. De kantonrechter kan aan zijn toestemming voorwaarden verbinden. Volgens het derde lid wordt de bekwaamheid van de erflater beoordeeld naar de staat, waarin hij zich bevond op het ogenblik dat de beschikking werd gemaakt.
De kantonrechter kan alleen toestemming aan betrokkene geven, als hij in staat is om zijn wil te bepalen ten aanzien van het opmaken van een testament en de inhoud daarvan. Indien betrokkene daartoe niet in staat is, kan de kantonrechter hem geen toestemming geven.
Betrokkene is bij beschikking van 19 september 1983 van deze rechtbank onder curatele gesteld. Uit de stukken in het dossier en hetgeen curatoren over betrokkene hebben verklaard, blijkt dat het geen zin heeft om betrokkene te horen over onderhavig verzoekschrift. Hij is niet in staat om de inhoud van het verzoek te begrijpen, danwel zijn wil te bepalen met betrekking tot een op te maken testament. Dit betekent dat de kantonrechter het verzoek moet afwijzen.

Beslissing

De kantonrechter:
- weigert de gevraagde toestemming.
Deze beschikking is gegeven door mr. D. de Loor, kantonrechter te Den Haag, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 12 september 2022.
Tegen deze beslissing kan door indiening van een beroepschrift (door een advocaat) ter griffie van het Gerechtshof Den Haag hoger beroep worden ingesteld:
a. door de verzoeker en door de in de procedure verschenen belanghebbenden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak.
b. door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking hun op andere wijze bekend is geworden.