Uitspraak
Rechtbank DEN HAAG
Beschikking van de kinderrechter
Stichting Jeugdbescherming west Haaglanden,
[de vrouw] ,
[minderjarige 3] ,geboren op [geboortedag 3] 2018 te [geboorteplaats 1] hierna te noemen: [minderjarige 3] ,
[de man] ,
Het procesverloop
- het verzoekschrift met bijlagen d.d. 20 mei 2021 van de gecertificeerde instelling;
- het verzoekschrift met bijlage d.d. 26 mei 2021 van de advocaat van de moeder;
- de producties d.d. 3 juni 2021 van de advocaat van de vader;
- het verweerschrift met producties d.d. 7 juni 2021 van de advocaat van de vader;
- de aanvullende producties d.d. 8 juni 2021 van de advocaat van de moeder;
- de brief d.d. 10 juni 2021 van de gecertificeerde instelling;
- de ter zitting voorgedragen en overgelegde pleitnota van de advocaat van de moeder.
- de vader, bijgestaan door zijn advocaat;
- de moeder, bijgestaan door haar advocaat;
- [vertegenwoordigers van de GI] namens de gecertificeerde instelling;
Feiten
- De vader en de moeder zijn op 15 september 2014 met elkaar gehuwd. Er is een verzoek tot echtscheiding aanhangig.
- De vader heeft [minderjarige 1] erkend.
- De vader en de moeder zijn gezamenlijk belast met het ouderlijk gezag.
- De kinderen verblijven feitelijk bij de moeder.
- De kinderrechter in deze rechtbank heeft bij beschikking d.d. 15 januari 2021 [minderjarige 1] , [minderjarige 2] en [minderjarige 3] onder toezicht gesteld van 15 januari 2021 tot 8 december 2021.
- De gecertificeerde instelling heeft op 12 mei 2021 de moeder een schriftelijke aanwijzing gegeven betreffende de verzorging en opvoeding van de kinderen. In deze schriftelijke aanwijzing is het volgende opgenomen:
U houdt zich aan de bezoekregeling zoals opgesteld is door jeugdbescherming West.
- Moeder blijft benoemen dat hun papa, hun papa blijft.
- Als de kinderen negatief praten over de andere ouder, geven ouders wel erkenning voor het gevoel, maar gaan hier geen diepere vragen over stellen.
- Vader en moeder zeggen niet tegen de kinderen wat ze niet goed vinden aan de andere ouder.
- De kinderen worden niet gemotiveerd om uitspraken te doen naar nadere volwassenen over vader of over moeder.
- De kinderen mogen hun gevoel uiten, ook als dit positief is over de andere ouder. Dit wordt gerespecteerd.
- [minderjarige 1] , [minderjarige 2] en [minderjarige 3] worden niet belast met volwassenenproblematiek (zoals rechtszaken, omgangsregeling, financiën).
- Vader en moeder praten niet waar de kinderen bij zijn over deze onderwerpen.
- De bezoeken met vader zullen begeleid worden door het Wilmahuis. Insteek is starten met eens in de week om dit geleidelijk verder uit te bouwen.
- Dinsdag en donderdag is er via video bellen contact tussen vader en de kinderen om 17:15. Dit duurt zolang als de kinderen dat zelf willen.
- Ouders werken mee met het opbouwschema dat jeugdbescherming in samenspraak met het Wilmahuis op stelt.”
Verzoeken en verweren
Er ligt geen duidelijk bezoekschema dat zich voor bekrachtiging leent. In geval van bekrachtiging zal tevens de woensdag bekrachtigd worden en dit willen beide partijen niet. De moeder heeft niet de financiële middelen om een dwangsom te voldoen. De verzoeken van de gecertificeerde instelling dienen daarom te worden afgewezen. De geluidsopnames dienen te worden toegelaten in de procedure, daar de moeder op onacceptabele wijze onder druk wordt gezet door de gecertificeerde instelling. De opname van het gesprek met de jeugdbeschermer was noodzakelijk zodat de moeder zich kon verweren. De gecertificeerde instelling wil voorkomen dat de moeder voor zichzelf opkomt.
Het verzoek van de vader tot proceskostenveroordeling dient te worden afgewezen, daar het eerste verzoek tot bekrachtiging van de schriftelijke aanwijzing is ingediend door de gecertificeerde instelling en de moeder het recht heeft zich hiertegen te verweren.
Beoordeling
onbegeleideomgang tussen de vader en de kinderen, en wordt beperkt tot de duur van het opbouwschema. Het oorspronkelijke schema ving aan op zondag 25 april 2021 en liep tot en met zondag 18 juli 2021 en bestrijkt dus 12 weken. Zoals hiervoor reeds overwogen is dit schema integraal opgeschoven. Vanaf het moment dat het schema wordt hervat zal de periode waarbinnen de dwangsom aan niet-nakoming wordt verbonden dus ook 12 weken duren.
onbegeleideomgang tussen de vader en de kinderen volgens het bij de aanwijzing gevoegde en integraal opgeschoven opbouwschema, en daarmee de aanwijzing niet nakomt,