ECLI:NL:RBDHA:2021:8839
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Weigering uitbetaling WW-uitkering wegens te late aanvraag en gebrek aan bijzondere omstandigheden
Op 12 augustus 2021 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in de zaak tussen eiseres en de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen. Eiseres had een WW-uitkering aangevraagd, maar deze werd niet uitbetaald omdat de aanvraag te laat was ingediend. De rechtbank oordeelde dat eiseres per 30 april 2019 recht had op een WW-uitkering, maar dat deze niet kon worden uitbetaald omdat de aanvraag meer dan 26 weken na de relevante periode was ingediend. Eiseres had aangevoerd dat zij in het buitenland verbleef en geen geldig woonadres had, maar de rechtbank oordeelde dat zij niet voldoende bewijs had geleverd voor deze stellingen. De rechtbank concludeerde dat er geen bijzondere omstandigheden waren die een afwijking van de wettelijke termijn rechtvaardigden. Het beroep van eiseres werd ongegrond verklaard, en de rechtbank wees erop dat de late aanvraag door eiseres zelf was veroorzaakt. De uitspraak benadrukt het belang van tijdige aanvragen voor uitkeringen en de strikte toepassing van de wettelijke termijnen.