ECLI:NL:RBDHA:2021:7545
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Toewijzing verzoek tot dwangakkoord in het kader van schuldsanering met betrekking tot verjaring en afdwingbaarheid van schulden
Op 15 juli 2021 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een zaak waarin verzoeker een verzoek tot toepassing van de wettelijke schuldsaneringsregeling indiende, samen met een verzoek tot instemming met een door hem aangeboden schuldregeling. De rechtbank heeft vastgesteld dat verzoeker een totale schuld heeft van € 175.720,78 aan 24 schuldeisers, waarbij de vorderingen van de verweersters, Mondzorgpraktijk Leidschendam, LAVG en Autobedrijf Jan van der Linden, respectievelijk € 527,04, € 13,66 en € 5.026,24 bedragen. De verweersters hebben geweigerd in te stemmen met de aangeboden schuldregeling, terwijl andere schuldeisers wel akkoord gingen. De rechtbank overweegt dat het iedere schuldeiser vrijstaat om volledige betaling van zijn vordering te verlangen, maar dat onder bijzondere omstandigheden een schuldeiser gedwongen kan worden om in te stemmen met een schuldregeling. De rechtbank concludeert dat de verweersters in redelijkheid niet hebben kunnen weigeren om in te stemmen met de aangeboden regeling, gezien het feit dat de meerderheid van de schuldeisers bereid was om akkoord te gaan. De rechtbank wijst het verzoek tot toepassing van de wettelijke schuldsaneringsregeling af, maar beveelt de verweersters in te stemmen met de schuldregeling. De rechtbank oordeelt dat de hoogte van de schuldenlast met voldoende zekerheid kan worden vastgesteld en dat verjaring niet van rechtswege werkt, waardoor alle verbintenissen nog afdwingbaar zijn. De uitspraak benadrukt het belang van de belangenafweging tussen verzoeker en de schuldeisers.