ECLI:NL:RBDHA:2021:6695
Rechtbank Den Haag
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Afwijzing van een wrakingsverzoek tegen rechterlijke onpartijdigheid in bestuursrechtelijke procedure
Op 26 april 2021 heeft de meervoudige wrakingskamer van de Rechtbank Den Haag een verzoek tot wraking afgewezen. Het verzoek was ingediend door drs. [verzoekster], die zich niet kon vinden in de afwijzing van haar verzoek om uitstel van de zittingsdatum door de rechter, mr. E. Kouwenhoven. Verzoekster stelde dat de afwijzing en de motivering daarvan blijk gaven van vooringenomenheid, omdat de rechter al een standpunt zou hebben ingenomen in de aanhangige zaken. De wrakingskamer oordeelde echter dat de afwijzing van het uitstel een procedurele beslissing is en dat deze op zichzelf geen grond kan vormen voor wraking. De wrakingskamer benadrukte dat een rechter wordt vermoed onpartijdig te zijn en dat er bijzondere omstandigheden moeten zijn om aan te nemen dat deze onpartijdigheid in het geding is. De wrakingskamer concludeerde dat de door verzoekster aangevoerde omstandigheden niet uitzonderlijk genoeg waren om te concluderen dat de rechter partijdig was. De beslissing om het wrakingsverzoek af te wijzen werd openbaar uitgesproken, en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing.