ECLI:NL:RBDHA:2021:5256
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing mvv-aanvraag op basis van niet aangetoonde feitelijke gezinsband en identiteit biologische ouders
In deze zaak heeft eiseres, een Ethiopische nationaliteit, beroep ingesteld tegen het besluit van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, dat haar aanvraag voor een machtiging tot voorlopig verblijf (mvv) heeft afgewezen. De aanvraag was ingediend door haar pleegouder, referente, met als doel verblijf bij haar pleegouder. De rechtbank heeft op 12 maart 2021 de behandeling van het beroep gehouden, waarbij zowel eiseres als verweerder zich hebben laten vertegenwoordigen door hun gemachtigden.
De rechtbank oordeelt dat de familierechtelijke relatie tussen eiseres en referente niet is aangetoond. De identiteit van eiseres' biologische ouders is onbekend, wat het onmogelijk maakt om te beoordelen of de gezinsband met hen is verbroken. Eiseres heeft aangevoerd dat de moeder van referente voor haar heeft gezorgd en dat de pleegrelatie dus vaststaat, maar de rechtbank oordeelt dat er onvoldoende bewijs is overgelegd om de identiteit van de biologische ouders aan te tonen. Verweerder heeft terecht van eiseres en referente verlangd dat zij zich inspannen om de biologische ouders op te sporen, wat niet is gebeurd.
De rechtbank concludeert dat er geen feitelijke gezinsband kan worden vastgesteld, waardoor verweerder geen familie- of gezinsleven in de zin van artikel 8 van het EVRM heeft kunnen aannemen. Het beroep van eiseres is ongegrond verklaard, en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar uitgesproken op 16 april 2021, en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid tot hoger beroep binnen vier weken na verzending van de uitspraak.