Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.De procedure
- de beschikking van de voorzieningenrechter van deze rechtbank van 10 augustus 2020 waarin High Point verlof is verleend te mogen procederen volgens het versneld regime in octrooizaken;
- de dagvaarding van 11 augustus 2020;
- het anticipatie-exploot (art. 126 Rv
- de incidentele conclusie tot niet-ontvankelijkheid tevens houdende verzoek tot verwijdering van de zaak uit het VRO-regime en verzoek tot het stellen van prejudiciële vragen aan de Hoge Raad van 7 oktober 2020;
- de conclusie van antwoord in het incident van 21 oktober 2020 met producties EP53 t/m EP61;
- de akte houdende overlegging producties tevens verzoek tot toepassing van artikelen 27 en 28 Rv van 25 november 2020 zijdens High Point, met producties EP01 t/m EP52, EP62 en EP63;
- de rolbeslissing van de rechtbank van 25 november 2020 waarbij de zaak is verwijderd uit het VRO-regime en is verwezen naar de rol voor opgave verhinderdata;
- de e-mail van de rechtbank aan partijen van 12 februari 2021 met instructies ten behoeve van een digitale zitting op 12 april 2021 om 13.30 uur met daaraan voorafgaand op 8 april 2021 het indienen van schriftelijke pleitnotities;
- de akte overlegging van producties zijdens KPN van 12 april 2021, met producties GP01 t/m GP18, per e-mail op voorhand ingediend op 24 maart 2021;
- de schriftelijke pleitnotities van partijen, ingediend op 8 april 2021;
- de digitale zitting via MCU van 12 april 2021 waarbij, nadat High Point mondeling heeft mogen reageren op de schriftelijke pleitnotitie van KPN, is gere- en dupliceerd en waarbij tevens vragen zijn gesteld door de rechtbank aan partijen.
2.Feiten
‘Wireless access telephone-to-telephone network interface architecture’op een aanvrage daartoe van 30 juni 1992, prioriteit inroepend van 9 juli 1991 op basis van US 727498. EP 772 B1, oorspronkelijk verleend aan AT&T Corp., was onder meer van kracht in Nederland.
€ 50.000,- per dag, een gedeelte van een dag voor een gehele te rekenen, dat het onder 3. bedoelde bevel niet geheel en/of niet deugdelijk is nagekomen; en
4.Het geschil in het incident
5.De beoordeling in het incident
erga omnes-werking van de uitgesproken vernietiging niet denkbaar zijn, reden waarom deze rechtbank in dat soort gevallen procedures schorst in afwachting van het in kracht van gewijsde gaan van dergelijke vonnissen. [14]
ab initiote zijn vervallen, waardoor de rechter zal moeten uitgaan van het – als gevolg van de door het EOB toegestane wijziging – beperkte octrooi.