Uitspraak
1. In de voorgevel is op de 1e verdieping een grote ruit stuk en twee kleine ruitjes. De grote ruit kan een gevaar opleveren voor de omgeving omdat daaronder een voetpad aanwezig is.
4.Bij besluit van 15 augustus 2019 is aan eiser opgelegd:1) een last om de bewoning dezelfde dag vóór 18:00 uur te beëindigen en beëindigd te houden op straffe van een eenmalige dwangsom van € 10.000,- ineens, en2) een last onder bestuursdwang om dezelfde dag vóór 10:00 uur de gesneuvelde ruiten deugdelijk dicht te (laten) maken door middel van houten schotten en de openstaande, klapperende ramen op deugdelijke wijze dicht te (laten) maken.
11.De rechtbank komt tot de volgende beoordeling.
14 augustus 2019, de dag dat bij het team Inspectie een melding binnenkwam en het pand vervolgens is geïnspecteerd. In hetgeen verweerder heeft aangevoerd, ziet de rechtbank daarom onvoldoende aanknopingspunten die leiden tot het oordeel dat eiser al op
12 augustus 2019in overtreding was en rekening moest houden met een gedwongen ontruiming. De rechtbank houdt het er daarom voor dat eiser op 14 augustus 2019 om 17:30 uur wist dat hij de woning moest ontruimen, waarvoor hij vanaf dat moment een dag (ruim 24 uur) de tijd had.
nietom bijstand is verzocht. Verweerder heeft ter zitting immers te kennen gegeven niet bekend te zijn met de werking van het registratiesysteem en niet in te kunnen staan voor de volledigheid daarvan.