ECLI:NL:RBDHA:2021:4385
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen niet tijdig nemen van besluit op asielaanvraag
In deze zaak heeft eiser, vertegenwoordigd door mr. M.M. Volwerk, beroep ingesteld tegen de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid wegens het niet tijdig nemen van een besluit op zijn aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel. Eiser had op 12 april 2019 een aanvraag ingediend, maar na een eerdere uitspraak van de rechtbank op 11 augustus 2020, waarin de rechtbank verweerder opdroeg om binnen een bepaalde termijn een besluit te nemen, bleef het besluit uit. Eiser heeft op 3 januari 2020 digitaal beroep ingesteld, en na het verstrijken van de termijn heeft hij op 16 februari 2021 opnieuw beroep ingesteld. De rechtbank heeft vastgesteld dat de termijn voor het nemen van een besluit was overschreden en dat de maximale dwangsom was bereikt. De rechtbank verklaart het beroep gegrond en draagt verweerder op om binnen acht weken na het nader gehoor op 10 maart 2021 een beslissing te nemen op de aanvraag. Tevens wordt verweerder veroordeeld tot het betalen van een dwangsom van € 200,- per dag voor elke dag dat hij in gebreke blijft, met een maximum van € 15.000,-. Daarnaast worden de proceskosten van eiser vastgesteld op € 267,-.