ECLI:NL:RBDHA:2021:2242

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
11 maart 2021
Publicatiedatum
11 maart 2021
Zaaknummer
09/767127-20
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Gevangenisstraf voor zeven jaren voor voorbereidingshandelingen Opiumwet, criminele organisatie Opiumwet, vervaardigen amfetamine-olie en witwassen

Op 11 maart 2021 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in de strafzaak tegen de verdachte, die werd beschuldigd van meerdere feiten in strijd met de Opiumwet en witwassen. De verdachte, geboren in 1968 en thans gedetineerd, werd beschuldigd van het voorbereiden van de productie van synthetische drugs, het deelnemen aan een criminele organisatie en het vervaardigen van amfetamine-olie. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte betrokken was bij een criminele organisatie die zich richtte op de productie van verdovende middelen, en dat hij samen met anderen handelingen verrichtte die gericht waren op het vervaardigen van amfetamine en andere middelen. De rechtbank heeft ook vastgesteld dat de verdachte gebruik maakte van Encrochat-berichten om deze activiteiten te coördineren.

De rechtbank heeft de verdediging van de verdachte, die stelde dat de Encrochat-berichten niet als bewijs mochten worden gebruikt, verworpen. De rechtbank oordeelde dat de verwerking van deze berichten in het strafdossier niet in strijd was met de rechten van de verdachte onder het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM). De rechtbank heeft de verdachte schuldig bevonden aan de tenlastegelegde feiten en hem veroordeeld tot een gevangenisstraf van zeven jaren. Daarnaast heeft de rechtbank vastgesteld dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan witwassen, waarbij hij geldbedragen en goederen voorhanden had die afkomstig waren uit misdrijven. De rechtbank heeft de in beslag genomen goederen verbeurd verklaard, met uitzondering van een geldbedrag dat aan de verdachte zal worden teruggegeven.

Uitspraak

Rechtbank DEN HAAG

Strafrecht
Meervoudige strafkamer
Parketnummers: 09/767127-20 en 09/765042-20 (ttz.gev.)
Datum uitspraak: 11 maart 2021
Tegenspraak
(Promisvonnis)
De rechtbank Den Haag heeft op de grondslag van de tenlastelegging en naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting het navolgende vonnis gewezen in de zaak van de officier van justitie tegen de verdachte:
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1968,
thans gedetineerd in de penitentiaire inrichting "Zuid-Oost, locatie Roermond".

1.Het onderzoek ter terechtzitting

Het onderzoek is gehouden ter terechtzitting van 2 december 2020 (pro forma) en 25 februari 2021 (inhoudelijke behandeling).
De rechtbank heeft kennis genomen van de vordering van de officier van justitie
mr. B. de Jonge en van hetgeen door de verdachte en zijn raadsman mr. H. Sytema naar voren is gebracht.

2.De tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd hetgeen is vermeld in de dagvaardingen onder parketnummers 09/767127-20 respectievelijk 09/765042-20. De tekst van die dagvaardingen is als bijlage I aan dit vonnis gehecht.

3.Bewijsoverwegingen

3.1
Inleiding
Verdachte wordt – kort samengevat – verweten dat hij voorbereidingshandelingen voor Opiumwetdelicten (bestaande uit het op meerdere locaties (mede) voorhanden hebben van stoffen bestemd voor de productie van synthetische drugs) heeft gepleegd, deel heeft uitgemaakt van een criminele organisatie gericht op het plegen van Opiumwetdelicten, amfetamineolie heeft vervaardigd en diverse goederen en geldbedragen heeft witgewassen.
3.2
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gerekwireerd tot bewezenverklaring van alle ten laste gelegde feiten, met dien verstande dat de officier van justitie zich niet heeft uitgelaten over de in de tenlastelegging genoemde pleegplaatsen Den Haag, Delft en Monster.
3.3
Het standpunt van de verdediging
De verdediging stelt zich primair op het standpunt dat de verdachte moet worden vrijgesproken van de onder parketnummer 09/767127-20 ten laste gelegde feiten, omdat de Encrochat-berichten van het bewijs dienen te worden uitgesloten. Daartoe heeft de verdediging – kort samengevat – het volgende aangevoerd.
De verwerking van de Encrochat-berichten in Nederland in het strafdossier tegen de verdachte behelst een inperking van verdachtes recht op eerbiediging van zijn
private life. Aangezien de zittingsrechter noch de verdediging beschikt over de stukken die nodig zijn om te kunnen toetsen of die verwerking rechtmatig is, zoals stukken met betrekking tot de inzet van de onderscheppingsbevoegdheid door de Franse opsporingsautoriteiten, levert dit een inbreuk op artikel 8 EVRM. Deze inbreuk levert tevens een schending op van artikel 6 EVRM, waarbij onrechtmatig is gehandeld tegen de individuele verdachte. Ook indien geen sprake is van schending van een eerlijk proces ex artikel 6 EVRM, dient deze inbreuk op artikel 8 EVRM op de voet van artikel 359a Wetboek van Strafvordering (Sv) te worden gesanctioneerd.
Subsidiair heeft de raadsman bepleit dat er onvoldoende bewijs is dat het door het openbaar ministerie aan de verdachte gekoppelde Encrochat-account door de verdachte daadwerkelijk is gebruikt en aan hem toebehoort, zodat hij dient te worden vrijgesproken van alle ten laste gelegde feiten.
Verder heeft de raadsman ten aanzien van het onder parketnummer 09/765042-20 ten laste gelegde witwassen vrijspraak bepleit nu geen rechtstreeks verband bewezen kan worden tussen de in de tenlastelegging opgenomen geldbedragen en/of goederen en of deze middellijk of onmiddellijk afkomstig waren uit enig misdrijf.
Op specifieke verweren zal hierna – voor zover relevant – nader worden ingegaan.
3.4
De beoordeling van de tenlastelegging [1]
3.4.1
Bewijsuitsluiting van Encrochat-berichten?
De rechtbank begrijpt het verweer van de verdediging aldus dat reeds het gebrek aan stukken om de rechtmatigheid te kunnen toetsen van de verwerking in een strafdossier naar aanleiding van een verdenking gebaseerd op Encrochat-berichten een schending van artikel 8 EVRM oplevert, hetgeen op grond van artikel 6 EVRM of artikel 359a Sv tot bewijsuitsluiting zou moeten leiden. De verdediging verlangt hiermee in wezen dat (aan de hand van stukken) getoetst moet kunnen worden of in het kader van een opsporingsonderzoek in het buitenland (in casu Frankrijk) inbreuk is gemaakt op de door artikel 8 EVRM gewaarborgde rechten.
De rechtbank is van oordeel dat de verdediging hiermee miskent dat de Hoge Raad in zijn arrest van 5 oktober 2010 (ECLI:NL:HR:2010:BL5629) – mede in het licht van rechtspraak van het EHRM – heeft geoordeeld dat het in het kader van het EVRM geldende vertrouwensbeginsel meebrengt dat niet ter toetsing staat van de Nederlandse strafrechter of in het recht van het desbetreffende buitenland al dan niet een toereikende wettelijke grondslag bestond voor de door de verrichte onderzoekshandelingen eventueel gemaakte inbreuk op artikel 8 EVRM. Volgens de Hoge Raad is de taak van de Nederlandse strafrechter ertoe beperkt te waarborgen dat de wijze waarop van de resultaten van dit onderzoek in de strafzaak tegen de verdachte gebruik wordt gemaakt, geen inbreuk maakt op zijn recht op een eerlijk proces, zoals bedoeld in art. 6, eerste lid, EVRM (zie rechtsoverweging 4.4.1 van het voornoemde arrest).
In deze zaak zijn Encrochat-berichten gebruikt. Dit zijn gegevens van de gebruikers van Encrochat cryptotelefoons, die in Frankrijk – een tot het EVRM toegetreden staat – zijn verzameld op basis van Franse strafvorderlijke bevoegdheden waarvoor een Franse rechter een machtiging heeft verleend. Naar het oordeel van de rechtbank volgt uit voornoemd arrest van de Hoge Raad dat het vertrouwensbeginsel in dit geval geen ruimte laat voor toetsing (van de rechtmatigheid van de verwerking van de Encrochat-berichten in het strafdossier van de verdachte) aan artikel 8 EVRM. Hiervan uitgaande, is er des te minder ruimte voor het verbinden van gevolgen aan het ontbreken van de stukken die volgens de verdediging voor die toetsing noodzakelijk zijn.
Voor zover de verdediging het ontbreken van de hiervoor genoemde stukken op zichzelf als een schending van artikel 6 EVRM heeft aangemerkt, stuit dat af op het voorgaande.
Voor zover de verdediging heeft aangevoerd dat de wijze waarop van de Encrochat-berichten in de strafzaak tegen de verdachte gebruik is gemaakt een inbreuk oplevert op artikel 6 EVRM, is dat standpunt naar het oordeel van de rechtbank onvoldoende (concreet) onderbouwd.
De slotsom is dat het verweer van de verdediging dient te worden verworpen. Dit betekent dat de Encrochat-berichten niet worden uitgesloten van het bewijs.
3.4.2
Bewijsmiddelen
Aanleiding van het onderzoek
Op 13 februari 2020 kwam uit informatie van het Team Criminele Inlichtingen (TCI) naar voren dat “ [verdachte] momenteel volop XTC en A-olie aan het produceren is in drugslabs en hier veel geld mee verdient”. Naar aanleiding van deze informatie is nader onderzoek gedaan naar de verdachte, waaruit bleek dat hij diverse antecedenten had in het kader van verdovende middelen en zich kennelijk in kringen begaf waarin verdovende middelen werden verhandeld en geproduceerd. Uit recente onderzoeken van politie en justitie bleek onder meer dat DNA van de verdachte in februari 2019 op gedumpt drugsafval was aangetroffen en dat hij in december 2018 diverse malen was geobserveerd rondom en op een locatie waar een laboratorium voor de productie van synthetische drugs was aangetroffen. Verder stelde de politie dat de verdachte in 2020 meermalen was gecontroleerd in een Mercedes-Benz [gebruikersnaam 2] ( [kenteken] ) met een catalogusprijs van € 216.682,00, zonder dat hij enige bezittingen op naam heeft staan. In aanvulling op voornoemd TCI-bericht is in de maand april van 2020 via een informant het bericht binnen gekomen dat ‘ [alias 1] moment bezig is met het produceren van synthetische drugs in drugslaboratoriums’. Uit onderzoek van politie en justitie bleek dat met ‘ [alias 1] ’ de verdachte werd bedoeld.
Op grond van voornoemde informatie is het onderzoek ‘ [onderzoeksnaam 1] ’ gestart, dat zich richtte op – kort gezegd – locaties van drugslaboratoria en bij de vervaardiging van synthetische drugs betrokken personen. De verdachte is in dit onderzoek naar voren gekomen op basis van telecommunicatiegegevens, observaties en doorzoekingen.
Feit 1 (voorbereidingshandelingen)
In een Frans strafrechtelijk onderzoek genaamd [onderzoeksnaam 2] is onderzoek gedaan naar het bedrijf Encrochat. [2] Uit dit onderzoek kwamen onder andere IMEI-nummers van gebruikers van Encrochat, chatgesprekken tussen Encrochat-gebruikers, accountgegevens en de telecom-locatiegegevens naar voren; zo ook de gesprekken van Encrochat-gebruiker ‘ [gebruikersnaam 1] ’.
De rechtbank zal eerst ingaan op de vraag of de verdachte de gebruiker is van het account ‘ [gebruikersnaam 1] ’.
Door de politie is onderzoek gedaan met betrekking tot de identificatie van de gebruiker van het Encrochat-account ‘ [gebruikersnaam 1] ’. [3] Hieruit bleek dat bij het Encrochat-account [accountnaam 1] het IMEI-nummer: [IMEI-nr 1] hoorde. Op 19 april 2020 werd een IMSI-meting gedaan nabij de woning van de verdachte, te weten de [adres verdachte] . [4] Kort voor de daadwerkelijke meting werd door de verbalisant waargenomen dat de verdachte als bestuurder van een Mercedes-Benz met [kenteken] parkeerde voor zijn woning en de woning betrad. Uit de IMSI-meting bleek dat het IMSI-nummer: [IMSI-nr 1] behoorde bij het IMEI-nummer: [IMEI-nr 1] . Vervolgens zijn de historische gegevens opgevraagd van voornoemd IMEI-nummer in de periode van 16 december 2019 tot en met 15 juni 2020. Hieruit bleek dat het IMEI-nummer in gebruik was geweest in de periode 27 januari 2020 tot en met 12 juni 2020 en dat de telefoon, waar dit IMEI-nummer toe behoorde, tussen 22:00 uur en 07:00 uur het meest gebruik maakte van één basisstation, gelegen aan de [straatnaam] te Delft. Dit basisstation heeft het adres [adres verdachte] onder zijn bereik. [5] Verder bleek uit de historische gegevens dat de telefoon met het IMEI-nummer: [IMEI-nr 1] gebruik maakte van een simkaart met een datatelefoonnummer: [DATA-telnr 1] . Dit betreft een nummer waarmee alleen gebruik gemaakt kan worden van data (internet), hetgeen past bij het gebruik van de telefoon als PGP-telefoon, nu deze telefoons enkel gebruik maken van dataverbindingen en niet geschikt zijn om mee te bellen of te sms’en. [6]
Uit onderzoek van de politie bleek dat de verdachte tevens gebruik maakte van het telefoonnummer: [tel.nr 1] . Zo bleek uit de gegevens van het Centraal Informatiepunt Onderzoek Telecommunicatie dat dit telefoonnummer op naam van de verdachte stond. Uit onderzoek naar de historische gegevens van dit nummer bleek dat dit nummer in gebruik was geweest van 26 januari 2020 tot en met 26 juni 2020 en in die periode gebruik maakte van het basisstation [straatnaam] te Delft tussen 22:00 uur en 07:00 uur. [7]
Vervolgens is door de politie onderzoek gedaan naar de verplaatsingen van het IMEI-nummer: [IMEI-nr 1] en het telefoonnummer: [tel.nr 1] in de overlappende periode van 27 januari 2020 tot en met 26 juni 2020. Uit deze analyse bleek dat beide telefoonnummers dagelijks gebruik maakten van basisstations in de directe omgeving van elkaar en dat in geval van verplaatsing, steeds sprake was van een verplaatsing van zowel voornoemd IMEI-nummer (behorend bij de PGP telefoon) als voornoemd mobiele nummer in gebruik bij de verdachte. [8]
Voorts is onderzoek verricht naar de inhoud van berichten zoals verstuurd door ‘ [gebruikersnaam 1] ’ ter identificatie van de gebruiker van dit account. Uit onderzoek bleek dat ‘ [gebruikersnaam 1] ’ contact had met 24 andere Encrochat-gebruikers en door die andere gebruikers onder diverse namen stond opgeslagen zoals ‘ [gebruikersnaam 1] ’, ‘ [gebruikersnaam 2] ’, ‘ [gebruikersnaam 3] ’, ‘ [gebruikersnaam 4] ’ en ‘ [gebruikersnaam 5] ’. Uit het dossier bleek dat de verdachte 1.96 meter lang is en beschikt over een Mercedes-Benz AMG en twee vingerkootjes aan zijn rechterhand mist. Daarnaast bleek uit een gesprek tussen ‘ [gebruikersnaam 1] ’ en Encrochat-gebruiker ‘ [gebruikersnaam 6] ’ op 6 april 2020 dat aan ‘ [gebruikersnaam 1] ’ wordt gerefereerd als degene ‘met drie vingers’ en uit een gesprek tussen ‘ [gebruikersnaam 1] ’ en Encrochat-gebruiker ‘ [gebruikersnaam 7] ’ van 31 maart 2020 dat ‘ [gebruikersnaam 7] ’ achter de neef van ‘ [gebruikersnaam 1] ’ aan reed, genaamd [naam 1] . Uit onderzoek in de Basis Registratie Personen (BRP) bleek dat de verdachte een neef heeft genaamd [naam 1] . [9] Verder bleek uit gesprekken tussen ‘ [gebruikersnaam 1] ’ en Encrochat-gebruiker ‘ [gebruikersnaam 8] ’ van 31 maart 2020 dat ‘ [gebruikersnaam 1] ’ last heeft van zijn hart en daarvoor medicatie heeft gekregen. [10] Tijdens de doorzoeking in de woning van de verdachte werden medicijnen aangetroffen ter bevordering van hartactiviteit en verklaarde zijn partner dat hij deze medicijnen gebruikte in verband met zijn hart. [11]
Op grond van voornoemde bewijsmiddelen, in onderling verband en samenhang bezien, stelt de rechtbank vast dat de verdachte de gebruiker is van Encrochat-account ‘ [gebruikersnaam 1] ’.
Uit onderzoek is gebleken dat ‘ [gebruikersnaam 1] ’ veel contact onderhield met de Encrochat-accounts ‘ [gebruikersnaam 7] ’ en ‘ [gebruikersnaam 9] ’. Met betrekking tot deze Encrochat-accounts stelt de rechtbank het volgende vast.
Op basis van het onderzoek [onderzoeksnaam 2] is komen vast te staan dat het Encrochat-account ‘ [gebruikersnaam 9] ’ gekoppeld was aan een PGP-telefoon met IMEI-nummer: [IMEI-nr 2] . Door ‘ [gebruikersnaam 1] ’ is het contact ‘ [gebruikersnaam 9] ’ opgeslagen als [medeverdachte 1] . Uit een observatie van de politie bleek dat de verdachte op 24 april 2020 zijn auto had geparkeerd ter hoogte van het perceel [adres 1] te Delft en niet veel later met een persoon die werd herkend als [medeverdachte 1] in de auto weer vertrok. [12] Uit BRP-gegevens bleek voornoemd adres het woonadres te zijn van de ouders van [medeverdachte 1] . [13] Uit diverse chatgesprekken bleek dat ‘ [gebruikersnaam 9] ’ en ‘ [gebruikersnaam 7] ’ broers van elkaar zijn, zoals bijvoorbeeld uit het gesprek van 2 april 2020:
[gebruikersnaam 7] Oke ik rij nu naar ma. Eve bakkie snel?
[gebruikersnaam 7] Joo
[gebruikersnaam 7] Ben ie dan?
[gebruikersnaam 7] Ben je daar al?
[gebruikersnaam 9] Ben nu bij ma
[gebruikersnaam 7] Oke top. File bjl ikea [14]
Uit BRP-gegevens bleek dat [medeverdachte 1] een broer heeft, te weten [medeverdachte 2] . Uit het meest gebruikte basisstation van de telefoon met IMEI-nummer: [IMEI-nr 2] bleek dat zowel overdag als in de nachtelijke uren het basisstation aan de [straatnaam] te Delft werd aangestraald. De woning op de [adres 1] te Delft viel binnen het bereik van dit basisstation. [15]
Uit onderzoek van de politieregistratiesystemen bleek dat [medeverdachte 2] , de broer van [medeverdachte 1] , het telefoonnummer: [tel.nr 2] had opgegeven bij de inschrijving van zijn bedrijf. Vervolgens zijn de historische verkeersgegevens van dit telefoonnummer vergeleken met de mastgegevens bij de [adres 1] te Delft en welk nummer veelvuldig contact had met het telefoonnummer: [tel.nr 2] . Dit betrof het telefoonnummer: [tel.nr 3] . Deze telefoonnummers bleken nagenoeg dagelijks contact met elkaar te hebben en het telefoonnummer: [tel.nr 3] maakte zowel overdag als later op de avond en nacht gebruik van het basisstation [straatnaam] te Delft. Vervolgens zijn de 12 meest voorkomende telefoonnummers van het telefoonnummer: [tel.nr 3] onderzocht en daaruit bleek dat het telefoonnummer veelvuldig contact had met het telefoonnummer dat op naam staat van [naam 2] . Uit de gegevens van de politie bleek dat [medeverdachte 1] een dochter heeft met [naam 2] .
Vervolgens is onderzoek verricht aan de historische gegevens van het IMEI-nummer: [IMEI-nr 2] behorend bij ‘ [gebruikersnaam 9] ’ (in gebruik in de periode van 5 februari 2020 tot en met 12 juni 2020), in combinatie met het telefoonnummer: [tel.nr 3] (in gebruik in de periode van 13 februari 2020 tot en met 29 juni 2020). Het gebruik en de verplaatsingen van beide nummers zijn in de overlappende periode van 13 februari 2020 tot en met 12 juni 2020 met elkaar vergeleken. Uit deze analyse bleek dat beide nummers dagelijks gebruik maakten van basisstations in de directe omgeving van elkaar en als er een verplaatsing was beide met elkaar mee verplaatsten in dezelfde richting. [16]
Op grond van voornoemde bewijsmiddelen, in onderling verband en samenhang bezien, stelt de rechtbank vast dat [medeverdachte 1] de gebruiker is van Encrochat-account ‘ [gebruikersnaam 9] ’.
Op basis van het onderzoek [onderzoeksnaam 2] is komen vast te staan dat het Encrochat-account ‘ [gebruikersnaam 7] ’ gekoppeld was aan een PGP-telefoon met IMEI-nummer: [IMEI-nr 3] . Door andere Encrochat-gebruikers is het account ‘ [gebruikersnaam 7] ’ onder meer opgeslagen als ‘ [alias 2] ’ en uit de politiesystemen bleek dat [medeverdachte 2] op 19 maart 2020 is gecontroleerd in een Volkswagen Polo, die op naam stond van zijn partner. [17] Voorts bleek dat het meest gebruikte basisstation van de telefoon met het IMEI-nummer: [IMEI-nr 3] gelegen was aan de [straatnaam] te Delft en dat het huisadres zoals opgenomen in de BRP-gegevens, [adres 2] , binnen het bereik viel van dit basisstation. [18] Uit de historische gegevens van de telefoon met het IMEI-nummer: [IMEI-nr 3] bleek dat de telefoon in gebruik was geweest van 5 februari 2020 tot en met 8 juni 2020 en de telefoon voorzien was van een datatelefoonnummer en enkel gebruik maakte van internet. [19]
Zoals reeds genoemd bleek uit onderzoek van de politieregistratiesystemen dat [medeverdachte 2] het telefoonnummer: [tel.nr 2] had opgegeven bij de inschrijving van zijn bedrijf. Bovendien maakte dit telefoonnummer in de periode van 1 maart 2020 tot en met 27 juli 2020 zowel overdag als in de nachtelijke uren gebruik van het basisstation [straatnaam] te Delft en van het basisstation [straatnaam] te Delft. Het huisadres [adres 2] viel onder het bereik van beide basisstations. [20] Voorts bleek uit de 12 meest voorkomende tegennummers van het telefoonnummer: [tel.nr 2] en het onderzoek naar die telefoonnummers dat veelvuldig contact was met de moeder van [medeverdachte 2] , de huidige partner van [medeverdachte 2] en met de moeder van het kind van [medeverdachte 2] . [21]
Vervolgens is door de politie vergelijkend onderzoek verricht naar de telefoon met IMEI-nummer: [IMEI-nr 3] en de telefoon met het nummer: [tel.nr 2] in de overlappende periode van 1 maart 2020 tot en met 8 juni 2020. Uit deze analyse bleek dat beide nummers dagelijks gebruik maakten van basisstations in de directe omgeving van elkaar en bij verplaatsing beide met elkaar mee verplaatsten in dezelfde richting. [22]
Op grond van voornoemde bewijsmiddelen, in onderling verband en samenhang bezien, stelt de rechtbank vast dat [medeverdachte 2] de gebruiker is van Encrochat-account ‘ [gebruikersnaam 7] ’.
De rechtbank heeft aldus vastgesteld dat de verdachte gebruik maakte van het Encrochat-account ‘ [gebruikersnaam 1] ’, [medeverdachte 1] gebruik maakte van het Encrochat-account ‘ [gebruikersnaam 9] ’ en [medeverdachte 2] gebruik maakte van het Encrochat-account ‘ [gebruikersnaam 7] ’.
Verder bleek uit onderzoek van politie en justitie op basis van TCI-informatie dat de verdachte, [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] samen werken in de productie van verdovende middelen en in het opzetten van een drugslab. [23]
Encrochat-gesprekken
In het dossier zijn diverse chatgesprekken opgenomen die zien op onderdelen van het onder 1 ten laste gelegde feit. De verdachte heeft hierover als ‘ [gebruikersnaam 1] ’ via Encrochat-berichten met diverse personen contact onderhouden, waaronder - maar niet uitsluitend - de medeverdachten [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] , alias ‘ [gebruikersnaam 9] ’ respectievelijk ‘ [gebruikersnaam 7] ’.
Op 27 maart 2020 vond het volgende gesprek plaats tussen ‘ [gebruikersnaam 1] ’ en ‘ [gebruikersnaam 9] ’:
[gebruikersnaam 9] En nu in een bak met die 2 flesjes aceton en dan opkoken??
[gebruikersnaam 1] Is dat die donkere zooi
[gebruikersnaam 9] Ja
[gebruikersnaam 9] Mooi al he
[gebruikersnaam 9] Maar als ik het nu in een bak gooi met aceton. Kan ik daarna gelijk koken of moet dat dan eerst opdrogen?
[gebruikersnaam 1] Aceton erin gap deksel erop schudden nacht laten weken ps hok van ons is gepakt omdat de for gevolgt is
[gebruikersnaam 9] Hoe weet je dat dan?
[gebruikersnaam 9] Is allebij de helft
[gebruikersnaam 9] Zal k bij allebj 1 flesje er in doen? Of alles bij elkaar en dan allebij de flesjes
[gebruikersnaam 1] Ja is goed ze hebben inval in uden gedaan waar wij grondstoffe. Kochten gooi bij elkaar en 2 flesjes erin
[gebruikersnaam 9] Te weinig aceton
[gebruikersnaam 1] Ja dacht ik al
[gebruikersnaam 1] Is wel alles nat
[gebruikersnaam 1] Anders gooi je klein beetje water erbij
[gebruikersnaam 9] Bio?
[gebruikersnaam 1] Ja maat
(…)
[gebruikersnaam 1] Hmm ok gewoon droogkoken
[gebruikersnaam 1] Ja zo is het
[gebruikersnaam 9] Daarom moeten we nog effe behandelen maar komt goed die andere is wel ticht geworden ook
[gebruikersnaam 1] Ja die kan je in een kussensloop gooien en uit persen
(…) [24]
Verbalisanten beschrijven in het proces-verbaal dat hen ambtshalve bekend is dat aceton een stof betreft die wordt gebruikt bij de bewerking en vervaardiging van synthetische drugs methamfetamine en cocaïne en dat gezien de context van het gesprek met ‘for’ formamide of fosforzuur wordt bedoeld. Formamide betreft een essentiële hulpstof voor de vervaardiging van amfetamine en fosforzuur wordt gebruikt bij de bewerking van een precursor van BMK, zijnde een grondstof van (meth)amfetamine. [25] Bovendien is op 27 maart 2020 in Uden door de politie een inval gedaan in een drugslaboratorium waar MDMA, amfetamine en diverse grondstoffen voor onder andere BMK waren aangetroffen. [26]
Op 3 april 2020 vond het volgende gesprek plaats tussen ‘ [gebruikersnaam 9] ’ en ‘ [gebruikersnaam 1] ’:
[gebruikersnaam 9] Gaan we die 700 gram nu klaar maken ik ga er zo heen en maak 700 droog en poeder
[gebruikersnaam 1] Ik kom zo naar mams toe
[gebruikersnaam 9] Ik ben daar niet ik ga ri hem
[gebruikersnaam 1] Ja maar je ken het niet drogen in de magneetron
[gebruikersnaam 9] Hoezo van morgen tog ook gedaan dies droog
[gebruikersnaam 1] Ja zag je [naam 3] die werdt daar niet blij van dat zei die nog
[gebruikersnaam 9] We hoeve maar 700 gram min 177 van net. [27]
Verbalisanten beschrijven in het proces-verbaal dat ambtshalve bekend is dat geperste cocaïne gedroogd wordt in een magnetron om het tot poeder te kunnen maken.
Op 4 april 2020 vond tussen ‘ [gebruikersnaam 1] ’ en ‘ [gebruikersnaam 7] ’ een gesprek plaats waarbij
‘ [gebruikersnaam 7] ’ aan ‘ [gebruikersnaam 1] ’ vraagt ‘hoeveel er nog over is van die ‘700’ en dat ‘ [gebruikersnaam 1] ’ dit niet weet, dat broer het moet weten, dat het al droog is en dat ‘ [gebruikersnaam 1] ’ op weg is naar ‘ [gebruikersnaam 7] ’. [28]
Op 6 april 2020 vond tussen ‘ [gebruikersnaam 1] ’ en ‘ [gebruikersnaam 9] ’ het volgende gesprek plaats:
[gebruikersnaam 1] Had je al foto
[gebruikersnaam 9] Nee ben nog bezig
[gebruikersnaam 1] Hahaha
[gebruikersnaam 9] *foto*
[gebruikersnaam 9] *foto*
[gebruikersnaam 1] Die is echt donker of niett
[gebruikersnaam 9] Valt opzich mee maar je had em 20 min in de maag geooit was die wit tog?
[gebruikersnaam 1] Ja steeds paar min
[gebruikersnaam 9] Oke nou de maken we em tog wiy
[gebruikersnaam 9] Haha
[gebruikersnaam 9] Moet ik hem hier laten drogen of wat moet ik er aan doen
[gebruikersnaam 1] Ja laat hem maar drogen daar
[gebruikersnaam 9] Oke
[gebruikersnaam 9] Morge dan in de mag tot het droog is kan het morgen weg en wegen
[gebruikersnaam 1] Ja maat
[gebruikersnaam 9] Yo
[gebruikersnaam 9] Hebben we nog snelle
[gebruikersnaam 1] Nee gap. [29]
Op 8 april 2020 vond tussen ‘ [gebruikersnaam 9] ’ en ‘ [gebruikersnaam 7] ’ een gesprek plaats waarin foto’s werden verstuurd van vermoedelijk verdovende middelen op een weegschaal, dat ‘het nog nat is’ en ‘dat het in de mag moet’ en ‘wat ermee te doen nu het nog niet wit is’. Verder zegt ‘ [gebruikersnaam 7] ’ dat hij ‘net een afspraak met ouwe heeft gehad, zo een man heeft een plek en spullen. Of wij willen draaien, man gaat nu in elkaar zetten alles’. [30]
Verbalisanten beschrijven in het proces-verbaal dat gezien de uiterlijke kenmerken van de verdovende middelen zoals te zien op de verstuurde foto’s het om MDMA, methamfetamine of ketamine kan gaan en dat met ‘snelle’ vermoedelijk speed (amfetamine) wordt bedoeld.
De verdachte, [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] hebben ook afzonderlijk gesprekken gevoerd met andere Encrochat-gebruikers, zoals blijkt uit het navolgende.
Op 27 maart 2020 vond het volgende gesprek plaats tussen ‘ [gebruikersnaam 1] ’ en de gebruiker van het Encrochat-account ‘ [gebruikersnaam 10] ’:
[gebruikersnaam 10] Hey maatje
[gebruikersnaam 10] Hoeveel liter ketel heb je nodig voor daar klaaf
[gebruikersnaam 1] Maakt niet uit vanaf 50 is al goed
[gebruikersnaam 10] En moet er een destileer brug op zitten
[gebruikersnaam 1] Dat kan maar doe liever apart
(…)
[gebruikersnaam 10] OK maatje
[gebruikersnaam 1] Ze zijn die kk for gevolgt zo xijn ze bij ons hok gekomen
[gebruikersnaam 10] Wat??
[gebruikersnaam 10] Wat bedoel ie
[gebruikersnaam 10] Je
[gebruikersnaam 1] Dat b hok
[gebruikersnaam 10] Doe formamide
[gebruikersnaam 10] Weet je van wie je dat hebt
[gebruikersnaam 1] Via die gasten vsn zwijndrecht gekocht
[gebruikersnaam 1] Nee zag inval vandaag in uden. [31]
Op 29 maart 2020 vond het volgende gesprek plaats tussen ‘ [gebruikersnaam 1] ’ en ‘ [gebruikersnaam 10] ’:
[gebruikersnaam 10] Ik kan iets aan pakken maat
[gebruikersnaam 10] Hier zit wat in is inzeep zit coke in kan jij dat eruit krijgen heb ik werk weer
[gebruikersnaam 10] Hallo maatje alles goed ??
[gebruikersnaam 1] Hoeveel procent moet erin zitten gap
[gebruikersnaam 10] Ga FF vragen maatje
[gebruikersnaam 10] Gaat om 300 kg
[gebruikersnaam 1] Ok ff eerst proef doen
[gebruikersnaam 10] 300 kilo zit er in
[gebruikersnaam 10] In 1200 kilo
[gebruikersnaam 1] Ok gap kijken wat ze willen moeten we ook persen enz
[gebruikersnaam 10] Dat weet ik morgen dan zie ik ze en krijg ik vb
[gebruikersnaam 1] Ok maat kunnen binnen paar min weten hoeveel erin zit is een truukje voor
[gebruikersnaam 10] OK geen probleem je ziet me morgen avond FF kom ik het brengen. [32]
Op 30 maart 2020 vond het volgende gesprek plaats tussen ‘ [gebruikersnaam 1] ’ en ‘ [gebruikersnaam 10] ’:
[gebruikersnaam 10] OK ben met 30 m in bij je
[gebruikersnaam 10] Maat blijf je nog lang ben al bij jouw
[gebruikersnaam 10] En lukt het
[gebruikersnaam 1] Ligt wat poeder morgen kijken of het is wat het moet zijn gap
[gebruikersnaam 10] OK dus kwam wet wat poeder uit dat wel
[gebruikersnaam 1] Ja dat wel
[gebruikersnaam 10] Hoe langer je bleef koken hoe meer eruit kwam zag ik
[gebruikersnaam 10] Maar goed kijk maar als het wat is
[gebruikersnaam 1] Ja ff afkoelen morgen op de folie en duimen
[gebruikersnaam 10] Ja haha
[gebruikersnaam 10] Nou laten we hopen
[gebruikersnaam 1] Ja ik zit al met me vingers gekruist. [33]
Op 31 maart 2020 vond het volgende gesprek plaats tussen ‘ [gebruikersnaam 1] ’ en ‘ [gebruikersnaam 10] ’:
[gebruikersnaam 10] En had je nog wat uit die zeep kunnen halen was het wat?
[gebruikersnaam 10] Ik kan dit krijgen kan gelijk ice van maken kan een liter krijgen maar kijk eerst wat het is maat kan genoeg krijgen
[gebruikersnaam 10] Hallo maatje ??
[gebruikersnaam 10] En was er nog resultaat uit dat zeep ??
[gebruikersnaam 1] Ja kom daar net vsndaan is zo goed als droog dus dat kan morgen wel
[gebruikersnaam 1] En ik heb wat poeder uit die zeep gehaald gaat zo kijken wat die op de folie doet
[gebruikersnaam 10] Weet je zeker dat droog is helemaal want anders doe donderdag dan is zeker droog wat vindt jij
[gebruikersnaam 1] Als maar hard is maat
[gebruikersnaam 1] Ja donderdag zeker droog en hard
[gebruikersnaam 1] Meeste was al hard en droog. [34]
Verbalisanten beschrijven in het proces-verbaal dat ambtshalve bekend is dat verdovende middelen zoals cocaïne, indien gedroogd, op folie getest worden voor het bepalen van de werkzame stoffen en de zuiverheid.
Op 20 april 2020 vond het volgende gesprek plaats tussen de gebruiker van het Encrochat-account ‘ [gebruikersnaam 11] ’ en ‘ [gebruikersnaam 1] ’:
[gebruikersnaam 11] Hallo
[gebruikersnaam 1] Heey
[gebruikersnaam 11] Wij kunnen platen pakke om een hok te bouwe van 2,50 hoog
[gebruikersnaam 11] Is dat goed
[gebruikersnaam 1] Ja gap
[gebruikersnaam 11] Oke mooi. [35]
Op 23 april 2020 vond er weer een gesprek plaats tussen ‘ [gebruikersnaam 1] ’ en ‘ [gebruikersnaam 11] ’:
[gebruikersnaam 1] Ja zit op jou bericht te wachten
[gebruikersnaam 1] Kom ik wel later bij jullie aan
[gebruikersnaam 11] Ja dat maakt niet uit want we zijn stellingen aan het laden en lossen
[gebruikersnaam 11] Kunnen jullie naar eindhoven komen?
[gebruikersnaam 11] dan pikken we jullie daar op
[gebruikersnaam 1] Ok sta nu daar geef adres
[gebruikersnaam 11] Eindhoven ?
[gebruikersnaam 1] Nee veghel sta ik nu geef adress van rindhoven
[gebruikersnaam 11] Moment
[gebruikersnaam 11] [naam benzinepomp] eindhovrb
[gebruikersnaam 11] Beter jullie telefoons in de auto laten liggen ?
[gebruikersnaam 1] Ja
[gebruikersnaam 1] Ben er. [36]
Op 6 mei 2020 vond er een gesprek plaats tussen ‘ [gebruikersnaam 7] ’ en de gebruiker van het Encrochat-account ‘ [gebruikersnaam 12] ’:
[gebruikersnaam 12] Kunnen jykkie morgen komen kijken en allies noteren enz
[gebruikersnaam 7] ja morgen komen ik en me broer.
[gebruikersnaam 7] Hoelaat kan je?
[gebruikersnaam 12] Zal OK vragen
[gebruikersnaam 12] Weet he de hoogtes enz die er nodig zljn
[gebruikersnaam 12] Je
[gebruikersnaam 12] Vraag even aan [gebruikersnaam 2]
[gebruikersnaam 7] Ik ben daar morgen. Kijken we hoe en wat.
[gebruikersnaam 12] Ok
[gebruikersnaam 12] Hoekaat kan he in Eindhoven xikn maat
[gebruikersnaam 12] Zijn
[gebruikersnaam 12] Proffesor komt
[gebruikersnaam 12] Ik Ben er niet maat
[gebruikersnaam 12] Die helpt jukkie ook mee bouwen. [37]
Op 6 mei 2020 vond, later die dag, een gesprek plaats tussen ‘ [gebruikersnaam 9] ’ en ‘ [gebruikersnaam 7] ’:
[gebruikersnaam 9] Hoelaat morge
[gebruikersnaam 7] 9 uur rijden waarschijnlijk. Maar zo hoor je het zeker
[gebruikersnaam 9] Is goed
[gebruikersnaam 7] Bro
[gebruikersnaam 7] Half 9 rijden ja
[gebruikersnaam 9] Oke
[gebruikersnaam 9] Ik ga me wekker zeten voor de zekerheid. [38]
Op 7 mei 2020 vond een gesprek plaats tussen ‘ [gebruikersnaam 11] ’ en ‘ [gebruikersnaam 7] ’:
[gebruikersnaam 11] : Zijn jullie al in eindhoven?
[gebruikersnaam 7] : 10.04 ben ik er maat.
Op 16 mei 2020 vond een gesprek plaats tussen ‘ [gebruikersnaam 6] ’ en ‘ [gebruikersnaam 11] ’:
[gebruikersnaam 6] Zorg datvie spullen snel compleet zijn kunnem die boys gas geven
[gebruikersnaam 6] Kunnen we gas geven
[gebruikersnaam 11] Ja maandag platen betalen zei hij nog
[gebruikersnaam 11] En die pompen halen
[gebruikersnaam 11] Aankomende week
[gebruikersnaam 11] Tonnen reservereb
[gebruikersnaam 11] [gebruikersnaam 2] meet even een lijst maken wat er precies nodig is
[gebruikersnaam 6] Oke oke ja maat kijken wat [gebruikersnaam 4] zegt gaan we woensdag samen komen. [39]
Op 22 mei 2020 vond er weer een gesprek plaats tussen ‘ [gebruikersnaam 1] ’ en ‘ [gebruikersnaam 11] ’:
[gebruikersnaam 11] Hoeveel liter moeten die vriezers zijn
[gebruikersnaam 1] Gewoon die vsn 200 breed met een klep
[gebruikersnaam 11] Oke
[gebruikersnaam 11] 2 stuks ?
[gebruikersnaam 1] Yep. [40]
Op 3 juni 2020 vond een gesprek plaats tussen ‘ [gebruikersnaam 7] ’ en ‘ [gebruikersnaam 12] ’:
[gebruikersnaam 12] Koelceldeur wordt morgen opgehaald
[gebruikersnaam 7] Haha. Ja ik type hem eve netjes in klad
[gebruikersnaam 7] en stuur ik hem. Ben zo klaar.
[gebruikersnaam 7] Top. Goed bezig
[gebruikersnaam 12] Is goed man
[gebruikersnaam 12] De gaten man komt Dan ook
[gebruikersnaam 12] Deze heb ik in 1 dag gehaald dus graag ook de dag DAT jukkie willen werken erbij vermelden zoadat alles in 1x AF kan
[gebruikersnaam 12] Vergeet niet de spullen zoals boxen ,slangen enz mee op the sxhrijven
[gebruikersnaam 12] Die boort 3 gaten van 250mm door de stenen muur voor uitblaas
[gebruikersnaam 7] Hee maat. Was eve onderweg. Excuus voor late bericht. Ik stuur je nu de lijst door
- koelceldeur
-haspol
- repozaag (ijzerzaag.houtzaag)
- stanleymes
- kniptang
- kabel 100m. 2.5kwadraad
- stopcontacten (waterdicht)
* 11 dubbele
* 2 enkele
- 4 x stekkerkop+draad 5m. (kant en klaar)
- 2 x lasdoos
- lasdoppen
- fitting sc
[gebruikersnaam 7] Sommifle dingen stonder er al op.
[gebruikersnaam 12] OK maat
[gebruikersnaam 12] Aub took vast boxen slangen etc
[gebruikersnaam 7] Wat bedoel je
[gebruikersnaam 12] Voor afzuigers enz
[gebruikersnaam 12] DAT Je akkes in 1x kan afwerken toch
[gebruikersnaam 7] Staat erbij. Alles wat we nu nodig hebben. Zodat we het daar af kunnen maken. Wellicht misschien lets over het hoofd gezien. Maar dat zullen we daar merken. Als me iets te binnen schiet meld ik het geliik even. [41]
Op 4 juni 2020 vond het volgende gesprek plaats tussen ‘ [gebruikersnaam 7] ’ en ‘ [gebruikersnaam 11] ’:
[gebruikersnaam 7] Stroom moeten we daar naartoe binnen leggen. Vandaar kunnen we eventueel een hashpol gebruiken
[gebruikersnaam 11] Hoeveel van die slang heb je nodig voor afzuifling
[gebruikersnaam 11] doosje zit 10 meter
[gebruikersnaam 7] Die hoeft niet zo lang. Maken stopcontsct ernaast
[gebruikersnaam 11] Luchtslang voor naar de filters maat
[gebruikersnaam 11] Wanneer gaan jyllie weer werken maat
[gebruikersnaam 11] Oke, alles hebben we zover
[gebruikersnaam 7] Hebben jullie alles gebracht daar
[gebruikersnaam 11] Ja alleen koelceldeur niet
[gebruikersnaam 7] Wel gevonden of ook niet
[gebruikersnaam 11] Word gemaakt
[gebruikersnaam 7] Top
[gebruikersnaam 7] Wanneer klaar?
[gebruikersnaam 11] Als jullie klaar zijn want worr op maat gemaakt zodat er een palletwagen door kan. [42]
Voorts blijkt uit een gesprek tussen ‘ [gebruikersnaam 11] ’ en de gebruiker van het Encrochat-account ‘ [gebruikersnaam 13] ’ dat het adres van ‘ [gebruikersnaam 11] ’ [adres 3] betreft en dat dit perceel blijkens de kadastrale gegevens op naam staat van [naam 4] . [43]
Vervolgens heeft de politie voornoemd perceel onderzocht en bleek tegen de achtergevel aan de buitenkant van een garage twee vriezers met een inhoud van 200 liter te staan en een drietal stukken uitgezaagde muur met boorgaten van 150 millimeter. [44]
Op 7 juni 2020 stuurde ‘ [gebruikersnaam 12] ’ het volgende bericht naar onder andere ‘ [gebruikersnaam 9] ’:
Goedeavond mannen even even mijn mening, kan alles zsm warden afgebouwd en klaargemaakt voor de start.. Dit aan de bouwers bedoeld.. Al's DAT is gebeurd will ik graag even met Zn Alien samenkomen incl [naam 5] . Al's daar bezwaar is van iemand laat mij weten. [naam 5] moet vooralsnog jullie bij de locaties oohalen en afzetten. Hij most okk tot op zekere hoogte erbij betrokken warden on tijden en dingen AF the stemmen.. Het vokgende, ik zou graag on een compleet plaatje te krijgen van get geheel alles oosxhrijven om een strategie he maken en kostenplaatje van alles.. Locaties ong. Van wat waar the halen, wie zijn onze afnemers (geen exaxte namen maar pgp namen) ik will alles weten omdat ik Dan helder kan nadenken en nu niet! Dit is voor onze strategie,werkwijze en toekomst in de zin van na bewijze van 2 mnd draaien met een nieuwe locatie opzetten enz. [45]
Op 7 juni 2020 vond een gesprek plaats tussen ‘ [gebruikersnaam 1] ’ en de gebruiker van het Encrochat-account ‘ [gebruikersnaam 14] ’:
[gebruikersnaam 1] Ja maatje
[gebruikersnaam 1] B die niet gedestilleerd is kost rond de 300
[gebruikersnaam 14] Ok
[gebruikersnaam 14] Ben jij at bij [naam 6] geweest of zijn ze nog aan het verbouwen daar in de buurt?
[gebruikersnaam 14] Anders Run je misschien deze liter ook meenemen om te testen
[gebruikersnaam 14] Deze partij zorgt ook voor de kwik
[gebruikersnaam 1] Ja zijn we geweest die liter zit ook werk aan voor je hem kunnen doen
[gebruikersnaam 14] Weet je of het goed genoeg is?
[gebruikersnaam 1] Ja maar zit teveel residu in dus van de liter hou je in de top 800 ml
over dan is die b te duur
[gebruikersnaam 14] Ok, maar als we de prijs kunnen laten dalen kun je er dan wat mee?
[gebruikersnaam 1] Ja ken er altijd wat mee maarde prijs moet goed zijn is de
bedoeling dat wij er wijzer van warden toch ?
[gebruikersnaam 14] Ok dan heb ik wat om mee te werken. De trein begint te
bewegen gap...
[gebruikersnaam 1] ok gabber.
[gebruikersnaam 14] Wat mag kwik kosten? Wat kost het normaal?
[gebruikersnaam 1] Normaal 800 maar er zijn goedekoperen kanalen
[gebruikersnaam 14] En op dit moment, wat willen we ervoor geven?
[gebruikersnaam 1] Ik ben aan het kijken voor rond de 500. [46]
Verbalisanten beschrijven in het proces-verbaal dat ambtshalve is bekend dat met ‘B’ BMK als in Benzylmethylketon wordt bedoeld, hetgeen een grondstof is voor de productie van (meth)amfetamine en dat kwik of kwikchloride wordt gebruikt bij de productie van BMK.
Op 8 juni 2020 vond het volgende gesprek plaats tussen ‘ [gebruikersnaam 1] ’ en ‘ [gebruikersnaam 14] ’:
[gebruikersnaam 14] Hallo gap, ik heb nog een liter B binnen. Kan ik die aan [naam 7] meegeven zodat jullie ernaar kunnen kijken?
[gebruikersnaam 14] II had nog een vraag. Kun jij ook ice maken uit ephidrine ipv apaan? Schijnt dat ze dat in het buitenland liever hebben.
[gebruikersnaam 1] Ja kan ik ook
[gebruikersnaam 14] Ok Top
[gebruikersnaam 14] Wat zal ik met die liter dure B doen?
[gebruikersnaam 14] Zal ik die aan [naam 7] geven voor de zekerheid?
[gebruikersnaam 1] Ja doe maar gap [47]
Verbalisanten beschrijven in het proces-verbaal dat ambtshalve bekend is dat met ‘ice’ ook wel methamfetamine wordt bedoeld.
Op 9 juni 2020 vond het volgende gesprek plaats tussen ‘ [gebruikersnaam 1] ’ en ‘ [gebruikersnaam 14] ’:
[gebruikersnaam 14] Hallo gap, alles ok? Hoe ging het bij [naam 6] ? We zijn met een partij bezig voor de kwik. Zij krijgen drze week binnen. Moeten misschien ook gelijk wat B bij ze halen. Ik denk dat we al kunnen beginnen met plannen voorwerken zodra we zekerheid hebben voor die kwik. Locatie is rond. Zodra we alle kosten in kaart hebben gebracht en levertijden weten kunnen we gaan bestellen en inslaan.
[gebruikersnaam 1] Ja gap ik tekst je zo ff. [48]
Conclusie van de rechtbank ten aanzien van feit 1
Gelet op alle hiervoor genoemde bewijsmiddelen, in onderling verband en samenhang bezien en in het licht van de geschetste duiding van begrippen en context zoals door de verbalisanten gerelateerd, acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte zich bezig hield met diverse voorbereidingshandelingen ter vervaardiging van verdovende middelen in de zin van de Opiumwet. De rechtbank leidt uit de bewijsmiddelen af dat de verdachte berichten heeft uitgewisseld met diverse andere personen, zowel over chemische productieprocessen ten aanzien van de vervaardiging van verdovende middelen als over fysieke benodigdheden voor de productie van verdovende middelen. Uit de bewijsmiddelen leidt de rechtbank verder af dat sprake is van een bewuste en nauwe samenwerking, alsmede van een gezamenlijke uitvoering, tussen/door de verdachte en in ieder geval [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] . Zij hebben bepaalde werkwijzen onderling afgestemd, met elkaar gesproken over wat er met een voorraad verdovende middelen moest gebeuren en samen diverse grondstoffen en chemicaliën voorhanden gehad. De specialistische aard van de informatie die door de verdachte in de door hem verstuurde berichten is verstrekt, wijst erop dat de verdachte over knowhow beschikte met betrekking tot de hiervoor genoemde processen, althans dat hij om die reden door andere Encrochat-gebruikers werd aangezocht. Daarmee kan aan de verdachte een belangrijke rol worden toebedeeld, die zich onderscheidt van de meer uitvoerende aard van de betrokkenheid van [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] . Concluderend acht de rechtbank bewezen dat de verdachte zich in de ten laste gelegde periode schuldig heeft gemaakt aan dit feit met betrekking tot de pleegplaatsen Delft, Uden en Zeeland (gemeente Landerd). Van de overige in de tenlastelegging opgenomen pleegplaatsen zal de verdachte partieel worden vrijgesproken.
Feit 2 (criminele organisatie in de zin van de Opiumwet)
De verdachte wordt onder feit 2 verweten dat hij met [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] en/of andere onbekend gebleven personen heeft deelgenomen aan een criminele organisatie, welke organisatie tot doel had om verdovende middelen te vervaardigen, verwerken of te bereiden.
Onder een criminele organisatie als bedoeld in artikel 140 van het Wetboek van Strafrecht en/of artikel 11b van de Opiumwet wordt verstaan een samenwerkingsverband met een zekere duurzaamheid en structuur, tussen de desbetreffende verdachte en ten minste één ander persoon. Vast moet komen te staan dat de organisatie het plegen van misdrijven tot oogmerk heeft. Voor het bewijs van het oogmerk zal onder meer betekenis kunnen toekomen aan misdrijven die in het kader van de organisatie reeds zijn gepleegd, aan het meer duurzame of gestructureerde karakter van de samenwerking – zoals daarvan kan blijken uit de onderlinge verdeling van werkzaamheden of onderlinge afstemming van activiteiten van deelnemers binnen de organisatie met het oog op het bereiken van het gemeenschappelijke doel van de organisatie – en, meer algemeen, aan de planmatigheid of stelselmatigheid van de met het oog op dit doel verrichte activiteiten van deelnemers binnen de organisatie.
Van deelneming aan een criminele organisatie is sprake, indien de betrokkene behoort tot het samenwerkingsverband en een aandeel heeft in gedragingen die strekken tot of rechtstreeks verband houden met de verwezenlijking van het oogmerk, dan wel deze gedragingen ondersteunt. Een deelnemingshandeling kan bestaan uit het (mede)plegen van enig misdrijf, maar ook uit het verrichten van hand- en spandiensten, zolang van hiervoor bedoeld aandeel of ondersteuning kan worden gesproken. Voor deelneming is voldoende dat de betrokkene in zijn algemeenheid weet (in de zin van onvoorwaardelijk opzet) dat de organisatie het plegen van misdrijven tot oogmerk heeft. Enige vorm van opzet op de door de organisatie beoogde concrete misdrijven is niet vereist.
Conclusie van de rechtbank ten aanzien van feit 2
Uit de hiervoor reeds weergegeven chatgesprekken en telefoongegevens van de verdachte, [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] blijkt dat zij in de periode van 27 maart 2020 tot en met 8 juni 2020 veelvuldig contact met elkaar hebben gehad over allerlei zaken die direct of indirect te maken hebben met het productieproces en/of de vervaardiging van verdovende middelen. Daarnaast hebben de verdachte, [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] op wisselende basis contact gehad met andere Encrochat-gebruikers wiens identiteit tot op heden onbekend is gebleven over het productieproces van verdovende middelen. Dit betreft zowel het delen van kennis op het vlak van chemie en grondstoffen als het versturen van lijsten met fysieke benodigdheden van uiteenlopende goederen die nodig zijn voor een geslaagd productieproces. Het samenwerkingsverband tussen de drie verdachten blijkt daarnaast ook uit de inhoud van diverse berichten die betrekking hebben op gezamenlijke beschikkingsmacht, zoals de zinsneden ‘onze goederen’ en ‘ons lab’. De rechtbank acht het samenwerkingsverband tussen de verdachten duurzaam en gestructureerd van aard op grond van het feit dat zij elkaar gedurende enige tijd over verschillende onderwerpen informeerden, overlegden en afspraken maakten en zij diverse malen met verschillende andere personen een samenwerking zijn aangegaan ter verwezenlijking van gedragingen, in lijn met het oogmerk van de organisatie, te weten het vervaardigen van verdovende middelen. Voor alle verdachten geldt dat zij een direct aandeel hebben gehad in het vervaardigen van amfetamine en BMK, zodat het geen nader betoog behoeft dat zij bekend waren met het oogmerk van de organisatie. De rechtbank acht derhalve wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het onder 2 ten laste gelegde.
Feit 3 (medeplegen van vervaardigen verdovende middelen)
Op 4 februari 2020 werd door politie en justitie een inval gedaan in een loods op het perceel Veerweg 8 te Anna Paulowna in verband met mogelijke overtreding van de Opiumwet in die zin dat op voornoemde locatie verdovende middelen zouden worden geproduceerd. Op basis van het politieonderzoek ‘Nance’ is deze informatie aan het onderzoek ‘Spree’ toegevoegd. [49]
Bij dit onderzoek op voornoemd adres, waar zich een woning en een loods bevonden, werden op diverse plaatsen goederen en chemicaliën aangetroffen welke passen bij de productie van synthetische drugs. Zo was aan de loods een zeecontainer geplaatst en in gebruik voor omzetting van een preprecursor in BMK. In de loods bevond zich een roestvrijstalen ketel met koeler in reflux opstelling en in de woning bevond zich onder andere een reactieketel met roermotor en een destillatieopstelling voor ruwe amfetamine olie en daarnaast lagen in de kelder diverse vaten en lege jerrycans. Uit onderzoek aan de aangetroffen lege verpakkingen formamide bleek dat circa 1200 liter formamide was verbruikt, hetgeen een essentiële chemische grondstof is voor de productie van amfetamine. In totaal werd op voornoemd adres 747 liter amfetamine-olie aangetroffen. [50]
Uit onderzoek van het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) aan de aangetroffen materialen en chemicaliën bleek dat er grondstoffen ter vervaardiging van BMK, hetgeen een grondstof is voor (meth)amfetamine, en amfetamine werden aangetroffen. [51]
Op 27 maart 2020 had de verdachte met verschillende andere Encrochat-accounts (‘ [gebruikersnaam 10] ’, ’ [gebruikersnaam 15] ’ en ‘ [gebruikersnaam 16] ’) de volgende gesprekken:
[gebruikersnaam 1] Ze zijn die kk for gevolgt zo xijn ze bij ons hok gekomen
[gebruikersnaam 10] Wat??
[gebruikersnaam 10] Wat bedoel ie
[gebruikersnaam 10] Je
[gebruikersnaam 1] Dat b hok
[gebruikersnaam 10] Doe formamide
[gebruikersnaam 10] Weet je van wie je dat hebt
[gebruikersnaam 1] Via die gasten vsn zwijndrecht gekocht
[gebruikersnaam 10] pffff
[gebruikersnaam 1] Kkzooi
[gebruikersnaam 10] Meen je niet van die olie
[gebruikersnaam 10] Hoe weet je dar zo zeker
[gebruikersnaam 10] Hoe ben je er achter gekomen
[gebruikersnaam 10] Hebje papieren
[gebruikersnaam 10] Of heb je contact weet met die boer?
[gebruikersnaam 1] Nee zag invalvandaag in uden
[gebruikersnaam 10] In uden
[gebruikersnaam 10] Kont daar de for vandaan
[gebruikersnaam 1] Ja man. [52]
Verbalisanten beschrijven in het proces-verbaal dat gezien de context van het gesprek met ‘hok’ een drugslab wordt bedoeld, met ‘b hok’ een drugslab waar BMK wordt geproduceerd en ‘for’ staat voor formamide.
[gebruikersnaam 1] Hahaha ok dat hok vam mij is gepakt omdat
[gebruikersnaam 1] de formamide gevolgt is pfff
[gebruikersnaam 15] o da meen je nie
[gebruikersnaam 15] Stond er ales al
[gebruikersnaam 1] Nee dat laatste hok waar we a maakte
(..)
[gebruikersnaam 15] Hoe is da hok gepak dan als er niks meer is
[gebruikersnaam 1] Nee laatst toch dat we ons hok kwijt raakte weten nu hoe het kwam [53]
Verbalisanten beschrijven in het proces-verbaal dat gezien de context van het gesprek ‘het hok waar we a maakte’ een drugslab betreft voor de productie van amfetamine-olie.
[gebruikersnaam 1] Koop geen grondstoffen via zwijndrecht gap zo zijn ze bij ons hok gekomen volgde de for
[gebruikersnaam 16] o meen je nie
[gebruikersnaam 16] Welk hok die ene die toen gepakt is in noorde?
[gebruikersnaam 1] Ja maat
[gebruikersnaam 16] Kankert op
[gebruikersnaam 16] Heb wel paar keer for bij hem gehaald ja
[gebruikersnaam 1] Waarneer voor het laatst
[gebruikersnaam 1] Toch niet in uden
[gebruikersnaam 16] Jawel sws in uden ja
(...)
[gebruikersnaam 1] Gap ken je beter ff bij je hok weg blijven
[gebruikersnaam 16] Nee kankert op meen je dat nou maat
[gebruikersnaam 1] Daar is vandaag ook inval geweest
[gebruikersnaam 1] Kom je er beetje uit met tilburg
[gebruikersnaam 16] Tilburg?
[gebruikersnaam 1] Stip voor die aap
[gebruikersnaam 1] A
[gebruikersnaam 16] Oh is dat stip die gozer
[gebruikersnaam 1] Ja maat
[gebruikersnaam 16] Oooooooh ja weet ik dat
[gebruikersnaam 16] K wet tag nie wie ik op de mail heb
[gebruikersnaam 1] Ik zetten altijd gewoon 100 a neer daar hij verkoopt veel
[gebruikersnaam 16] Hij heb vandaag geloof ik 18 L gepakt ofzo. Zit nog steess te wachten op die 50, maar hij heb het er nog steeds over
[gebruikersnaam 16] dus zal wel komen dan..
[gebruikersnaam 1] Ja die komt wel en vergeet mij niet ik lig aan het gas zwaar
[gebruikersnaam 16] Maat weet zwijndrecht sie shit van die
[gebruikersnaam 16] for of?
[gebruikersnaam 16] Want ik word hierwel een beetje eng in me hoofd van zegmaar
[gebruikersnaam 1] Staat op crimesite heb gelijk getekst naar ze en zeggen Ja is van ons
[gebruikersnaam 1] Zat jaar in die boederij koop 1 keer daar boem inval
(…)
[gebruikersnaam 1] En we hadfen die tonnen eerst badhoevendorp gezet daar was eerst inval toen xijn ze naar boederij gegaan zagen ze zogenaamd 3 blauwe vaten binnen staam wat niet ken dat was rede omvde boederij in te gaam. Gewoon uitkijken ff gap
(…)
[gebruikersnaam 16] Maar maat hoe ken jij nou aan de grand zitten dan je heb 2 amg 's, een AP en huis voor 130 ruggen verbouwd.
[gebruikersnaam 1] Ja komen wel es dingen tussen bevoorbeeld als je net al je geld in spullen douwt en oom agent valt binnen(…). [54]
Verbalisanten beschrijven in het proces-verbaal dat gezien de context van het gesprek de verdachte vermoedelijk spreekt over een door de politie opgerold drugslaboratorium in het noorden van Nederland omdat er tonnen met formamide zijn gevolgd.
Zoals eerder genoemd is onderzoek verricht naar telefoongegevens van de verdachte, waaronder de PGP-telefoon met IMEI-nummer: [IMEI-nr 1] , in de periode van 27 januari 2020 tot en met 3 juni 2020. Uit de analyse bleek dat de telefoon in de periode van 29 januari 2020 tot en met 1 februari 2020 verplaatste van het huisadres van de verdachte te [adres verdachte] in de richting van het noorden van Nederland, specifiek naar het noordelijke gedeelte van de provincie Noord-Holland, in de buurt van Anna Paulowna. [55] Vervolgens zijn deze verkeersgegevens over dezelfde periode vergeleken met de verkeersgegevens van de telefoon met het nummer: [tel.nr 1] , waarvan eerder was vastgesteld dat dit nummer op naam van de verdachte stond en bij hem in gebruik was. Ook deze telefoon verplaatste zich van het huisadres van de verdachte naar het noordelijke deel van de provincie Noord-Holland. [56]
Conclusie van de rechtbank ten aanzien van feit 3
De rechtbank leidt uit voornoemde bewijsmiddelen, in onderling verband en samenhang bezien, af dat de verdachte zich in de ten laste gelegde periode schuldig heeft gemaakt aan het vervaardigen van amfetamine-olie op het perceel te Anna Paulowna, welk laboratorium door een politie-inval werd ontmanteld. De rechtbank merkt daarbij op dat uit diverse door de verdachte verstuurde berichten blijkt dat hij zich tezamen met een ander of anderen gedurende de periode van een jaar op voornoemde locatie heeft bezig gehouden met de productie van amfetamine en/of het vervaardigen van amfetamine-olie.
(Onder parketnummer 09/765042-20)
Op 18 augustus 2020 heeft een doorzoeking plaatsgevonden op het adres [adres 4] , de woning van [naam 8] . In de schuur van de woning werd een kluis aangetroffen, waarin onder andere € 2.600,00 aan contanten werden aangetroffen, een envelop met nota’s en verzekeringspapieren. [57]
[naam 8] heeft hierover een verklaring afgelegd en onder meer het volgende verklaard. Hij had vijf auto’s op zijn naam staan, waaronder twee van het merk Mercedes-Benz. Zijn buurman, de verdachte, maakte vooral gebruik van deze auto’s. De verzekering van deze auto’s van € 300,00 per maand betaalde [naam 8] van zijn bankrekening en dit geld kreeg hij contant terug van de verdachte. De kluis in de schuur van de woning van [naam 8] is ook van de verdachte en de partner van de verdachte, zij hebben ook de sleutel van de kluis. De inhoud van de kluis is van de verdachte. [58]
Op grond van de verklaring van [naam 8] heeft er onderzoek plaatsgevonden in het kader van witwassen, hetgeen is gerelateerd in een proces-verbaal van witwasonderzoek. Op basis van de informatie uit onderzoek ‘ [onderzoeksnaam 1] ’ bleek dat de verdachte diverse malen was gecontroleerd als bestuurder van een Mercedes-Benz AMG met [kenteken] . Uit informatie van de RDW bleek deze auto op naam te staan van [naam 8] . Voorts bleek uit informatie van het CJIB dat sinds december 2019 15 snelheidsovertredingen begaan met dit voertuig, waren betaald vanaf de rekening van [naam 8] , terwijl uit 10 mutaties over dit voertuig volgde dat [naam 8] niet één keer als bestuurder van dit voertuig was gesignaleerd. [59]
In de eerder genoemde kluis werd een envelop met diverse documenten aangetroffen. In de kluis bevond zich een factuur van 26 november 2018 aan [naam 9] , de partner van de verdachte, voor een geleverde keuken op het woonadres van de verdachte voor een totaalbedrag van € 12.181,93, waarvan € 2.181,93 in contanten is aanbetaald en het resterende bedrag van € 10.340,00 op 29 november 2018 bij de servicebalie in contanten was betaald. [60]
Ook werden twee aankoopbevestigingen aangetroffen op naam van [naam 9] van 27 november 2018 voor de aankoop van diverse meubels bij [naam meubelbedrijf] en 21 december 2018 voor € 7.169,20 en € 1.098,00, af te leveren op het woonadres van de verdachte. Uit onderzoek van de politie bleek dat beide facturen in zijn geheel contant waren betaald. [61]
Verder werden nota’s aangetroffen van autobedrijf [naam autobedrijf] en [naam bedrijf] waaruit bleek dat [naam 8] op 17 september 2018 een Volkswagen Passat met [kenteken] voor een bedrag van € 14.840,00 contant had aangeschaft en op zijn naam had gezet tot 19 november 2019, in welke periode de verdachte tweemaal is waargenomen door de politie als gebruiker van dit voertuig. Op 19 november 2019 is de Volkswagen Passat ingeruild bij de aanschaf van een Mercedes-Benz type S63 AMG met [kenteken] , die ook op naam van [naam 8] werd gezet per 19 november 2019. Hierbij werd naast de inruil ook nog € 10.000,00 in contanten bijbetaald. [62] Uit de verzekeringspapieren bleek verder dat vanaf 28 november 2019 een Mercedes-Benz type A200 met [kenteken] op naam van [naam 8] heeft gestaan en dat hij de verzekering voor die auto heeft betaald vanaf zijn bankrekening. [63] Deze auto stond op naam van [naam 10] , de oma van de partner van de verdachte. [naam 10] verklaarde dat zij de auto voor € 3.000,00 aan de buurman van haar kleindochter heeft verkocht, opdat haar kleindochter in de auto kon rijden. [64] Uit politieregistraties bleek vervolgens dat enkel de verdachte en/of de partner van de verdachte zijn waargenomen als bestuurders van de Mercedes-Benz type A200 met [kenteken] .
Door politie en justitie werd onderzoek verricht naar de bankrekeningen van de verdachte bij de [bank 1] en de [bank 2] in de periode van 1 januari 2018 tot en met 8 mei 2020. Met betrekking tot beide bankrekeningen bleek dat het saldo op de bankrekeningen enkel voortkwam uit contante stortingen. Ten aanzien van de [bank 1] -bankrekening bleek dat in voornoemde periode contante stortingen waren gedaan van in totaal € 52.898,45 en ten aanzien van de [bank 2] -bankrekening van € 11.600,00 en dat van beide bankrekeningen girale betalingen waren gedaan ten behoeve van geleverde diensten, vaste lasten, verzekeringen en overige huishoudelijke betalingen. [65]
De verdachte heeft ter terechtzitting verklaard dat hij tweedehands auto’s verhandelde en op die manier aan contant geld was gekomen, hetgeen hij op zijn bankrekeningen heeft gestort. De verdachte kon hier echter geen administratie van overleggen.
Ten aanzien van het ten laste gelegde witwassen op grond van artikel 420bis lid 1 sub b van het Wetboek van Strafrecht (Sr) zal moeten worden vastgesteld of de aangedragen feiten en omstandigheden van dien aard zijn dat zonder meer sprake is van een vermoeden van witwassen. Voor het bewijs van witwassen kan gebruik worden gemaakt van zogeheten witwastypologiëen. Het gaat hierbij om min of meer objectieve kenmerken, die naar de ervaring leert, duiden op het witwassen van opbrengsten van misdrijven. Aan deze kenmerken kan een vermoeden van witwassen worden ontleend.
Indien sprake is van een vermoeden van witwassen, mag van de verdachte worden verlangd dat hij een verklaring geeft voor de herkomst van het geld en/of de goederen. Een dergelijke verklaring dient concreet, min of meer verifieerbaar en niet op voorhand hoogst onwaarschijnlijk te zijn. Het ligt vervolgens op de weg van het openbaar ministerie om nader onderzoek te doen naar de uit de verklaring van de verdachte blijkende alternatieve herkomst van het geld en/of de goederen, indien de door de verdachte gegeven verklaring daar voldoende aanleiding voor geeft.
De rechtbank is van oordeel dat uit voornoemde feiten en omstandigheden een vermoeden van witwassen kan worden afgeleid. Dit vermoeden van witwassen blijkt – kort gezegd – uit het feit dat (over de onderzochte periode) geen legaal inkomen van de verdachte bekend is, de verdachte grote hoeveelheden contant geld voor handen heeft gehad en op zijn bankrekeningen heeft gestort (zonder aangetoonde noodzaak daartoe op grond van enig bedrijf of beroep), de verdachte gebruik heeft gemaakt van luxe auto’s en het feit dat de verdachte transacties voornamelijk contant heeft betaald. Op grond hiervan en op basis van het uitblijven van een door de verdachte gegeven concrete verifieerbare verklaring voor de legale herkomst van de geldbedragen (anders dan de enkele verklaring dat hij in de autohandel zou zitten), acht de rechtbank bewezen dat het niet anders kan zijn dan dat de verdachte geldbedragen en voorwerpen voorhanden heeft gehad die afkomstig zijn uit enig misdrijf.
De rechtbank overweegt dat op grond van de beschikbare bewijsmiddelen geen rechtstreeks verband kan worden gelegd tussen de geldbedragen en een of meer bepaalde misdrijven. Dat de geldbedragen uit enig misdrijf afkomstig zijn, kan niettemin bewezen worden geacht indien het op grond van de vastgestelde feiten en omstandigheden niet anders kan zijn dan dat de geldbedragen uit enig misdrijf afkomstig zijn.
Ten aanzien van de in de tenlastelegging opgenomen geldbedragen en/of voorwerpen moet voorts worden vastgesteld of de verdachte deze heeft verworven, voorhanden heeft gehad, overgedragen, omgezet en/of daarvan gebruik heeft gemaakt om tot een bewezenverklaring te kunnen komen van witwassen op grond van artikel 420bis lid 1 sub b Sr.
Op grond van voornoemde bewijsmiddelen, in onderling verband en samenhang bezien, is de rechtbank van oordeel dat de verdachte de Volkswagen Passat met [kenteken] , de Mercedes-Benz type S63AMG met [kenteken] en de Mercedes-Benz type A200 met [kenteken] voor handen heeft gehad en daarvan gebruik heeft gemaakt. Het feit dat de voertuigen op naam stonden van [naam 8] , maakt dit niet anders.
Ten aanzien van de keuken en de diverse meubels is de rechtbank van oordeel dat de verdachte deze heeft omgezet uit geldbedragen die afkomstig waren uit enig misdrijf. De rechtbank betrekt daarbij in het bijzonder dat de keuken en meubels contant zijn afgerekend, zonder dat de verdachte een verifieerbare verklaring heeft gegeven over hoe hij aan de contante geldbedragen voor de aanschaf van de keuken en meubels is gekomen. De rechtbank gaat daarbij voorbij aan het feit dat de facturen op naam stonden van de partner van de verdachte en acht bewezen dat de verdachte gebruik heeft gemaakt van voornoemde goederen, nu deze op zijn woonadres zijn geleverd.
Ten aanzien van de contante stortingen op de bankrekeningen van de verdachte van de [bank 1] en [bank 2] , alsmede de contante betaling voor verzekeringsgeld van de verdachte aan [naam 8] , is de rechtbank van oordeel dat de verdachte deze bedragen voorhanden heeft gehad en heeft omgezet, terwijl deze geldbedragen afkomstig waren uit enig misdrijf. Met betrekking tot de betaling van verzekeringsgeld acht de rechtbank bewezen dat de verdachte in de ten laste gelegde periode maandelijks € 300,00 aan [naam 8] betaalde ter verzekering van de door de verdachte gebruikte Mercedes-Benz. Met betrekking tot de contante stortingen op de bankrekeningen van de verdachte acht de rechtbank bewezen dat de verdachte deze geldbedragen voorhanden heeft gehad en vervolgens heeft omgezet, door van deze contante stortingen diverse betalingen te voldoen voor vaste lasten en geleverde diensten.
De rechtbank acht niet bewezen dat de verdachte een contant geldbedrag van € 2.600,00 zoals aangetroffen in de kluis in de schuur bij de woning van [naam 8] heeft witgewassen. Niet is gebleken dat de verdachte met dit geldbedrag meer heeft gedaan dan dit te
verhullen, hetgeen - anders dan de handelingen
verwerven, voorhanden hebben, overgedragen, omzettenen
gebruik maken van- niet ten laste is gelegd. De verdachte zal hiervan dan ook partieel worden vrijgesproken.
3.5
De bewezenverklaring
De rechtbank verklaart ten aanzien van de verdachte bewezen dat:
Onder parketnummer 09/767127-20
1.
hij in de periode van 31 augustus 2019 tot en met 18 augustus 2020 te Delft, Zeeland (gemeente Landerd), Uden, tezamen en in vereniging met anderen, om een feit, bedoeld in het vierde lid van artikel 10 van de Opiumwet, te weten het telkens opzettelijk bereiden en/of bewerken en/of verwerken en/of vervaardigen van één of meerdere hoeveelheden (van een materiaal bevattende) cocaïne en/of amfetamine en/of (van een materiaal bevattende) methamfetamine, zijnde cocaïne en amfetamine en methamfetamine middelen vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I, in elk geval één of meer hoeveelheden van een materiaal bevattende een middel(en) als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I,
voor te bereiden en/of te bevorderen (telkens)
zich en/of één of meer anderen gelegenheid, middelen en/of inlichtingen tot het plegen van dat/die feit(en) heeft/hebben getracht te verschaffen en/of
- door met een of meerdere personen bekend als gebruiker(s) van Encrochat-account(s) [gebruikersnaam 11] en/of [gebruikersnaam 12] en/of [gebruikersnaam 6] en/of [gebruikersnaam 9] en/of [gebruikersnaam 7] berichten uit te wisselen en/of afspraken te maken over het inrichten van een productielocatie voor amfetamine en/of andere middelen als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I;
- door met een persoon bekend als de gebruiker van Encrochat-accounts [gebruikersnaam 14] en [gebruikersnaam 17] berichten uit te wisselen en/of afspraken te maken over het produceren van methamfetamine en/of het verkrijgen van grondstoffen daarvoor en/of bijstand door verdachte bij vervaardigen van methamfetamine en/of grondstoffen voor methamfetamine;
- door met een persoon bekend als gebruiker van Encrochat-account [gebruikersnaam 10] berichten uit te wisselen en/of een afspraak te maken over het scheiden van cocaïne uit zeep;
voorwerpen en/of stoffen voorhanden hebben gehad, waarvan hij, verdachte en/of zijn mededaders wisten dat zij bestemd waren tot het plegen van die delicten, immers, hebben verdachte en/of zijn mededaders voorhanden gehad:
- ( delen van) een productieruimte en/of laboratorium/productie-opstelling voor de vervaardiging/productie van amfetamine en/of methamfetamine, althans een of meer middel(en) genoemd op lijst I van de Opiumwet en/of
- ( delen van) een productieruimte en/of laboratorium/productie-opstelling voor de vervaardiging/productie van benzylmethylketon (BMK) en/of de omzetting van APAAN in benzylmethyketon (BMK) en/of
- ( delen van) een productieruimte en/of laboratorium/productie-opstelling voor de vervaardiging/productie van kwik en/of de omzetting van benzylmethyketon (BMK) in kwik, en/of
- diverse hoeveelheden grondstoffen en/of chemicaliën;
2.
hij in de periode van 31 augustus 2019 tot en met 8 juni 2020 te 's-Gravenhage, Delft, Zeeland (gemeente Landerd) heeft deelgenomen aan een organisatie, bestaande uit een samenwerkingsverband van natuurlijke personen, te weten onder andere [medeverdachte 2] (geboortedatum [geboortedag] 1994 ) en [medeverdachte 1] (geboortedatum [geboortedag] 1991) en/of met één of meer andere onbekend gebleven personen, welke organisatie tot oogmerk had het plegen van misdrijven, namelijk het bereiden, bewerken, verwerken, en/of vervaardigen van amfetamine, methamfetamine, BMK, althans van (een) middel(en) en/of een hoeveelheid materiaal bevattende (een) middel(en) als bedoeld op lijst I van de Opiumwet;
3.
hij in de periode van 31 augustus 2019 tot en met 4 februari 2020 te Anna Paulowna, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, opzettelijk amfetamineolie heeft vervaardigd, althans een materiaal bevattende amfetamine, zijnde amfetamine een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I, in elk geval één of meer hoeveelheden van een materiaal bevattende een middel(en) als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I;
Onder parketnummer 09/765042-20:
hij in de periode van 1 januari 2018 tot en met 18 augustus 2020 te 's-Gravenhage, tezamen en in vereniging met anderen,
meerdere geldbedragen en/of meerdere voorwerpen, te weten:
- een Volkswagen (type Passat, [kenteken] ),
- een Mercedes-Benz (type S63 AMG , [kenteken] ),
- een Mercedes-Benz (type A200, [kenteken] ),
- diverse meubels, (orderdata 27 november 2018 en 21 december 2018, p. 66
t/m 70 witwasdossier),
- een keuken,
- 6.900 euro (contante betaling van verzekeringsgeld),
- 52.898,45 euro (contante stortingen op [bank 1] bankrekening van verdachte),
- 11.600 euro (contante stortingen op [bank 2] bankrekening van
verdachte),
voorhanden heeft gehad, overgedragen, omgezet en/of daarvan
gebruik heeft gemaakt, terwijl hij wist dat deze geldbedragen en/of voorwerpen, onmiddellijk of middellijk, afkomstig waren uit enig misdrijf.
Voor zover in de tenlastelegging type- en taalfouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Blijkens het verhandelde ter terechtzitting is de verdachte daardoor niet in de verdediging geschaad.

4.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde is volgens de wet strafbaar omdat er geen feiten of omstandigheden aannemelijk zijn geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten.

5.De strafbaarheid van de verdachte

De verdachte is eveneens strafbaar omdat er geen feiten of omstandigheden aannemelijk zijn geworden die zijn strafbaarheid uitsluiten.

6.De strafoplegging

6.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat de verdachte veroordeeld wordt tot een gevangenisstraf voor de duur van 9 jaren, met aftrek van de tijd die de verdachte in voorarrest heeft doorgebracht, alsmede tot betaling van een geldboete van € 100.000, subsidiair 365 dagen hechtenis.
6.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft (subsidiair) verzocht om, gelet op het hiervoor genoemde verweer ten aanzien van de Encrochat-berichten, een op te leggen straf aanzienlijk te matigen.
6.3
Het oordeel van de rechtbank
Na te melden straf is in overeenstemming met de ernst van de gepleegde feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en gegrond op de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, zoals daarvan tijdens het onderzoek ter terechtzitting is gebleken. De rechtbank neemt hierbij in het bijzonder het volgende in aanmerking.
Ernst van de feiten
De verdachte heeft zich samen met anderen schuldig gemaakt aan een viertal strafbare feiten. Hij heeft diverse voorbereidings- en bevorderingshandelingen ten aanzien van verdovende middelen gepleegd, verdovende middelen vervaardigd, als lid van een criminele organisatie een essentiële rol gespeeld in het opzetten van een drugslaboratorium en zich schuldig gemaakt aan witwassen. Uit de ontmanteling van het drugslaboratorium bleek dat het ging om een professioneel opgezet laboratorium voor het op zeer grote schaal produceren van verdovende middelen, hetgeen ook bleek uit de ruim 700 liter aangetroffen amfetamine-olie. De verdachte heeft als een sleutelfiguur gefunctioneerd in het criminele circuit dat is gericht op het vervaardigen en produceren van synthetische drugs. Hij werd aangezocht vanwege zijn kennis en kunde en heeft op die manier substantieel bijgedragen aan de instandhouding van dat circuit. Het is algemeen bekend dat deze middelen zeer schadelijk zijn voor de volksgezondheid. De verdachte heeft zich enkel laten leiden door zijn persoonlijk gewin, aangezien hij met de opbrengst van de productie van verdovende middelen aanzienlijke bedragen heeft kunnen verdienen, die hij vervolgens uit het zicht van de overheid heeft willen houden en op verschillende manieren en via schijnconstructies met zijn buurman zijn opbrengsten heeft witgewassen.
Strafblad
De rechtbank heeft rekening gehouden met het strafblad van de verdachte van 29 januari 2021. In het nadeel van de verdachte weegt de rechtbank mee dat hij eerder is veroordeeld voor Opiumwetdelicten, hetgeen hem er kennelijk niet van heeft weerhouden zich opnieuw in te laten met dergelijke feiten. De rechtbank heeft verder in de persoon van de verdachte geen omstandigheden aangetroffen die strafverzwarend of strafmatigend zouden moeten meewegen.
Strafmodaliteit en strafmaat
Gelet op de ernst van de feiten en rekening houdend met straffen die in soortgelijke zaken doorgaans worden opgelegd is de rechtbank van oordeel dat een forse onvoorwaardelijke gevangenisstraf passend en geboden is. Bij het bepalen van de hoogte van de straf stelt de rechtbank vast dat sprake is van meerdaadse samenloop nu meerdere feiten bewezen zijn verklaard. Verder houdt de rechtbank rekening met het strafblad van de verdachte als strafverzwarende omstandigheid. De rechtbank zal een lagere gevangenisstraf opleggen dan zoals door de officier van justitie is geëist, nu de officier van justitie bij het bepalen van zijn eis rekening heeft gehouden met neveneffecten van het vervaardigen van synthetische drugs, zoals bijvoorbeeld milieuschade van het dumpen van drugsafval in de natuur, terwijl in de onderhavige zaak hiervan geen sprake is geweest. Gelet op de verwerping van het verweer van de verdediging ten aanzien van de Encrochat-berichten, kan dit geen (aanzienlijke) matiging van de straf tot gevolg hebben. Voor de oplegging van een geldboete naast de hierna te bepalen gevangenisstraf, ziet de rechtbank geen aanleiding. De rechtbank is in zijn algemeenheid van oordeel dat de enkele omstandigheid dat een verdachte een luxe levensstijl zou hebben geleid op zichzelf geen aanleiding mag vormen voor een (aanvullende straf) in de vorm van een (hoge) geldboete. Wel kan een luxe levensstijl aanleiding vormen voor het toepassen van herstelrecht in de vorm van een ontnemingsvordering, mits dat in een bepaalde zaak mogelijk is.
Al met al is de rechtbank van oordeel dat een gevangenisstraf voor de duur van zeven jaren passend en geboden is.

7.De inbeslaggenomen goederen

7.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd alle in beslag genomen goederen (auto’s, autosleutels, cryptotelefoons en € 2.600,00) verbeurd te verklaren.
7.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft verzocht, in lijn met de bepleite vrijspraak van de ten laste gelegde feiten, alle in beslag genomen goederen terug te geven aan de rechtmatige eigenaar.
7.3
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank zal beslissen tot teruggave van het in beslag genomen geldbedrag van
€ 2.600,00, nu de verdachte partieel zal worden vrijgesproken van witwassen ten aanzien van dit geldbedrag. Ten aanzien van de overige in beslag genomen goederen stelt de rechtbank vast dat deze goederen in aanmerking komen voor verbeurdverklaring, nu deze aan de verdachte toebehoren en dit voorwerpen betreffen met betrekking tot welke de strafbare feiten zijn begaan. De rechtbank zal dan ook beslissen tot verbeurdverklaring van de in beslag genomen goederen, zoals vermeld op de bij dit vonnis gevoegde beslaglijst onder de nummers 2 tot en met 6.

8.De toepasselijke wetsartikelen

De op te leggen straf is gegrond op de artikelen:
- 33, 33 a, 47 en 57 van het Wetboek van Strafrecht;
- 2, 10 en 11 van de Opiumwet en de daarbij behorende lijst I.
Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij ten tijde van het bewezen verklaarde rechtens golden dan wel ten tijde van deze uitspraak rechtens gelden.

9.De beslissing

De rechtbank:
verklaart wettig en overtuigend bewezen, dat de verdachte de onder parketnummers 09/767127-20 en 09/765042-20 ten laste gelegde feiten heeft begaan, zoals hierboven onder 3.5 bewezen is verklaard en dat het bewezenverklaarde uitmaakt:
onder parketnummer 09/767127-20
ten aanzien van feit 1:
om een feit, bedoeld in het vierde lid van artikel 10 van de Opiumwet, voor te bereiden of te bevorderen, voorwerpen en stoffen voorhanden hebben, waarvan hij weet of ernstige reden heeft om te vermoeden dat zij bestemd zijn tot het plegen van dat feit, in vereniging gepleegd;
ten aanzien van feit 2:
deelneming aan een organisatie die tot oogmerk heeft het plegen van een misdrijf als bedoeld in artikel 10, vierde lid, van de Opiumwet;
ten aanzien van feit 3:
medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder D van de Opiumwet gegeven verbod;
onder parketnummer 09/765042-20
witwassen, meermalen gepleegd;
verklaart het bewezen verklaarde en de verdachte daarvoor strafbaar;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij;
veroordeelt de verdachte tot:
een gevangenisstraf voor de duur van
7 (zeven) jaren;
bepaalt dat de tijd door de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de hem opgelegde gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht;
de inbeslaggenomen goederen
beveelt teruggave van het in beslag genomen goed aan de rechthebbende eigenaar, zoals vermeld op de beslaglijst onder nummer 1;
beveelt de verbeurdverklaring van de in beslag genomen goederen, zoals vermeld op de beslaglijst onder de nummers 2 tot en met 6.
Dit vonnis is gewezen door
mr. E.J. van As, voorzitter,
mr. A.P. Sno, rechter,
mr. C.S. Avendaño Canto, rechter,
in tegenwoordigheid van mr. L.C. Siebrand, griffier,
en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank van 11 maart 2021.
Bijlage I
Tekst tenlastelegging
parketnummer 09/767127-20
1.
hij op één of meerdere tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 31
augustus 2019 tot en met 18 augustus 2020 te 's-Gravenhage, Delft, Monster,
Zeeland (gemeente Landerd), Uden en/of gemeente Huizen, althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met anderen, althans alleen, om een feit, bedoeld in
het vierde lid van artikel 10 van de Opiumwet, te weten het (telkens)
opzettelijk bereiden en/of bewerken en/of verwerken en/of verkopen en/of
vervaardigen van één of meerdere hoeveelhe(i)d(en) (van een materiaal
bevattende) cocaine en/of amfetamine en/of (van een materiaal bevattende)
metamfetamine, zijnde cocaïne en amfetamine en metamfetamine middelen vermeld
op de bij de Opiumwet behorende lijst I, in elk geval één of meer
hoeveelhe(i)d(en) van een materiaal bevattende een middel(en) als bedoeld in
de bij de Opiumwet behorende lijst I,
voor te bereiden en/of te bevorderen (telkens)
zich en/of één of meer anderen gelegenheid, middelen en/of inlichtingen tot
het plegen van dat/die feit(en) heeft/hebben getracht te verschaffen en/of
- door met een of meerdere personen bekend als gebruiker(s) van
Encrochat-account(s) [gebruikersnaam 11] en/of [gebruikersnaam 12] en/of [gebruikersnaam 6] en/of
[gebruikersnaam 9] en/of [gebruikersnaam 7] berichten uit te wisselen en/of afspraken te maken
over het inrichten van een productielocatie voor amfetamine en/of andere
middelen als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I;
- door met een of meerdere personen bekend als de gebruiker(s) van
Encrochat-account(s) [gebruikersnaam 14] en/of [gebruikersnaam 17] berichten uit te wisselen
en/of afspraken te maken over het produceren van methamfetamine en/of het
verkrijgen van grondstoffen daarvoor en/of bijstand door verdachte bij
vervaardigen van methamfetamine en/of grondstoffen voor methamfetamine;
- door met een persoon bekend als gebruiker van Ecrochat-account [gebruikersnaam 10]
berichten uit te wisselen en/of een afspraak te maken over het scheiden van
cocaïne uit zeep;
voorwerpen en/of vervoermiddelen en/of stoffen en/of gelden en/of andere
betaalmiddelen voorhanden heeft/hebben gehad, waarvan hij, verdachte en/of
zijn mededader(s) wist(en) en/of ernstige redenen had(den) om te vermoeden dat
zij bestemd was/waren tot het plegen van het/die delict(en), immers,
heeft/hebben hij verdachte en/of zijn mededader(s) voorhanden gehad:
- ( delen van) een productieruimte en/of laboratorium/productie-opstelling voor
de vervaardiging/productie van amfetamine en/of metamfetamine, althans een of
meer middel(en) genoemd op lijst I van de Opiumwet en/of
- ( delen van) een productieruimte en/of laboratorium/productie-opstelling voor
de vervaardiging/productie van benzylmethylketon (BMK) en/of de omzetting van
APAAN in benzylmethyketon (BMK) en/of
- ( delen van) een productieruimte en/of laboratorium/productie-opstelling voor
de vervaardiging/productie van kwik en/of de omzetting van benzylmethyketon
(BMK) in kwik, en/of
- diverse hoeveelheden grondstoffen en/of chemicaliën (Benzyl-Methylketon
(BMK), kwik, amfetamine-olie, APAAN, for (formamide of fosforzuur), methanol,
aceton, zwavelzuur, tartaric soda/wijnsteenzuur, PTO (platina oxide), tolueen,
Ketaminhydrochlorid, zoutzuur en/of monomotiel);
2.
hij in of omstreeks de periode van 31 augustus 2019 tot en met 18 augustus
2020 te 's-Gravenhage, Delft, Monster, Zeeland (gemeente Landerd), Uden en/of
gemeente Huizen, althans in Nederland, heeft deelgenomen aan een organisatie,
bestaande uit een samenwerkingsverband van natuurlijke personen, te weten
onder andere [medeverdachte 2] (geboortedatum [geboortedag] 1994 ) en/of [medeverdachte 1]
(geboortedatum [geboortedag] 1991) en/of met één of meer ander(en)
onbekend gebleven perso(o)n(en), welke organisatie tot oogmerk had het plegen
van misdrijven, namelijk het bereiden, bewerken, verwerken, verkopen,
afleveren, verstrekken, vervoeren en/of vervaardigen van amfetamine,
metamfetamine, BMK en/of kwik, althans van (een) middel(en) en/of een
hoeveelheid materiaal bevattende (een) middel(en) als bedoeld op lijst I van
de Opiumwet;
3.
hij in of omstreeks de periode van 31 augustus 2019 tot en met 4 februari 2020
te Anna Paulowna, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of
meer anderen, althans alleen, opzettelijk amfetamineolie heeft vervaardigd,
althans een materiaal bevattende amfetamine, zijnde amfetamine een middel
vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I, in elk geval één of meer
hoeveelheden van een materiaal bevattende een middel(en) als bedoeld in de bij
de Opiumwet behorende lijst I;
parketnummer 09/765042-20
hij in of omstreeks de periode van 1 januari 2018 tot en met 18 augustus 2020
te 's-Gravenhage, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met anderen,
althans alleen,
een of meerdere geldbedragen en/of een of meerdere voorwerpen, te weten:
- een Volkswagen (type Passat, [kenteken] ),
- een Mercedes-Benz (type S63 AMG , [kenteken] ),
- een Mercedes-Benz (type A200, [kenteken] ),
- diverse meubels, (orderdata 27 november 2018 en 21 december 2018, p. 66
t/m 70 witwasdossier)
- een keuken,
- 6.900 euro (contante betaling van verzekeringsgeld)
- 2.600 euro (contant aangetroffen in een kluis op 18 augustus 2020)
- 52.900 euro (contante stortingen op [bank 1] bankrekening van verdachte)
- 11.600 euro (contante stortingen op [bank 2] bankrekening van
verdachte),
heeft verworven, voorhanden heeft gehad, overgedragen, omgezet en/of daarvan
gebruik heeft gemaakt, terwijl hij wist dan wel redelijkerwijs moest vermoeden dat deze geldbedragen en/of voorwerpen, onmiddellijk of middellijk, afkomstig waren uit enig
misdrijf.
Bijlage II
Beslaglijst

Voetnoten

1.Wanneer hierna wordt verwezen naar een proces-verbaal, wordt - tenzij anders vermeld - bedoeld een ambtsedig proces-verbaal, opgemaakt in de wettelijke vorm door (een) daartoe bevoegde opsporingsambtena(a)r(en). Waar wordt verwezen naar dossierpagina’s van het onderzoek [onderzoeksnaam 1] /DHRAA20004, met bijlagen (doorgenummerd p. 1 tot en met 609).
2.Proces-verbaal van bevindingen, p. 52 en 53.
3.Proces-verbaal van bevindingen, p. 52 tot en met 54.
4.Proces-verbaal van bevindingen, IMSI-nummer vergaren, p. 63 en 64.
5.Proces-verbaal van bevindingen, p. 67.
6.Proces-verbaal van bevindingen, p. 68.
7.Proces-verbaal van bevindingen, p. 58 tot en met 62.
8.Proces-verbaal van bevindingen, p. 70 en 71.
9.Proces-verbaal van bevindingen, p. 55-57.
10.Proces-verbaal van bevindingen, p. 73.
11.Proces-verbaal van bevindingen, p. 75.
12.Proces-verbaal van observatie, p. 131.
13.Proces-verbaal van bevindingen, p. 93.
14.Proces-verbaal van bevindingen, p. 122, voor zover in het proces-verbaal naar het IMEI-nummer [IMEI-nr 4] wordt verwezen, de rechtbank in het licht van de overige inhoud van het gehele dossier ervan uitgaat dat dit een kennelijke verschrijving betreft en gelezen dient te worden als IMEI-nummer [IMEI-nr 2] .
15.Proces-verbaal van bevindingen, p. 123, voor zover in het proces-verbaal naar het IMEI-nummer [IMEI-nr 4] wordt verwezen, de rechtbank in het licht van de overige inhoud van het gehele dossier ervan uitgaat dat dit een kennelijke verschrijving betreft en gelezen dient te worden als IMEI-nummer [IMEI-nr 2] .
16.Proces-verbaal van bevindingen, p. 141 tot en met 147.
17.Proces-verbaal van bevindingen, p. 608, voor zover in het proces-verbaal naar het IMEI-nummer [IMEI-nr 5] wordt verwezen, de rechtbank in het licht van de overige inhoud van het gehele dossier ervan uitgaat dat dit een kennelijke verschrijving betreft en gelezen dient te worden als IMEI-nummer [IMEI-nr 3] .
18.Proces-verbaal van bevindingen, p. 88 tot en met 90, 608 en 609.
19.Proces-verbaal van bevindingen, p. 104.
20.Proces-verbaal van bevindingen, p. 93 tot en met 95.
21.Proces-verbaal van bevindingen, p. 95 en 96.
22.Proces-verbaal van bevindingen, p. 105 tot en met 108.
23.Afscherm proces-verbaal, p. 150.
24.Proces-verbaal van bevindingen, p. 297 en 298.
25.Proces-verbaal van bevindingen, p. 298.
26.Proces-verbaal van bevindingen, p. 255 tot en met 287.
27.Proces-verbaal van bevindingen, p. 299.
28.Proces-verbaal van bevindingen, p. 154.
29.Proces-verbaal van bevindingen, p. 154.
30.Proces-verbaal van bevindingen, p. 300 en 301.
31.Proces-verbaal van bevindingen, p. 464 en 465.
32.Proces-verbaal van bevindingen, p. 466.
33.Proces-verbaal van bevindingen, p. 467.
34.Proces-verbaal van bevindingen, p. 467.
35.Proces-verbaal van bevindingen, p. 314.
36.Proces-verbaal van bevindingen, p. 315.
37.Proces-verbaal van bevindingen, p. 152.
38.Proces-verbaal van bevindingen, p. 152.
39.Proces-verbaal van bevindingen, p. 317.
40.Proces-verbaal van bevindingen, p. 318.
41.Proces-verbaal van bevindingen, p. 320 - 322.
42.Proces-verbaal van bevindingen, p. 323.
43.Proces-verbaal van bevindingen, p. 327 tot en met 329.
44.Proces-verbaal van bevindingen, p. 330 en 331.
45.Proces-verbaal van bevindingen, p. 323.
46.Proces-verbaal van bevindingen, p. 452.
47.Proces-verbaal van bevindingen, p. 453.
48.Proces-verbaal van bevindingen, p. 452 en 453.
49.Proces-verbaal van bevindingen, p. 160.
50.Proces-verbaal van bevindingen, nr. PL1100-2019196156, Anna Paulowna, p. 161 tot en met 202.
51.Een geschrift, te weten een rapport van het NFI met betrekking tot drugsonderzoek aan materialen, d.d. 20 april 2020.
52.Proces-verbaal van bevindingen, p. 212.
53.Proces-verbaal van bevindingen, p. 213.
54.Proces-verbaal van bevindingen, p. 214 en 215.
55.Proces-verbaal van bevindingen, p. 218 tot en met 220.
56.Proces-verbaal van bevindingen, p. 221 tot en met 222.
57.Proces-verbaal van bevindingen, p. 486.
58.Proces-verbaal van verhoor, p. 491 tot en met 494.
59.Proces-verbaal van witwasonderzoek, p. 5 en 6 en bijlage 3.
60.Proces-verbaal van witwasonderzoek, bijlage 10.
61.Proces-verbaal van witwasonderzoek, bijlage 9.
62.Proces-verbaal van witwasonderzoek, bijlage 12.
63.Proces-verbaal van witwasonderzoek, bijlage 3.
64.Proces-verbaal van witwasonderzoek, bijlage 11.
65.Een geschrift, te weten rekeningoverzichten [bank 1] -bankrekening en [bank 2] -bankrekening t.n.v. [verdachte] .