Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 5 maart 2021 in de zaak tussen
[eiseres] , te [woonplaats] , eiseres
Het college van burgemeester en wethouders van Den Haag, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
4.3. De rechtbank overweegt verder dat verweerder bij het toepassen van de hardheidsclausule beoordelingsvrijheid heeft. Het gebruik van deze vrijheid dient door de rechter terughoudend te worden getoetst. De rechtbank is van oordeel dat verweerder in redelijkheid heeft kunnen afzien van toepassing van de hardheidsclausule. Eiseres heeft aangevoerd dat haar ex-partner vanwege medische problemen niet meer kan zorgen voor haar zoon, maar zij heeft dit niet met stukken onderbouwd. Het is dan ook niet gebleken dat het voor de zoon onmogelijk is om bij zijn vader te verblijven. Ook overigens heeft verweerder zich op het standpunt kunnen stellen dat de situatie van eiseres zich onvoldoende onderscheidt van andere mensen in de regio die in een soortgelijke, niet benijdenswaardige situatie verkeren.
Beslissing
.