In deze zaak, die voor de Rechtbank Den Haag is behandeld, gaat het om een incident in een civiele procedure tussen de Marktonderzoekassociatie.nl (MOA) en de Staat der Nederlanden, vertegenwoordigd door het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat. De MOA heeft in de hoofdzaak gevorderd dat de Regeling werkzaamheden derden van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) en de Beleidsregels taakuitoefening van het CBS onverbindend worden verklaard. De MOA stelt dat de recente aanpassing van de Regeling, die de definitie van 'derden' beperkt tot niet-overheidsinstanties, in strijd is met de Wet op het Centraal Bureau voor de Statistiek en leidt tot onrechtmatig overheidshandelen. Dit zou nadelige gevolgen hebben voor de statistische diensten die de MOA vertegenwoordigt.
In het incident heeft het CBS verzocht om zich aan de zijde van de Staat te mogen voegen, omdat de uitkomst van de procedure invloed kan hebben op de wettelijke taken van het CBS. De rechtbank heeft geoordeeld dat het CBS voldoende belang heeft bij de voeging, aangezien een toewijzing van de vorderingen van de MOA de werkzaamheden van het CBS zou kunnen inperken. De rechtbank heeft de incidentele vordering van het CBS toegewezen en de beslissing over de kosten van het incident aangehouden tot de hoofdzaak is beslist. De zaak is vervolgens op de rol gezet voor 30 juni 2021, waar de conclusie van antwoord van de Staat en het CBS zal worden genomen.