Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
[naam], eiser,
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder.
Procesverloop
Beslissing
Overwegingen
www.rechtspraak.nl.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 15 december 2021 uitspraak gedaan over het beroep van eiser tegen het besluit van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. Het bestreden besluit, genomen op 18 november 2021, hield in dat de aanvraag van eiser voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd niet in behandeling werd genomen, omdat Frankrijk verantwoordelijk was voor de behandeling van de aanvraag. Eiser heeft hiertegen beroep ingesteld, maar op de zitting op 15 december 2021 zijn partijen, met bericht van verhindering, niet verschenen.
De rechtbank heeft na de behandeling van de zaak ter zitting onmiddellijk uitspraak gedaan. In de overwegingen van de rechtbank werd vastgesteld dat eiser op 24 november 2021 het AZC had verlaten en geregistreerd stond als 'met onbekende bestemming vertrokken'. De gemachtigde van eiser heeft op 1 december 2021 laten weten geen mededeling te doen over de verblijfplaats van eiser en geen contact meer met hem te hebben. Hieruit concludeerde de rechtbank dat eiser kennelijk geen prijs meer stelde op asielrechtelijke bescherming in Nederland, waardoor hij geen procesbelang meer had bij de beoordeling van zijn beroep.
De rechtbank heeft daarom het beroep niet-ontvankelijk verklaard en er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. Deze uitspraak is openbaar gemaakt en kan worden aangevochten bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State binnen één week na bekendmaking.